Pastorale
Stephan Enter
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Van Oorschot, 1999 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : ENTE |
31/12/2000
De zes verhalen in "Winterhanden", het eerste boek van de Nederlandse schrijver Stephan Enter, ademen aanvankelijk de sfeer van een stille film uit. Terwijl het buiten sneeuwt of regent, dampt het in de keukens, beslaan ramen en brillen, en ruikt het naar gewassen kleren of verschaalde sigarettenrook. In de verhalen van Stephan Enter kan zoiets spectaculairs als winterhanden al een aanleiding zijn om aan het vertellen te slaan.
Mensenlevens komen vluchtig met elkaar in aanraking. Opvallend hierbij is de manische nauwgezetheid waarmee de verteller op een afstandelijke manier details in zijn omgeving beschrijft: barsten in de plafonds, nerven in de deur, "de kolonie stipvormige schimmels" die "de gedaante van een paardenkop" had aangenomen en losgebladderde verf op de muur. Het eten wordt klaargemaakt, er wordt televisie gekeken, liefde bedreven en met de fiets gereden. Onder deze bedrieglijke schijn van alledaagsheid komt geleidelijk de onmogelijkheid tot toenadering tussen de personages tevoorschijn, een rode draad door deze zes verhalen. De hoofdpersonages durven niet voor zichzelf op te komen en voelen zich machteloos en schijnbaar verlamd, zoals de student die niet weet hoe hij het uit moet maken met zijn vriendin. Ook de jongen die zijn spreekbeurt ziet ontsporen en de kop van jut van de hele klas wordt en de man wiens grootvader gestorven is, voelen zich door hun eigen machteloosheid overmand. Tussen de student en zijn vriendin creëert het lichamelijk contact nog even de illusie van nabijheid, maar ze blijken uiteindelijk toch niet tot communicatie in staat. Nietszeggende zinnen blijven in de lucht hangen en directe persoonlijke confrontaties worden uit de weg gegaan en vervangen door een schriftelijke mededeling. In het verhaal met de toepasselijke titel 'Schijngestalte' lijken zelfs sommige voorwerpen vreemd voor de verteller: "Het scheen hem toe dat de voorwerpen in de kamer niet door iemand waren neergezet of opgehangen, maar zichzelf lang geleden op hun plaats hadden genesteld". Door middel van de vele kleine en treffende details weet Stephan Enter op een geraffineerde manier stemmingen op te roepen en ontpopt hij zich als een begenadigd verteller. [Heidi Verdonck]
Henk Kisteman
Deze bundel bevat zes wat langere verhalen. In alle staat het begrip relatie centraal. De hoofdpersoon - een jongen of een man - loopt aan tegen zijn beperkingen: hij kan geen actieve rol vervullen in relaties. Ook bij andere personen speelt deze moeite een rol. De ene keer komt dit slechts terzijde aan bod, als de moeder opnieuw lijkt te gaan trouwen; in een ander verhaal kan een jongen een spreekbeurt voor de klas over zijn postzegelverzameling niet tot een goed einde brengen. In andere verhalen gaat het over de moeizame vriendschap van een kleinkind voor zijn opa of om een scholier die op zijn jas het woord 'macho' gespoten ziet. Communicatie staat centraal, vooral de moeite ermee. Deze bundel vormt het debuut van de jonge auteur. Hij heeft oog voor veel details en weet een situatie goed te beschrijven. In zijn verhalen ziet niet zo veel vaart. Zijn taalgebruik is niet zo beeldend, maar wel treffend. Of de Nederlandse literatuur er een echte schrijver bij heeft, zoals het achterplat vermeldt, moet de toekomst nog uitwijzen. Kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.