Het satelliettijdperk 1960-70

De informatieve reeks '20ste eeuw' van uitgeverij Corona behandelt een brede waaier van ontwikkelingen op het gebied van muziek, design, mode, kunst, wetenschap en media in de vorige eeuw. Aan ieder thema wordt een reeks boekjes gewijd, die telkens één à twee decennia beslaan. In deze recensie komen de ontwikkelingen en uitvindigen in de jaren 1960-1970 aan bod, en dit op het vlak van mode, design, wetenschap & technologie en media.

Hoewel de boekjes door verschillende auteurs geschreven werden, kaderen ze binnen een reeks, waardoor er onderling duidelijke gelijkenissen zijn. Zo worden alle boekjes gekenmerkt door een overvloed aan fotomateriaal. Grote, overzichtelijke kleurenfoto's werden duidelijk met zorg uitgekozen en vormen dan ook een welkome illustratie bij de tekst. Steve Parker strooit in zijn bijdrage over 'Wetenschap en technologie' wat kwistig met fotomateriaal, wat bijwijlen een drukke, onoverzichtelijke bladspiegel oplevert.

Na een inleiding, die opnieuw van kwaliteit verschilt naargelang de individuele bijdrage, focussen de auteurs op subthema's binnen hun specifieke domein. Kitty Powe-Temperly zorgt voor een solide stijl en inhoud: de ruime aandacht voor de maatschappelijke en culturele beïnvloeding van de 'golden sixties' op de mode, geeft haar boek een duidelijke meerwaarde. Aan bod komen onder andere mode geïnspireerd op ruimtevaart en de typerende stijl van de 'mods & rockers', beïnvloed door de muziek. Ook Julia Bighma besteedt ruim aandacht aan de verwevenheid tussen maatschappij en cultuur (in haar geval design), wat opnieuw een interessant leesbaar boek oplevert. In een heldere, transparante stijl vertelt ze over pop en jeugdcultuur, invloed van ruimtevaart op design en het ontstaan van het plastic-tijdperk.

Minder interessant zijn de beide bijdragen van Steve Parker. Zowel in 'Media' als het reeds genoemde 'Wetenschap en technologie' verliest Parker de doelgroep weleens uit het oog. De strikt wetenschappelijke informatie wordt nogal droog overgebracht, wat bijwijlen onleesbare stukjes oplevert. Dat Parker ter compensatie ruimschoots illustraties en foto's toevoegt, verhindert dit euvel niet. Potentieel interessante onderwerpen, zoals de opkomst van het ruimtetijdperk en de daarbijhorende ruimterace tussen de grootmachten Verenigde Staten en de Sovjet-Unie, de toepassing van het ruimteonderzoek op het dagelijkse leven (varïerend van live-kleurentelevisiebeelden tot plastic wegwerpkleren) of de opkomst en de impact van het medium televisie, weten door deze schrijfstijl weinig te boeien.

Zoals wel vaker in een 'reeks' boeken verschilt ook hier de kwaliteit van de individuele bijdragen. Jonge wetenschapers en liefhebbers van non-fictie komen vooral in de boekjes 'Mode' en 'Design' goed aan hun trekken. De bijdragen van Steve Parker stellen daarentegen teleur: kinderen en jongeren mag men niet onderschatten, maar het herhaaldelijk overschatten van hun capaciteiten biedt ook geen soelaas. [Jürgen Peeters]