Fluit zoals je bent
Edward van de Vendel
Edward van de Vendel (Auteur), Gerda Dendooven (Illustrator)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Eenhoorn, 2005 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE :
Verliefd zijn |
31/12/2006
Zo maakt Gerda Dendooven een kinderboek: ze neemt een vreemd verhaal en plaatst dat in een dissonante toonzetting, luistert dat op met verrassende en bevreemdende illustraties, et voilà, leest smakelijk. Het laatste dat we in die eigenzinnige stijl van haar zagen was Soepkinders. Nu is er opnieuw een knotsgek verhaal, met de absurdistische titel Van de jongen die een eikenhoutje stoeltje at.
De tekst is deze keer van haar Nederlandse collega en generatiegenoot Edward van de Vendel. Het is een mengeling van een surrealistisch sprookje en een alledaags liefdesverhaal. Een bijzondere vertelling van een banale geschiedenis van twee mensen: eerst zijn ze verliefde kinderen, dan worden ze volwassen en trouwen en later worden ze samen oud. Zie lieve kinders, zo eenvoudig kan het leven zijn. En toch. Het boek zou niet Dendoovens signatuur dragen als alles zo eenduidig was.
De hoofdpersonages werden Geurt en Gerlinde gedoopt en het verhaal gaat over... Ja, waarover eigenlijk? De hoofdthema's zijn onomwonden verliefdheid, succes en geluk, maar tussen de woorden liggen ook verdriet, bedrog, leegte en onzekerheid te gisten. Op zich geen vreemde elementen voor een kinderboek, ware het niet dat het hele verhaal werd opgehangen aan het eten van een eikenhouten stoeltje. Gerlinde zegt aan het begin van het boek namelijk iets tegen haar geliefde Geurt wat ze al jaren weet: "Op een dag doe jij iets heel bijzonders. Ik weet het zeker." Op die bijzondere daad hoeven we niet lang te wachten, want al in de eerste zinnen van het boek werkt Geurt het betreffende eikenhouten stoeltje naar binnen. Van daar af begint de 'stoeltjesstory', die -- herhaaldelijk proberen heeft het uitgewezen -- niet in een recensie kan worden gevat. De vraag waar het boek over gaat, wordt overigens ook in de tekst zelf expliciet gesteld. Wanneer we al lezende beland zijn bij de jaren van huwelijksvreugde, staat er plots: "Maar... dit verhaal gaat helemaal niet over Gerlinde. Het gaat over het stoeltje." En zo gaat het achtereenvolgens woordelijk over Geurts bizarre daad, de heisa die dat geeft, zijn succes ermee, over Gerlinde die zichzelf een "nietje, een nulleke" vindt... tot in de allerlaatste zin: "Nee -- dat verhaal van Geurt en mij... Dat ging helemaal niet over een stoeltje!" Tussen de woorden in borrelt een warm verhaal van een grote liefde.
Naast de tekst zijn er natuurlijk Dendoovens schilderijen. Ze haalde opnieuw al haar talent uit de kast en illustreert tegendraads in haar eigen beeldtaal: eigen aan zichzelf, maar ook aan het verhaal. Zoals steeds zetten haar creaties de bevreemdende sfeer van de vertelling alleen maar kracht bij. De prenten zijn niet mooi, wel fascinerend. De personages intrigeren door hun lelijkheid: de vormeloze lijven, de uitpuilende ogen, het rozige vlees, de opstaande neuzen en de scheve tanden... Alle schoonheidsidealen op een stokje! Gerda Dendooven maakt genadeloos komaf met de spreekwoordelijke kinderlijke lieflijkheid. Wie graag snoezige plaatjes ziet, zal waarschijnlijk moeite hebben met deze rauwe, haast Bacon-achtige prenten. Dendooven toont zich hier dus erg picturaal en haar techniek verraadt haar kennis van en affiniteit met de hedendaagse schilderkunst. Bijzonder aan het illustratieconcept is dat Dendooven verschillende gebeurtenissen, gevoelens of gedachten uit de tekst probeert te vangen in aparte vakjes, cirkels of een soort 'verzameling'. Op de linkerbladzijden staat steeds de tekst, op de rechter- de illustraties. Die laatste zijn eveneens leesbaar als op zichzelf staande beelden: soms als een rebus, andere keren als een strip of een tekenfilm.
Of het boek echter dezelfde aantrekkingskracht zal uitoefenen op jonge kinderen als bv. Soepkinders, daar valt aan te twijfelen. In Soepkinders hadden de tekeningen een zachte uitstraling, ondanks het feit dat ze hard en hoekig waren van vorm (de gebruikte techniek liet niets anders toe). Bovendien beperkte het kleurgebruik zich tot twee of drie harde kleuren. Van de jongen die een eikenhouten stoeltje at kreeg een heel ander soort illustraties mee: het kleurgebruik is zacht in al het roze, lila, rood, blauw en bruin..., maar de af en toe harde accenten en daar bovenop de afstotelijke vormen, doen aan die zachtheid af, verzuren en verbitteren haar. [Iris Paschalidis]
M.J. Taselaar-Callenbach
Geïllustreerd verhaal over Gerlinde, die zichzelf een mietje vindt. Al jaren zegt ze tegen haar vriend Geurt: 'Op een dag doe jij iets bijzonders'. En dan is het zover en zegt hij 'Ik heb een eikenhouten stoeltje opgegeten'. Hij wordt beroemd. Geurt en Gerlinde trouwen en worden samen oud. Maar eigenlijk gaat het verhaal over het stoeltje. Het was niet opgegeten, maar stond op zolder. Geurt durft niets te vertellen. Gerlinde vindt het stoeltje, maar zegt ook niets. Als Geurt oud is, wordt hij ziek en dan zegt hij: 'Ik ben een nietje, een nul'. Gerlinde haalt het stoeltje en als Geurt de stralende ogen van Gerlinde ziet, gaat hij dood. Na de begrafenis hakt Gerlinde het stoeltje in splinters en denkt: 'Het verhaal ging alleen over Geurt en mij en niet over het stoeltje'. Byzonder prentenboek. Om de tekst op de linkerpagina te illustreren staan rechts fel gekleurde illustraties, soms verdeeld in vakken. De gezichten zijn 'en profil' en doen vervreemdend en afstandelijk aan. Veel details, hartjes, symboliseren de liefde tussen Gerlinde en Geurt. Op de kaftbladen staan verticale zwarte en gekleurde strepen. Vanaf ca. 6 jaar.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.