Andalusisch logboek
Stefan Brijs
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Uitgeverij Atlas Contact, 2019 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : BRIJ |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Atlas Contact, 2019 |
VOLWASSENEN : ROMANS : BRIJ |
Dirk Leyman
te/ep/28 s
'Zonder liefde, warme liefde. Waait de wind, de stomme wind', zo zong Jacques Brel in 'Marieke'. Nee, lang zoeken is het niet naar de herkomst van de titel van het nieuwe boek van Stefan Brijs (°1969). Moeilijker is het om de vinger te leggen op de precieze intenties van de tegenwoordig in Andalusië residerende auteur. Zonder liefde blijkt een nogal stroeve roman, waarin Brijs zelfs nalaat zijn taal de hoognodige glans te verstrekken. Wat is er aan de hand met de successchrijver?
De baseline van Zonder liefde wekt enige nieuwsgierigheid op, al is het onderwerp natuurlijk al vaak literair geëxploreerd. Brijs buigt zich over de 'platonische' of 'niet-geconsumeerde liefde'. Kortom, kan een volwaardige liefdesrelatie bestaan zonder seks? Of blijft het bij sporadische maneuvers in de 'friend zone'? Na romans met veel grotere spanwijdte - zijn bestseller De engelenmaker (2005), WO I-roman Post voor mevrouw Bromley (2011) en het op Curaçao gesitueerde Maan en zon (2015) - kiest Brijs voor een intimistischer verhaal. Dat heeft hij in de vingers: hij bewees het ooit met de gave novelle Twee levens (2001).
Toch blijf je in Zonder liefde op je honger zitten. Ligt het aan het nogal kleurloze en gramstorige hoofdpersonage Paul? Of omdat Brijs er opzichtig voor terugdeinst zijn thema écht bij de horens te vatten? En wat te denken van de soms oubollige, uitleggerige verteltrant?
Rancune
Ik-verteller Paul, leraar Nederlands en Engels, is een sociaal onhandige bijna-dertiger. Zijn scheiding met Christine, die er met een sportleraar vandoor is, verteert hij uiterst moeizaam. Rancune achtervolgt hem. Gelukkig biedt zijn hond Fjodor troost, net als de literatuur en de klassieke muziek.
Wanneer hij op een filmavond de flamboyante, aantrekkelijke Ava ontmoet, een bedrijfsarts die ook met een gebroken hart rondsjouwt, lijken de vonken te gaan overspringen. Dat gebeurt niet: er ontwikkelt zich een hechte, taboeloze vriendschap, slechts behoedzaam omgeven door lichamelijke verwachtingen. Af en toe blijft Ava overnachten, zij het in de 'belendende kamer'. Paul wordt er tegelijk 'blij en onrustig' van, maar 'pas nadat ik me had afgetrokken en met ingehouden adem was klaargekomen in een zakdoek slaagde ik erin de slaap te vatten'.
Eindeloos praten kan het duo, er is een onuitgesproken geestverwantschap - ze staan allebei op een keerpunt in hun leven - maar in de liefde zoeken ze duidelijk iets anders: Ava is passioneler, Paul een stuk beredeneerder en gezapiger. Als Ava het relaas doet van haar geëxalteerde affaires met een makelaar én een machinist, popt er toch onbestemde jaloezie op.
Ook Paul heeft een paar knullige onenightstands, 'koud vlees op koud vlees'. Met kunsthistorica Bénédicte lijkt het zelfs even serieus. Maar ach: 'In onze verliefdheid streven we naar de grootste gemene deler, maar eindigen doen we bij het kleinste gemene veelvoud.' Toch gloort er pathetiek en drama aan het eind van de roman.
ronddobberen
Brijs, ooit zelf leraar, weet aanvankelijk suggestiviteit op te wekken waardoor je nieuwsgierig verder leest. Maar in zijn drang om de roman op tempo te houden, vergeet hij de karakters uit te tekenen. Brijs laat zomaar kansen liggen om dit verhaal écht te doen sprankelen en bezondigt zich aan nogal oppervlakkige psychologisering. Soms laat hij zijn personages maar wat ronddobberen. Te zelden veer je op bij een welgemikt beeld. En dat voor een schrijver die ooit gebombardeerd werd tot een uitnemend stilist.
Vooral in de dialogen laat Brijs steken vallen. De gesprekken zijn een tikje statisch of zeg gerust: bloedeloos. En er is nog iets. Brijs situeert zijn roman kennelijk in een provinciegat ergens in de jaren negentig, aan de films te merken die ter sprake komen - van Breaking the Waves tot Trainspotting. Maar hij doet weinig met dat tijdvak of decor. Soms bezondigt hij zich zelfs aan anomalieën. Van Tinder is natuurlijk nog lang geen sprake, Paul zoekt zelfs zijn toevlucht tot contactadvertenties in de krant, er worden vervolgens brieven uitgewisseld en als hij met een date afspreekt, neemt hij Klaaglied om Agnes van Marnix Gijsen in de hand als herkenningspunt. Maar enkele weken later is er toch plots sprake van een mobiele telefoon. Hoe zit dat nu? En ging het er werkelijk zo houterig aan toe in de nineties?
Deze roman ontbeert een broodnodige fractie lichtheid, een verfrissende frivoliteit. Met dat aspect weet Brijs zich nauwelijks raad. Dit boek baadt in een loden ernst en de dertigers sakkeren en sukkelen maar door, zonder een uitweg te vinden. Het al te rudimentaire Zonder liefde valt zo een tikje saai uit en laat amper een venijnig krasje op de ziel na. Moet Brijs dan toch zijn Spaanse schuiloord uit en maar weer eens in het echte, volle leven - anno 2019 - gaan staan?
Atlas/Contact, 222 p., 22,99 euro.
Maria Vlaar
te/ep/27 s
Twee mensen van nog geen dertig komen elkaar in een provincieplaatsje tegen in de bioscoop waar eens per week 'cinefiele films' draaien. Ze blijken allebei kenner en liefhebber te zijn. Ze vinden elkaar leuk, zo leuk dat de buitenwacht ze na een paar weken voor een stelletje aanziet. Ze passen goed bij elkaar, hoewel Ava het idee van de 'passionele liefde' aanhangt en 'overrompeld' wil worden, terwijl Paul denkt op rationele gronden via contactadvertenties de juiste match te vinden. Zij logeert bij hem als ze het niet meer uithoudt bij haar moeder, en hij is opgetogen dat deze mooie, interessante vrouw zich thuis voelt bij hem. Maar ze delen niet het bed, en verklaren elkaar niet de liefde. Zonder liefde is een roman over vriendschap tussen een heteroman en een heterovrouw - volgens sommigen een onmogelijke vorm van vriendschap.
Diepvriespizza
Het verhaal wordt achteraf verteld door Paul, waardoor je meteen weet dat hij alleen eindigt: 'Ik heb veel films met haar gezien, in datzelfde zaaltje, in de bioscoop, thuis op video en op televisie, we hadden dezelfde smaak.' Dan volgen hun beider levensgeschiedenissen: Paul is gebutst door zijn ongewenste scheiding en eet sindsdien diepvriespizza's, en ook Ava heeft pijn opgelopen in haar liefdesrelaties. Brijs' personages helpen elkaar zich weer open te stellen voor liefde.
In het citaat hierboven staat al iets opvallends: twintigers die 'video' kijken. En er is nog meer: Paul reageert op deze manier op een contactadvertentie in de krant: 'Hg opgel vrw, 33 jr, gn knd, brn haar, norm gebwd, hdt vn lezen'; hij zoekt telefoonnummers op in een 'telefoongids' en krijgt bij het bellen iemand 'aan de lijn'. Foto's staan op 'rolletjes' die ontwikkeld moeten worden, en dates sturen handgeschreven brieven met bijgesloten foto's, waarvoor Paul steeds een paar dagen 'op de postbode' moet wachten. Van email, appen en tinderen geen spoor. Maar Ava heeft wel een mobiele telefoon heeft waarmee ze berichten kan ontvangen en er is sprake van cassettebandjes met Marco Borsato in de boedel van Pauls ex. De lezer wordt opgeroepen mee te puzzelen: wanneer speelt dit verhaal zich af? Maar dat is helaas ook meteen het leukste aan het boek.
Wilde Brijs zijn lezers de boodschap meegeven dat daten anno 2019 eigenlijk hetzelfde verloopt als vroeger? Dan zou het spannend zijn geweest naast de avonturen van Paul en Ava ook een datingavontuur anno nu te beschrijven. In plaats daarvan lepelt hij van a tot z een bijna-liefdesgeschiedenis op, schools gelardeerd met automerken en films uit de oude doos en gedetailleerde beschrijvingen van de hopeloze dates van Paul. Het mensbeeld in Zonder liefde lijkt intussen niet eind jaren '90, maar ver voor 1980 gestold. Zo weet Paul, toch leraar van beroep, bijvoorbeeld niet hoe hij een vrouw in bed moet bevredigen. Van enig hedendaags psychologisch inzicht - waarom zou zijn vrouw toch voor haar sportleraar hebben gekozen? - geen spoor.
Madame Bovary
Maar het voornaamste bezwaar tegen het boek is dat plaats en tijd slechts een statisch decor vormen voor twee middle-of-the-road-personages. In Madame Bovary, een van Brijs' expliciete voorbeelden, spelen tijd en plaats een specifieke rol. De rigide klassemaatschappij van toen bepaalde deels wat Flauberts personages overkwam, het saaie provincieplaatsje ademde verveling, en Flauberts superieure stijl wist die perfect op te roepen. Zonder liefde daarentegen is stilistisch onbetekenend en saai, en Paul en Ava hebben geen vrienden of vriendinnen, geen kennissen en nauwelijks familie. Ze lijken wel buiten de maatschappij te leven. Zo is bijvoorbeeld de emancipatiegolf kennelijk geheel aan Ava voorbijgegaan, want zodra er een andere man in haar leven komt, die wél haar 'passie' doet opvlammen, is het gedaan met de vriendschap. De nieuwe vriend van Ava kan zich niet voorstellen dat Paul níet verliefd op haar is en 'voelde zich zo vernederd dat hij je nooit meer wil zien', zoals Ava droogjes aan Paul meedeelt. In dit belegen mensbeeld is de 'echte' man van nature jaloers en de vrouw voorbestemd 'aan haar begeerte ten onder te gaan'. Waarom de artistieke Ava kiest voor een bonkige treinmachinist die nog bij zijn moeder woont blijft in het duister, voor Paul en voor de lezer, behalve dat zij voor 'passie' kiest, lees: seks. Goed voor haar, maar mal om daarvoor te breken met de enige vriend die je hebt, en dat was het twintig jaar geleden ook al, behalve misschien in het genre Bouquetreeks.
Zonder liefde doet denken aan een aflevering van Dynasty (voor wie nog weet wat dat was) waarin personages wel emoties, maar weinig diepgang kennen. Wie een historische roman over de liefde wil lezen, kiest het origineel en pakt Madame Bovary uit de kast.
Atlas-Contact, 222 blz., 22,99 €
Bo Van Houwelingen
te/ep/21 s
Vriendschap tussen mannen en vrouwen is een illusie. Een van de twee wil stiekem altijd meer. Seks, meestal. Het is een kortzichtige aanname, waarvan het tegendeel vaak genoeg wordt bewezen, maar zoals met elk cliché: er zal wel weer een kern van waarheid in zitten. In elk geval is het fenomeen man-vrouwvriendschap interessant om te beschrijven, moet Stefan Brijs (1969) hebben gedacht. In zijn vijfde roman Zonder liefde raken Paul en Ava bevriend. Wat hen in elkaar aantrekt, is vooral hun beider ellende in de liefde: Ava woont weer bij haar moeder omdat ze weg is bij haar vriend, Paul is depressief nadat zijn vrouw hem heeft verlaten.
De vriendschap neemt meteen een vlucht, met etentjes, platonische logeerpartijtjes en lange wandelingen. Het gaat dus dieper dan alleen de gedeelde smart. Zijn er toch stiekeme verlangens naar meer? Eén keer brengt Paul het bij Ava te berde: 'Vind je dat ook niet jammer? Dat het gebrek aan seks tussen ons een relatie in de weg staat? Voor het overige zijn we yin en yang...' Ava wuift het weg en daarmee is de kous af. Dat Brijs ervoor kiest niet alsnog die seksuele kaart te spelen, is verfrissend - vrienden zijn gewoon vrienden - maar voelt ook als een gemiste kans. Viel hier niet juist iets te onderzoeken?
Problematischer is dat de vriendschap waar het allemaal om draait niet overtuigend is. Uit niets blijkt dat Paul en Ava echt affiniteit met elkaar hebben, of het moeten de zouteloze zinnetjes zijn waarin Paul zich uitdrukt: 'We hebben uitvoerig gepraat die avond.' 'We voerden dan vaak onze intiemste gesprekken.' 'Niet één keer moesten we dan zoeken naar een onderwerp om het gesprek gaande te houden.' 'We proestten het uit.' 'We hielden elkaar in evenwicht.' Eén keer hebben Paul en Ava een meningsverschil, maar: 'Voor het overige beleefden we samen een genoeglijke tijd.' Een genoeglijke tijd? Dat klinkt alsof de verplichte visite aan de schoonfamilie nog best meeviel.
Daarbij komt dat Paul en Ava - beiden nog geen 30 - welhaast bejaard lijken, behept als ze zijn met een verpletterende gezapigheid. Ze hebben geen vrienden, doen geestdodend of vervelend werk, gaan vroeg naar bed, klagen over lawaai, wonen het liefst afgelegen, hebben geen bijzondere toekomstplannen, lopen nog maar een rondje met de hond. Zelfs hun liefdesverdriet is saai. Er valt maar weinig begrip op te brengen voor Pauls eindeloze kniezen over zijn ex - een typisch naar mens dat niet van orale seks houdt, nog geeneens Dostojevski heeft gelezen en ervandoor gaat met een ordinaire sportleraar in een ordinair sportwagentje. Waarom de breuk op Paul toch zo'n verpletterende indruk heeft gemaakt, blijft onbekend; onderliggende motieven lijken er simpelweg niet te zijn, ook niet bij Ava, die het juist benauwd krijgt van stabiele relaties. De karakters zijn zó weinig uitgediept, en daardoor zo flets en oninteressant, dat je nooit de klik voelt, noch mét hen, noch tussen hen.
De hele roman lang blijf je hopen dat er nog iets wonderlijks opduikt, zoals een raar kind dat wil vliegen (Arend, 2000), een gekloonde drieling (De engelenmaker, 2005) of een brief uit de loopgraven (Post voor mevrouw Bromley, 2011). Met die romans maakte Brijs furore en liet hij zien dat hij opwindend en literair kan schrijven, met als inzet niets minder dan leven en dood. De vraag is wat er in Zonder liefde nou eigenlijk op het spel staat. Nergens wordt deze roman meer dan het verslag van een futloze vriendschap tussen twee mensen wier lot bij de lezer niets anders losmaakt dan de schouders, die langzaam worden opgehaald.
**
Atlas Contact; 221 pagina's; € 22,99.
F. Hockx
Paul, leraar Nederlands en Engels en de ik-figuur in deze roman, kijkt terug op een periode in zijn leven waarin hij hecht bevriend was met Ava. Ze vonden elkaar in hun gezamenlijke interesse voor films en literatuur (de roman bevat veel verwijzingen op dit gebied) na ieder teleurgesteld te zijn in de liefde. Er ontwikkelde zich een vriendschap waarin ze elkaar ook tot steun waren bij het zetten van nieuwe stappen op het liefdespad (en het mislukken daarvan). In hun gesprekken over de liefde blijkt dat Ava gaat voor passie en avontuur, terwijl Paul in een relatie eerder comfort, rust en veiligheid zoekt. Na de succesromans‘Post voor mevrouw Bromley’*(2011) en ‘De engelenmaker’ (2005) en het ontroerende ‘Arend’ (2000) is dit een teleurstellende roman van de in Spanje wonende Vlaamse auteur (1969). Brijs schrijft soepel en hij weerstaat een vanzelfsprekend slot waarin vriendschap tussen man en vrouw toch liefde wordt, maar het verhaal blijft vlak en de personages komen niet echt tot leven.
Rob Schouten
ob/kt/26 o
Hoeveel romans over de liefde zouden er geschreven zijn? Honderduizend? Een miljoen? Tien miljoen? Liefde is ongetwijfeld het meest uitgeputte onderwerp in de literatuur (en trouwens ook in liedjes, films) en toch blijft iedereen zich eraan wagen. Hoe moet je er in vredesnaam nog iets aan toevoegen? Iets zeggen wat nog niet gezegd is?
Stefan Brijs (1969) probeert het maar weer eens in zijn jongste roman 'Zonder liefde' - de titel is in elk geval provocerend genoeg. Hij doet dat op waarschijnlijk de beste manier, namelijk door er niet filosofisch of hoogdravend of idealistisch dan wel neerbuigend of ironisch over te doen, maar gewoon te beschrijven hoe het werkt. Dat verbaasde me eerlijk gezegd enigszins want ik ken de Vlaming Brijs van andersoortige, meer ambiteuze romans: 'De engelenmaker' met zijn Frankensteinachtige horrorthema en 'Post voor mevrouw Bromley' over nota bene Engelse oorlogservaringen. Allebei veel geprezen boeken maar ik had er mijn twijfels bij. Zo niet bij 'Zonder liefde', waarmee Brijs voor mijn gevoel zijn zuiverste, meest authentieke roman heeft geschreven.
Deze liefdesroman, die er volgens de titel dus juist geen is, gaat over Paul en Ada, twee teleurgestelde laat-twintigers die na de scheiding van hun eerste liefdes elkaar leren kennen en een warme vriendschap opbouwen. Geen liefde, geen seks, gewoon een innige vertrouwde band. Maar kán dat? De filosoof Montaigne beschouwde vriendschap weliswaar als een groter goed dan de liefde, maar in de praktijk staat liefde toch hoger aangeschreven en wordt vriendschap als het mooie, nobele maar toch ook iets minder boeiende broertje beschouwd.
De vriendschap tussen Ada, zij bedrijfsarts, en Paul, hij leraar, is dus platonisch, maar wordt wel degelijk beproefd door iets als liefde. Ava is de avonturierster die gelooft in liefde op het eerste gezicht, in passie en avontuur. Paul is de meer bedachtzame, de teleurgestelde twijfelaar. Beiden proberen ze, los van elkaar, nieuwe relaties aan te gaan waarover ze elkaar min of meer vrijmoedig inlichten, maar de lezer denkt intussen, met de romantiek hem door al die duizenden andere liefdesromans ingegeven, dat ze met al die gedeelde belangstelling en wederzijdse aandacht intussen elkaar mislopen en hoopt dat ze elkaar aan het eind ook krijgen. Maar liefde is niet maakbaar, zegt de flaptekst en zo pakt het ook uit.
Telkens krijg je het gevoel dat Brijs' personages het nu eindelijk gevonden hebben, maar steeds ook komt er een kink in de kabel. Brijs heeft deze ontoereikendheid der liefde zo goed geraakt omdat hij in feite alleen de buitenkant beschrijft en geen poging waagt iets van het zogenaamde geheim der liefde te ontsluieren. Hij is in deze roman van het type show don't tell.
Een voorbeeld. Ikzelf voelde duidelijk dat Paul wel degelijk verliefd is op Ava, maar het staat nergens en hij ontkent het zelf, en je krijgt ook de indruk dat hij zich er zelf echt niet van bewust is. Dat is de kracht van dit boek, je krijgt allemaal indrukken die al dan niet kloppen, het dwingt je in de rol van oordelende getuige omdat het zelf zo weinig verraadt.
Je zou zelfs kunnen vinden dat Brijs in clichés praat. Zo noemt hij een nachtje illusieloze seks gewoon bij de naam 'een zielloze bedoening', laten mensen zich door woorden 'gek maken' en voelt iemand tijdens een gesprek van niks 'een loden gewicht' op de conversatie rusten. Oftewel, hij mijdt noch in het verhaal noch in de stijl alledaagse kitsch-elementen, en toch zijn het juist die gemeenplaatsen die het verhaal z'n kracht geven. Al die nu eens droefgeestige dan weer enthousiaste liefdesaffaires, relaties, onenightstands geven, overkoepeld door de vriendschap tussen Paul en Ava, een volmaakt beeld van de liefde en haar schijngestaltes zoals lust, begeerte en zelfs mededogen.
Na afloop van dit boek voelde je je dan ook gesterkt in de gedachte dat er niets zo ongrijpbaar is als de liefde. Dat zal ook de reden zijn dat schrijvers, filmmakers en liedjesschrijvers er niet af kunnen blijven. Ingewikkelder eenvoud dan twee mensen die van elkaar houden is er niet. Stefan Brijs heeft dat oeroude thema zonder spektakel, maar heel erg raak verbeeld.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.