Wie weet
Jannah Loontjens
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
De Geus, © 2023 |
VERDIEPING 3 : THEMASTAND : LOON |
Lieke Kézér
i /un/24 j
De Zweedse Ebba is 16 als haar moeder wordt gearresteerd, het is 1986. Diezelfde week wordt premier Olof Palme vermoord. Het zijn gebeurtenissen die haar doen terugdenken aan een zomer van zeven jaar eerder; Palme zat in de oppositie en hoopte de aanstaande verkiezingen te winnen. Haar moeder, die hem fel bewonderde, fladderde nog vol idealen door het leven. 'Nu ik terugkijk, zie ik kraakhelder hoe de ene gebeurtenis naar de andere leidde en hoe de arrestatie van mijn moeder daarvan het resultaat zou zijn. Ook waren er genoeg tekenen die ons hadden kunnen waarschuwen voor een aanslag op Palme.'
In En toen ging hij van Jannah Loontjens reconstrueert een jong meisje een verleden dat is beïnvloed door het grotere verhaal van macht en politiek.
Jannah Loontjens, schrijfster en filosofe, werd geboren in Denemarken en groeide op in Zweden en Nederland. In En toen ging hij keert ze terug naar de Zweedse bossen uit haar jeugd. Ebba woont er met haar moeder Josefin in een huis zonder elektriciteit en stromend water. Het is er een komen en gaan van bonte figuren. 1979 is 'een jaar waarin de meesten van hun generatie wel over de flirt met de vrijzinnige hippie-idealen heen zijn, maar waarin de hippies die hun dromen werkelijk serieus nemen, moedig volharden in de herinrichting van hun levens.'
Er wordt gevreeën, gedronken en veel gediscussieerd, en er worden drugs gebruikt. Moeder Josefin en haar vrienden organiseren lezingen, acties en boycots. Ze adoreren Olof Palme, die zich uitspreekt tegen apartheid, foute regimes bekritiseert en oproept tot steun voor vrijheidsstrijders. Hij belichaamt voor hen het geloof van een welwillende wereld. Idealisten zijn het, met een niet al te stevige greep op de realiteit.
Naderende ramp
Loontjens schept een idyllische wereld daar in die donkere bossen, een haast sprookjesachtig bestaan waarvan de muren langzaam afbrokkelen. Het gevoel van een naderende ramp zet de verhoudingen tussen de vrienden op scherp. Er is nieuws over atoomwapens en de dreiging van Sovjet-onderzeeërs, maar er is ook jaloezie, de vrije moraal die zich wreekt, een levensstijl die niet langer houdbaar lijkt, vrouwen die zich niet gezien voelen.
Als Palme overlijdt, wordt hij volop vergeleken met andere beroemde vermoorde mannen, zoals J.F. Kennedy en Martin Luther King, maar wie herinnert zich bijvoorbeeld de vrouwen die in de strijd tegen apartheid omkwamen, vraagt Ebba zich af.
Afgelopen herfst verscheen Optimistische woede, een manifest waarin de elf Nederlandse en Vlaamse schrijfsters van collectief Fixdit opriepen tot actie tegen het seksisme in de letteren. De nieuwe Nederlandse literaire canon was net bekendgemaakt en er stonden bedroevend weinig vrouwelijke auteurs in de lijst. Fixdit is eropuit om bewustzijn te creëren en het seksisme te 'fixen'. Ze brengen onder meer vergeten schrijfsters onder de aandacht. In een podcast bespreken Fixdit-leden Annelies Verbeke en Jannah Loontjens om de beurt moderne klassiekers die zijn geschreven door een vrouw.
In En toen ging hij doet Loontjens iets soortgelijks: ze laat er de stemmen weerklinken van vrouwelijke anti-apartheidsstrijders als Ruth First en Sara Lidman en van vele andere interessante vrouwen wier namen te weinig worden genoemd.
Het engagement krijgt zo ruim baan in deze lijvige roman. De politieke discussies worden breed uitgesponnen: de ideeën van Palme, de toespraak na zijn overlijden van Anna Lindh, de voorzitter van de jonge socialisten (die in 2003 zelf ook vermoord zou worden), en stukken uit het essay Discours sur le colonialisme van Aimé Césaire rollen over de pagina's. Het is veel en soms voelt het alsof je je een weg door een dichtbegroeid woud moet banen.
En toen ging hij is geen roman waar je je gemakkelijk in verliest, ook omdat Ebba een enkele keer uit het verhaal stapt om zich rechtstreeks tot de lezer te richten: 'Ik zal een paar kunstgrepen moeten toepassen, maar, bear with me, lezer'. Het doet wat gekunsteld aan.
Eenzaam
Wat de boel bijeenhoudt is de spanning, het onheil dat in de lucht hangt, de vraag hoe het zo mis kon gaan. En dan is er nog een mooi verhaal over volwassenwording en vriendschap. Ebba, met al die onbezonnen volwassenen om haar heen, nooit alleen, maar ergens toch eenzaam, tot er opeens een jongen verschijnt die álles goedmaakt.
'Mijn grote voorbeeld, mijn beschermer, mijn held, mijn vriend en broer.' In dat kleine verhaal, waarin het niet gaat om grote woorden, schuilt uiteindelijk de kracht van En toen ging hij.
Maarten Steenmeijer
i /un/24 j
Jannah Loontjens maakt in En toen ging hij meteen duidelijk dat ze het persoonlijke wil koppelen aan de geschiedenis. Dat doet ze door in de eerste alinea Ebba, onze gids in deze roman, te laten vertellen dat in dezelfde week dat de charismatische Zweedse premier Olof Palme in Stockholm werd vermoord (dat was op 28 februari 1986) haar moeder Josefin werd gearresteerd. Niet dat die laatste iets met de moord te maken had, maar Olof Palme speelde wel een sleutelrol in de posthippie-achtige, politiek actieve vriendengroep waarvan Josefin deel uitmaakte en waarmee Ebba (die dan net 16 is geworden) opgroeide. Palme was een politiek richtsnoer, een moreel kompas, een voorbeeld.
Verderop in het boek problematiseert Ebba haar ambitie om het verhaal van de groep mensen met wie ze opgroeide in te bedden in 'het grotere verhaal van macht en politiek'. Door je herinneringen op te schrijven, zo zegt ze, reduceer je ze en zet je ze vast 'als acteurs in films'. En, zo vraagt ze zich in een andere passage af, 'hoe vat je een tijd samen, en hoeveel zicht heb je erop als je er middenin zit (...)?'
Dit zijn op zichzelf interessante kwesties, maar ze worden niet erg overtuigend uitgewerkt. En, belangrijker nog, ze weerspiegelen zich niet erg consequent in Ebba's vertelstijl, die niet, zoals je op grond van dit soort beschouwende passages zou mogen verwachten, doortrokken is van twijfel, en voorbehoud, maar overwegend recht door zee is.
En wat is, om nog iets te noemen, nu eigenlijk de meerwaarde van Ebba's uitvoerige uitleg dat zij niet alleen de hoofdstukken die in de ik-vorm staan vertelt maar ook de delen van het boek die vanuit een extern perspectief zijn geschreven? Het was spannender geweest - en ook meer in lijn met de meerduidigheid waarvoor Ebba in haar rol van verteller op de bres staat - als dit in het midden was gelaten.
En toen ging hij was beter geweest zonder dit soort literair-theoretische interrupties. De roman moet het evenmin hebben van de plot en subplots, maar dat is wél als compliment bedoeld. Het duurt een tijd voordat we weten waarom Ebba's moeder is gearresteerd en hoe het met haar vader zit. Ook moeten we lang wachten voordat er meer duidelijkheid komt over de rol die de Amerikaan Michael, zelfverklaard Vietnamdeserteur en een van Josefins minnaars, nu precies speelt. Dit soort plotlijnen geven structuur en vaart aan de roman, al zijn ze niet het voornaamste ingrediënt dat ons aan Ebba's verhaal kluistert.
En toen ging hij is op zijn sterkst als zedenschets, meer nog dan als portret van een generatie. Op papier lijkt de vriendengroep van Ebba's moeder een kleurrijk gezelschap waarover de schrijver uit kan pakken. Zo heb je, naast een alleenstaande moeder die een strafblad krijgt (Josefin), onder meer een feministische pornoactrice (Britta), een Soedanese kunstschilder (Osama), een getraumatiseerde Vietnammilitair (James) en een Nederlandse drugsdealer (Bob). Maar Loontjens' roman laat deze personages en hun handel en wandel vooral in hun alledaagsheid zien. De gesprekken (over Palme, de apartheid in Zuid-Afrika, het westerse kolonialisme), het politiek activisme, de verschuivende onderlinge verhoudingen, het gehannes in de liefde: groots of dramatisch wordt het vrijwel nergens, alles kabbelt mee in de stroom van het gewone leven.
Dat is het bijzondere van En toen ging hij en dat geeft deze roman een eigen sfeer, die bijvoorbeeld als effect heeft dat een passage over een spontane pannekoekenbaksessie in de Zweedse bossen diepere indruk maakt dan een schietincident. Of dat een werkelijk prachtig fragment over de sneeuwpopkop die kunstenaar Osama maakt meer bijblijft dan de verwikkelingen rond de steun aan het Zuid-Afrikaanse verzet tegen de apartheid.
En toen ging hij laat je vanwege zijn onevenwichtigheid al met al achter met gemengde gevoelens. En ook met een prangende vraag: waarom heeft het boek zo'n Bouquetreeksachtige titel?
★★★☆☆
De Geus; 495 pagina's; € 24,99.
Bookarang
Een geëngageerde roman over het leven van een vriendengroep in Zweden in de jaren zeventig en tachtig. Ebba woont samen met haar moeder Josefin in een huis zonder elektriciteit en stromend water in de Zweedse bossen. Het huis fungeert als hippie-commune, waar door een grote groep vrienden wordt gevreeën, gedronken en gediscussieerd. Als haar activistische moeder wordt aangehouden en enkele dagen later premier Olof Palme wordt vermoord, verliest Ebba twee vanzelfsprekendheden. Ze probeert grip te krijgen op haar jeugd in een tijdsgewricht waarin het optimisme en de openheid van weleer onherroepelijk gaan wankelen. ‘En toen ging hij’ is invoelend en dicht op de huid geschreven vanuit het perspectief van de 16-jarige Ebba. Vooral voor literaire lezers. Jannah Loontjens (Kopenhagen, 1974) groeide op in Zweden en Nederland en studeerde filosofie in Amsterdam, waar ze ook promoveerde. Ze schrijft romans, poëzie en essaybundels.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.