Frankusstein : een liefdesverhaal
Jeanette Winterson
Jeanette Winterson (Auteur), Arthur Wevers (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Pluim, 2023 |
VERDIEPING 2 : DUIVELSHOEK : SPANNEND : WINT |
Fleur Speet
em/ov/18 n
Als je nuchter en rationeel bent, kun je dan in spoken geloven? Kun je vertwijfeld raken wanneer 's nachts in de keuken plots de radio speelt - want die had je uitgezet, toch? En als je gaat twijfelen, wijt je dat dan louter aan je verbeelding, vermoeidheid, dat glas te veel of gaat het wel degelijk om het bezoek van geesten? Wie kan immers met zekerheid zeggen dat er geen dantesk limbo is, een voorgeborchte waar de zielen dolen ...
Jeanette Winterson duikt in dat vage duister. In de inleiding van haar verhalenbundel Nachtzijde van de rivier constateert ze dat het katholieke geloof weliswaar aan bijval inboet, maar dat het geloof in geesten leeft, en bovendien bij alle mensen. Misschien omdat de dood zo onverteerbaar definitief is.
De Britse schrijfster beoefende het genre van het spookverhaal al eerder. In haar bundel Kerstdagen uit 2016 wemelt het van de geesten en verlaten huizen, en in de roman De schemerpoort (2012) komt een heks tot leven, en krijgt Shakespeare een spookachtige bijrol.
Vooraleer te gaan spoken, vertelt Winterson ons over de Britse schrijver en politicus Horace Walpole, die faam verwierf met The castle of Otranto (1764), wat algemeen als de eerste gothic novel wordt beschouwd. Voor het eerst werd iets stoffelijks - een kasteel met duistere gangen, verboden kamers en dreigende torens - een personage.
Winterson gebruikt net zulke klassieke spookelementen. 'Het was een goed huis, een huis dat de eeuwen voorbij had zien komen, en het stond er nog, het reisde nog altijd door de tijd', begint een verhaal opgewekt, waarna een bewoner uit lang vervolgen tijden komt spoken. Een ander verhaal draait om een historische bontmantel die het leven van twee personages ontwricht; het gestolen ding wekt een boze ziel.
Als boter
In de inleiding vertelt Winterson ook over een Duitse variant van het genre, met elementen uit het vroege machinetijdperk, waarin de vraag wordt opgeroepen of iets wat onnatuurlijk is ook kan leven. In de roman Frankusstein (2019) voerde ze al de historische Mary Shelley op en kwam ze tegelijk met een frankensteinachtige figuur die de wereld met AI naar zijn hand wil zetten. Waanbeeld of vooruitziendheid? Huiveringwekkend sowieso.
Nachtzijde van de rivier telt vier afdelingen, waarvan 'Apparaten' de opzienbarendste is. Daarin borduren drie verhalen verder op de ideeën uit Twaalf bytes (2021), haar essays over artificiële intelligentie. Wat als je na je dood voortleeft in een app? Wat als je in de metaverse je overleden echtgenoot tot ideale man kunt programmeren?
De wendingen in Wintersons verhalen zijn steeds onverwacht en spannend. De personages zijn nuchter en vastberaden, gehaaid zelfs en waanzinnig. Hun eenvoudige, precieze spreektaal maakt hen bijzonder innemend, ze lijken tegen je te praten, zodat je je als lezer betrokken voelt. De paar poëtische zinnen tussendoor voelen dan als geschenkjes. Die vlotte stijl is verraderlijk. De verhalen zijn als zachte boter: je glijdt er zo doorheen. En toch zijn ze onvergetelijk, want ze blijven hangen als een vervreemdende zindering.
De manier waarop Winterson klassieke literaire elementen hergebruikt en technieken inzet, is elegant, ingenieus en heeft vaak een humoristisch effect. Bijvoorbeeld de tijdwissels: de hoofdpersoon maakt iets mee en springt dan uit dat verleden het heden in. Of neem de vele spiegelingen binnen en tussen de verhalen, of de referenties, zoals aan The tempest van Shakespeare; een fluïde personage uit de metaverse noemt ze geestig Ariel, naar een luchtgeest.
Door klassiekers uit de literatuur te verweven in haar futuristische verhalen lijkt Winterson te hopen dat er in dat ongrijpbare en onstoffelijke digitale universum toch iets zal resoneren van het echte leven, van het klassieke erfgoed. Met deze bundel bezweert ze haar grote angst dat de toekomstige wereld kaal en onmenselijk zal zijn en nog slechts uit geesten bestaat.
Vertaald door Arthur Wevers. Pluim, 344 blz., € 24,99 (e-boek € 12,99) Oorspr. titel: 'The night side of the river'.
Bookarang
Een originele verhalenbundel over geesten in een digitale wereld. In deze digitale en altijd verbonden wereld is er toegang tot duizenden jaren kennis en worden vrienden en familie overal gevolgd. Maar er is geen kennis over de wereld van de spoken. Deze spoken hebben zich aangepast aan de veranderde wereld, ze leven in apps en dwalen door de metaverse, net zoals ze in de huizen en herinneringen van de levenden rondspoken. Ze zoeken steeds naar nieuwe manieren om contact te leggen, te verleiden en wraak te nemen. Op heldere toon geschreven. Geschikt voor een brede tot literaire lezersgroep. Jeanette Winterson (Manchester, 1959) is een bekende Engelse auteur en toneelschrijver. Ze schreef vele boeken. Haar werk wordt in meerdere landen uitgegeven en won verschillende literaire prijzen, zoals de E. M. Forster Award, de John Llewellyn Rhys Prize en de Lambda Literary Award for Lesbian Fiction.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.