De tuinen van Dorr
Paul Biegel
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Lemniscaat, [2008?] |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : BIEG |
31/12/2008
De boeken van Paul Biegel spreken jaren na publicatie nog steeds aan. Zo ook deze roman, die in 1988 een Zilveren Griffel en Zilveren Penseel won in Nederland. Het verhaal speelt zich af in een onbestemd verleden, ergens in een onbekend koninkrijk. Niemand daar heeft ooit de Rode Prinses gezien, aangezien zij is opgegroeid binnen de muren van het Witte-Torenpaleis. Pas op haar twaalfde verjaardag zal ze voor het eerst aan het volk getoond worden. Tijdens die feestelijke rondrit wordt ze echter ontvoerd door drie woeste rovers, die veel losgeld voor haar vragen. Aanvankelijk vindt het prinsesje de woeste rit met de rovers erg spannend en leuk, maar dan begint ze toch haar prachtige en beschermde leventje op het kasteel te missen. Ze weet te ontsnappen en belandt in allerlei avonturen. Ondertussen begint het volk te twijfelen aan het bestaan van de prinses: is haar zogenaamde ontvoering niet gewoon een truc om het volk nog meer geld afhandig te maken? Er komt zelfs een nepprinses aan te pas, en de gevangen rovers worden bijna opgehangen. Dan daagt ons prinsesje echter toch nog net op tijd op.
Zoals we van Paul Biegel gewoon zijn, is het verhaal niet alleen spannend, maar zit het ook vol grappige vondsten en woordgrapjes. Zo spreekt de prinses altijd in de wij-vorm, wat de enige manier is waarmee je een echte prinses kan onderscheiden van het gewone volk. Het boek kreeg een mooie cover en werd geïllustreerd door talrijke gedetailleerde pentekeningen van Fiel Van der Veen. [Karin Van Camp]
Redactie
De 12-jarige Rode Prinses wordt ontvoerd door drie gemene rovers, als zij voor de eerste keer buiten het paleis, in 'de Rest van de Wereld', komt. Ze vindt de ontvoering helemaal niet eng, geniet er zelfs van. Van het volk heeft niemand ooit de Rode Prinses gezien, en men gaat denken dat ze niet echt bestaat, dat het een truc van de koning is om zo (los)geld van de bevolking te krijgen. Intussen beleeft de Rode Prinses het ene avontuur na het andere. Een spannend, sprookjesachtig verhaal, met veel humor geschreven (Zilveren Griffel 1988). Die humor gaat soms wel over de hoofden van de kinderen heen. Een fijn boek, in typische Biegelstijl, met prima, tekstaanvullende, gedetailleerde pentekeningen (Zilveren Penseel 1988). Deel uit de Biegel Bibliotheek. Zelf te lezen vanaf ca. 10 jaar, voorlezen vanaf ca. 7 jaar, waarbij ook de volwassen voorlezer zal genieten.
An Lippens
ua/an/22 j
De rode prinses' is een avontuurlijk en verrassend sprookjesverhaal over een mysterieuze prinses met rode haren. Niemand had haar ooit gezien maar op haar twaalfde zou ze voor het eerst het Witte- Torenpaleis verlaten en voor het volk verschijnen. Maar voor ook maar iemand een glimp van haar kan opvangen, wordt ze ontvoerd door drie wilde rovers. Eén van hen, Schwanzenstolz, blijkt eigenlijk een heel zachtmoedige en aardige man te zijn, die het beste voorheeft met de kleine prinses. Ze wordt gevangengenomen en ontsnapt, komt terecht bij de Verschrikkelijke Umberto, die ook weer niet zo verschrikkelijk blijkt te zijn; op een boerenbruiloft en zelfs in het gekkenhuis. Ondertussen staat heel de hofhouding in rep en roer en is er een beloning van duizend pond zilver en duizend pond goud beloofd aan degene die de prinses heelhuids terugbrengt. Dat brengt sommigen op ideeën ... Na lange avonturen in de Rest van de Wereld keert de Rode Prinses terug. Niet meer als een broos onwetend meisje maar als een avontuurlijke meid die het liefst van al rover wil worden! Ze bevrijdt de rovers uit de kerkers, staart ze nog heel lang na en wordt koningin. 'De rode Prinses' bevat alle klassieke sprookjeselementen, is spannend en soms ook grappig maar ontkracht tevens de clichés over goeden en slechteriken. Het wordt al voor de tiende maal herdrukt. De eerste druk dateert van 1987 maar het verhaal is, zoals alle sprookjes, tijdloos en blijft boeien. Wat enigszins jammer is, is dat in de herdruk de spelling ongewijzigd is gebleven en de tussen- n’en en c’s of k’s niet volgens de moderne spellingsregels worden gebruikt. Het boek leest heel vlot en is opgedeeld in tien korte hoofdstukken. Grote en kleinere illustraties her en der doorbreken de tekst en visualiseren het verhaal. De pentekeningen in zwart-wit zijn vrij klassiek van tekenstijl. Een heerlijk ouderwets verhaal!
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.