Andalusisch logboek
Stefan Brijs
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Atlas Contact, 2015 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : BRIJ |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Atlas Contact, 2015 |
VOLWASSENEN : ROMANS : BRIJ |
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Atlas Contact, 2015 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 9428 |
Magazijn |
Atlas Contact, 2015 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 9635 |
Dirk Leyman
te/ep/30 s
Felblauwe belettering, cadmiumgele horizon, het blinkende metaal van een Dodge. De cover van Maan en zon, de nieuwe roman van Stefan Brijs (°1969), prent zich diep in het netvlies. Geen overbodige luxe. Het is tenslotte alweer vier jaar geleden sinds voorganger Post voor mevrouw Bromley én tien jaar nadat De engelenmaker nominaties vergaarde en verkoopstatistieken verpulverde. Het geheugen van de modale lezer is kort. Opvallen is nodig, moet de uitgever gedacht hebben.
Niet laten opjutten
Het siert Brijs dat hij zich niet heeft laten opjutten en royaal zijn tijd nam voor Maan en zon, laat staan dat hij zich in nevenprojectjes verloor. Sinds de romancier pur sang in Andalusië woont, is hij eigenhandig bezig de tijd stil te zetten: "Ik wil enkel nog kijken en staren", liet hij zich in de zaterdagkrant nog ontvallen. Maar onderschat zijn dadendrang niet. In een gesprek uit 2000 luidde het al: "Ambitie is de beste houding voor een schrijver. Ik ga er iedere keer van uit dat ik een groots werk schrijf en niet dat ik een zoveelste romannetje aan de reusachtige letterenstapel toevoeg."
Op het eerste gezicht geeft Brijs elke nieuwe roman een compleet andere setting en coloratuur mee. Er gapen hemelsbrede verschillen tussen De verwording, Arend, De engelenmaker en Post voor mevrouw Bromley. Toch ontkom je niet aan een rode draad. Het Parool riep Brijs na De engelenmaker uit tot "de meester van het mededogen". En in zekere zin is ook Maan en zon doordrongen van deze attitude: empathie voor wie tussen de plooien van het leven valt of er onvoldoende voor gewapend is.
De biotoop voor Maan en zon werd Brijs aangereikt door zijn vrouw Melanie, die de eerste tien jaar van haar leven in Curaçao opgroeide en met het kinderliedje 'Luna cu solo' meteen ook de titel van het boek bezorgde. Maar de doorsnee Vlaamse lezer zal weinig associaties hebben met dit Nederlandse Antillen-eiland, tenzij je misschien ooit zo'n prachtige roman ter hand nam van de maandag overleden Frank Martinus Arion of Tip Marugg, die het motto mag leveren.
Maan en zon is een generatieroman die veertig jaar overspant. Door de ogen van de goedmenende, zwarte broeder Daniel volgen we de levens van de licht ontvlambare en gehaaide taxichauffeur Roy en zijn verheerlijkte Dodge-limousine, zijn intelligente 'nobele' en 'zachte' zoon Max - die droomt van een onderwijzersloopbaan - en diens zoon Sonny, die opnieuw het spoor van zijn grootvader drukt. En dan is er nog Max' moeder Myrna, die in moeilijke omstandigheden de eindjes aan elkaar moet knopen en rake klappen van het leven moet incasseren. Ze raakt niet los van Roy, die haar telkens weer manipuleert.
Brijs vertelt een documentaireachtig verhaal waarin hij vooral ook de man-vrouwverhoudingen op scherp stelt. Hij boetseert geen al te fraai beeld van de geplogenheden op het eiland, waar favoritisme, corruptie en machismo hoogtij vieren. De mannen spelen domino en bezwangeren achteloos de vrouwen, zonder zich om de gevolgen te bekommeren. Gedeputeerden verlenen hand- en spandiensten en de graaicultuur is diepgeworteld. Vele bewoners kampen met een gokverslaving.
Blijkbaar kun je je slechts moeizaam aan de doem van je jeugd of je voorouders ontworstelen. Broeder Daniel is de eeuwige bemiddelaar en poogt het leven van zijn favoriete leerling Max in een andere bedding te leggen. 'Ik heb (...) altijd geprobeerd om problemen op te lossen door te praten, door iedereen kans op kans te geven, door te geloven in de kracht van het wederzijdse vertrouwen. Dat heeft vaak geholpen', zo zegt hij, alsof hij ter plekke een Bond zonder Naam-slogan verzint. Maar ook hij beseft zijn limieten. 'Het verdriet om het falen woog meestal zwaarder dan de vreugde die ik haalde uit het succes.'
Lost paradise
Brijs neemt een lange, ietwat voortkabbelende aanloop. Pas vanaf pakweg pagina 100 heb je het gevoel dat de roman echt op dreef komt en raak je ondergedompeld in het broeierige universum van de taxichauffeurs. Dan ruik en voel je de atmosfeer op dit complexe eiland met zijn schaduw- en zonzijden. Dat gebeurt als Roy aan reuma begint te lijden en Max - zij het onder enige morele dwang - helemaal door de magie van de Dodge betoverd raakt.
Het is bewonderenswaardig te zien hoe Brijs vervolgens veertig jaar geschiedenis van het eiland in 280 pagina's propt, zonder dat zijn intense research doorschemert. Met snedige dialogen jaagt hij zijn protagonisten vooruit, al heeft het perspectief van brave loebas broeder Daniel ook zijn beperkingen. Die beseft dat hij Roy, Myrna en Max niet zomaar kan veranderen. 'Ik had mijn en hun achtergrond verdrongen en geprobeerd hen in een mal te stoppen waarin ze niet pasten.' Uiteindelijk blijkt niemand zich aan de doem van zijn milieu te kunnen ontworstelen. Keer op keer verknoeien ze het, stelt broeder Daniel vast. Alsof geheime krachten in dit lost paradise iedereen weer op een dwaalspoor loodsen.
Maan en zon is - ondanks de troebele thema's - geconstrueerd volgens de ijzeren principes van het 'horlogemakersproza'. Alle radertjes schuiven in elkaar, elke ontwikkeling wordt netjes en attent aangekondigd. Ook het slot is niet bijster verrassend.
Je merkt dat er oneindig is gesleuteld aan deze roman. Brijs gooide veel decorum overboord: alles staat in dienst van de handeling. Het gevolg is dat de stijl sec en efficiënt is en er weinig fraaie zinnen uit dit boek vallen te puren. Moet Brijs zich niet opnieuw meer zwier veroorloven? Of hield hij met deze vakkundige roman onbewust het vizier gericht op zijn internationale carrière of een tournee langs de leesclubs?
Stefan Brijs, Maan en zon, Uitgeverij Atlas Contact, 288 p., 24,99 euro.
DIRK LEYMAN ■
Mark Cloosterman
te/ep/25 s
Met het stuwmeer in zicht rechts afslaan, en let op: de verharde weg nemen, niet die andere. Aan het kapelletje rechts houden en dan honderd meter verder kom je aan de poort. Voor de zekerheid stuurt Stefan Brijs (46) ook de geografische coördinaten mee, want zijn stulpje in de buurt van het Zuid-Spaanse Málaga is met een doorsnee gps niet te vinden.
Het geknerp van het grind onder de banden van mijn huurwagen is het enige geluid in de omtrek - heuvels, uitzicht op bergen, hier en daar een verdwaald huis - totdat Brijs de honden het huis uit laat en die zich overenthousiast op de bezoeker storten. 'Ze zijn afgericht om recensenten te herkennen', verzekert hij me.
In de verspreide huizen die samen een gehucht bij het dorpje Los Romanes vormen, heeft hij een nieuwe thuis gevonden. Een huis met zwembad, een schrijfhut (lees: gerieflijk tuinhuis) met magnifiek uitzicht en een olijfgaard. Wat wil een mens nog meer?
Een verklaring, bijvoorbeeld. Waarom verhuizen van Koningshooikt naar Los Romanes?
'Melanie (Elst, voormalig persverantwoordelijke bij uitgeverij Atlas en Brijs' vrouw, red.) is opgegroeid op Curaçao, tot haar tiende, en heeft altijd het verlangen gehad terug te keren naar het warme klimaat. Maar Curaçao was geen optie. Het is te ver, naar mijn smaak. Het is een heel klein eiland waar iedereen iedereen kent, je komt in een dorpssfeer terecht. En ten slotte, wat ik beschrijf in mijn nieuwe boek: het paradijs daar is voorbij.'
'We wilden weg uit het - letterlijk - benepen België. Het wordt er veel te druk, zelfs rond mijn paradijsje in de buurt van Lier. Eenmaal je het hek uit ging: drukte en lawaai. Noem mij ook maar een ecologische vluchteling: ik wou terug naar de natuur zoals die vroeger was. Hier is de monocultuur ook wel in opmars, maar nog niet overheersend. Je hebt hier een einder, een uitzicht. Je kunt staren. En mijn beroep bestaat voor tachtig procent uit staren.'(lacht)
Casa Bella Vista kreeg een nieuwe naam, Casa Luna y Sol, ook de titel van Brijs' nieuwe roman. Die roman-in-wording maakte de verhuizing een stuk makkelijker, ondervond hij. 'Melanie had haar baan in België van de ene dag op de andere opgezegd en moest erg wennen. Ook aan een ander ritme: niet meer elke dag urenlang in de file staan. Voor mij ging het werk gewoon door.Maan en zon was in België begonnen, ik ging hier in mijn schrijfhut zitten en werkte voort.'
Aantrekkelijk afstotelijk
De genese van Maan en zon ligt echter nog verder terug in de tijd. Al in 2001 scheurde Brijs een artikel uit de krant, over een dramatisch voorval in Nederland met een inwoner van Curaçao. Dat krantenartikel vindt de lezer terug op de laatste bladzijde vanMaan en zon; Brijs reconstrueert de gebeurtenissen die tot dat artikel geleid hebben.
'Ik was voor het eerst op Curaçao met oudjaar 1999. Het was mijn eerste keer in de tropen, ik werd meteen doodziek en ik snapte het niet. Als ik Melanies ouders hoorde spreken over Curaçao, waar ze twaalf jaar gewoond hebben, tot kort na de opstand van 1969, betekende die plek alles voor hen. Dat was de plek van het geluk. Ik zag het niet, toen in 1999. Ik snapte hun nostalgie niet, vond de sfeer afstotelijk en aantrekkelijk tegelijk. Pas bij een tweede bezoek, vijf jaar later, voelde ik me echt aangetrokken.'
In 2012 vond Brijs het uitgescheurde krantenartikel terug en realiseerde zich dat hij intussen voldoende band met het eiland voelde om dit boek te schrijven. 'Ik ben meteen weer naar Curaçao gegaan, met een lijstje van mensen die ik wou ontmoeten. Een taxichauffeur. De enige zwarte broeder die daar nog leefde.'
'Ik wou het verhaal van één persoon vertellen, van Max, maar na drie regels had ik al drie generaties en een verteller. En dat klopte, want alleen zo kun je vertellen over een periode van veertig jaar, over de grote veranderingen in een samenleving en hoe die tot fatale beslissingen leiden.'
De drie generaties, dat zijn Roy Tromp, een taxichauffeur met een grote mond en een flamboyante Dodge Matador, Max, zijn zoon, een slimme jongen die onderwijzer wil worden en Sonny, Max' zoon, die in de onzalige voetsporen van zijn grootvader zal treden. Het verhaal wordt, van 1961 tot 2001, verteld door Daniel, een zwarte broeder die sympathie opvat voor Roy en Max. Door de jaren probeert hij de familie uit de armoede te helpen, maar vaak kan hij niet meer doen dan de scherven bijeenvegen en proberen te begrijpen wat er fout ging. Het boek stopt in 2001, als de georganiseerde misdaad greep krijgt op het eiland.
Staking bij Shell
De grote maatschappelijke veranderingen, die komen er vooral na 30 mei 1969, het moment waarop het eiland explodeerde, bij een uit de hand gelopen staking bij olieraffinaderij Shell. Brijs: 'Ik heb daar veel over gelezen en uiteindelijk waren vooral de zwarte getuigen het negatiefst over dat moment. Het leidde tot meer rechten voor zwarten, zeker, maar is het op langere termijn goed geweest voor het eiland? De balans die zij opmaken is: we hebben de kans gekregen en we hebben het verknald. Maar met dat inzicht wordt niets gedaan.'
Maan en zon is anders dan Brijs' vorige boeken. De klemtoon ligt op dialoog, met beschrijving teruggebracht tot een absoluut minimum. Brijs-de-verteller neemt meer afstand en de lezer heeft soms het gevoel door een camera naar de feiten te kijken.
De auteur gaat ook met grotere schreden door de tijd. Je merkt dat er een ervaren schrijver aan het werk is, die beseft dat hij intussen ook effect kan scoren met minder middelen. 'Ik heb in dit boek veel geschrapt, ja. Naar het einde toe zelfs steeds meer. Deels volgt dat uit het perspectief van broeder Daniel: die man wordt ouder, vermoeider, heeft het gevoel dat de dingen om hem heen aan elke controle ontsnappen. Ook voor de lezer moet dan de snelheid fors opgevoerd worden.'
'Het is mijn meest realistische roman. Wellicht doordat het mijn eerste boek is over plaatsen en mensen die ik zelf heb gekend. Dat heb je natuurlijk niet als je een roman situeert tijdens de Eerste Wereldoorlog, in Engeland. Voor een boek als De engelenmaker moest ik ontzettend veel verzinnen. Dat hoefde deze keer niet. Sterker nog, de weinige scènes waarin ik wel aan het verzinnen ben geslagen, werden door mijn redacteur afgekeurd. Ik had bijvoorbeeld een heel stuk geschreven over de fatale nacht waarin Roy zijn zoon meetroont naar het casino. Dat is in de roman teruggebracht tot drie regels.'
'Het grootste deel van mijn werk is altijd al geweest: schrappen. Ik schrijf heel veel, laat de personages paden bewandelen tot ik me realiseer dat die nergens heen leiden, en keer op m'n stappen terug. Ik blijf schrappen tot in de tweede drukproef. Op de uitgeverij worden ze wanhopig van me. Ik wil me met hem niet meten, maar als ik zie wat Modiano kan, met zo weinig woorden. Bedenk ook waar ik vandaan kom!De verwording, mijn debuut, was een boek met zinnen van anderhalve bladzijde.'
Vaders en machismo
Oppervlakkig bezien is elk boek van Stefan Brijs anders. De meeslepende gothic fantasie van De engelenmaker. Het subtiele, gedegen realisme van Post voor mevrouw Bromley. En nu het documentair realisme van Maan en zon. Toch schemeren Brijs' interesses altijd door het verhaal heen.
Falende vaders: ze staan centraal in de drie romans. In Maan en zon trekt Roy, met zijn machismo en impulsieve gedrag, een streep door alle dromen van zijn zoon Max. Die laatste, veroordeeld rond te rijden in de intussen aftandse Dodge Matador, probeert de toekomst van zijn eigen zoon (veelzeggend Sonny genaamd) veilig te stellen, maar die wordt al net zo'n macho als zijn grootvader - wat zodanig uit de hand loopt dat Max een extreme daad moet stellen. Machismo is de voornaamste motor van het verhaal in Maan en zon.
Brijs' lezers zullen terugdenken aan Martin Bromley, die zich uit de naad werkt om te mogen gaan vechten tegen de Duitsers, om te bewijzen dat hij een man is. En wiens machismo hem uiteindelijk zelfs het leven kost. Stoere personages hebben bij Brijs doorgaans een verwoestende kracht. Op de achtergrond van beide boeken: vaders met losse handjes en hun zonen die vrezen dat ze dezelfde karakterfouten zullen hebben. En hoe minder gezegd over het vaderschap van Victor Hoppe uit De engelenmaker, hoe beter.
'Dat is de opvoeder in mij. Ik heb tien jaar in het onderwijs gewerkt met leerlingen die thuis veel problemen hadden. Dat raakte mij iedere keer. Het valt me ook vaak op als ik met goede vrienden praat: hoeveel slechte ouder-kindrelaties er zijn. Hoeveel dingen er mislopen in de jeugd door de ouders. Ik mag mezelf wel gezegend noemen met de mijne. Ouders en kinderen, dat is de moeilijkste relatie die er is. Mijn Franse vertaler zei: dit is een roman over het onvermogen om de mens en de wereld te veranderen. Daar komt het op neer.'
'Mijn hoofdpersonages zijn vaak zwakke kerels, mannen met te weinig karakter, te weinig ballen. Max vecht te weinig. Broeder Daniel vecht tegen de bierkaai. Als enige zwarte broeder loopt hij ook binnen zijn gemeenschap op eieren.'
Daartegenover staat Roy, de kleurrijkste figuur van het boek: een man die pronkt met meer vrouwen en meer kinderen dan hij er ooit heeft gehad. 'Roy is een personage you hate to love. Je ziet de goedheid én het talent om alles te verknoeien. Let wel, hij is ook een typische Antilliaan. Zoals Roy lopen er daar honderden, duizenden rond. De hele maatschappij van Curaçao draait rond man-vrouwverhoudingen. De machocultuur is nu afgenomen, teruggebracht tot pronken met mobiele telefoons en andere consumptiegoederen - maar ze is honderden jaren belangrijk geweest.'
Het leidt tot enkele schokkende momenten, zoals wanneer Myrna, de officieuze vrouw van Roy, een miskraam en het verdriet daarover voor hem verbergt, omdat de status van een vrouw volledig afhangt van haar vermogen om kinderen te krijgen. 'Voor die vrouwen geldt hetzelfde als voor de maatschappij in haar geheel. Ze weten dat de mannen hen niet trouw zullen blijven - dat wordt haast verwacht van mannen - en toch raken ze iedere keer weer zwanger, om onvermijdelijk weer te worden achtergelaten. Zelfinzicht zonder vooruitgang. Het is haast instinct.'
Zwarte Piet
Begeeft Brijs zich niet op gevoelig terrein? Als Vlaming over een Nederlandse ex-kolonie schrijven? Als blanke zich de vertelstem van een zwarte toe-eigenen, voor een verhaal over falende zwarten? 'Het is gevoelig, ja. Daar ben ik me wel bewust van, sinds het Zwarte-Pietendebat. Ik hoop dan maar dat de mensen tussen de regels de liefde voor het eiland en voor de personages vinden. Mijn doel was eerlijkheid: het leven zoals het is op Curaçao. Ik ben ook heel nieuwsgierig naar hoe het boek daar onthaald zal worden. Het is hoe dan ook een boek dat uitnodigt tot een gesprek.'
Pratend over de menselijkheid van Brijs' personages drinken we Belgisch bier en eten we tapenade van olijven uit zijn boomgaard. De auteur heeft de olijfgaard verpacht aan een lokale boer, ook al wil hij graag zijn eigen olijfolie maken. 'Je kunt niet naast de armoede hier kijken. Een werkloze krijgt nog een zeshonderd euro, gedurende maximaal twee jaar. Daar moeten we toch rekening mee houden. Voor die boer zijn mijn olijven een bron van inkomsten. Ik ben er nog niet uit.'
Brijs' volgende boek zal zich waarschijnlijk dicht bij zijn nieuwe thuis afspelen. 'Ik trek heel 2016 uit om door Andalusië te reizen. Niet de steden, maar de dorpen. In het spoor van Federico García Lorca, misschien. Of richting Frigiliana, waar de bevolking ontzettend geleden heeft onder Franco. Daar wordt totaal niet over gesproken. En wist je dat Léon Degrelle door Franco is opgevangen en vijftig jaar hier in Andalusië gewoond heeft? Hij is gestorven in Málaga. Ik heb nog geen idee welke roman ik vervolgens ga schrijven, maar dat ik in 2016 op een idee zal komen: geen twijfel aan.'
STEFAN BRIJS
Maan en zon.
Atlas Contact, 288 blz., 19,99 euro.
verschijnt op 30 september
Mark Cloostermans ■
Vera ter Beest
De Curaçaose Max heeft een doel: hij wil later onderwijzer worden. Zijn vader, die hij vrijwel nooit ziet, denkt daar anders over. Om de reputatie van de familie hoog te houden, moet Max net als zijn vader taxichauffeur worden. Met hulp van zijn leraar, broeder Daniël, kan Max toch studeren aan de hogeschool. Dan krijgt zijn vader reuma en zegt zijn moeder haar baan op om voltijds voor zijn vader te zorgen. Max aarzelt geen moment: hij stopt met studeren om zijn moeder financieel bij te staan. Hij wordt taxichauffeur, hopend dat hij zo ook kan sparen om later zijn studie weer op te pakken. Jaren later rijdt hij nog steeds met de taxi rond. Hij is getrouwd en spaart voor de studie van zijn zoon. Maar dan begaat zijn zoon een stommiteit en neemt Max weer resoluut een beslissing. Anders dan de magisch-realistisch getinte romans als ‘Arend’* is dit werk van de Vlaamse auteur (1969) een realistisch, gevoelig drama over drie generaties Curaçaoërs, met de problematiek van hun tijd, verteld door de vertrouwenspersoon Daniël, die voor alle drie de generaties klaarstaat. Goed opgebouwde roman, waarin het leven van de hoofdpersonen is gedetermineerd. De omstandigheden en gebeurtenissen die plaatsvinden op Curaçao zorgen voor kleur en dramatiek. Paperbackeditie.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.