Ik ben de baas!
Jeanne Willis
Jeanne Willis (Auteur), Tony Ross (Illustrator)
4 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
4 items aanwezig |
De Vries-Brouwers, 2008 |
VERDIEPING 0 : THEMACOLLECTIE ENKEL VOOR ONDERWIJS EN DIENST ![]()
Grootouders |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Vries-Brouwers, 2008 |
Kleuter : mens - lichaam ![]()
Grootouders |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Vries-Brouwers, 2008 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : GROOTOUDERS : WILL |
31/12/2009
In Watje Wimpie (zie De Leeswelp 2007, p. 290), over een kleine muis die zijn overbezorgde moeder laat zien dat hij echt wel tegen een stootje kan, namen Jeanne Willis en Tony Ross het op voor de jeugd. Die ouwe opa kan nog wel wat! maakt duidelijk dat we ook bejaarden niet mogen onderschatten. Watje Wimpie vertrekt vanuit het gezegde 'iemand in de watten leggen' en ook dit verhaal heeft een bekend (Engels) gezegde als motto: 'Je kunt een oude hond geen nieuwe kunstjes leren' (You can't teach an old dog new tricks). De kloof én de band tussen generaties speelt in beide boeken een belangrijke rol. Die ouwe opa kan nog wel wat!, de Engelse titel is kortweg The old dog, gaat over een stel jonge hondjes dat hun opa saai en een "beetje vies" vindt. Ze gaan liever niet bij hem op bezoek, want opa praat alleen maar over vroeger, hij ruikt raar, zit zich aldoor te krabben en smakt ook nog eens bij het eten. Ook griezelen de kleine hondjes van opa's pluizige pak en van de grote wrat op zijn hoofd. Als opa over vroeger vertelt, dan gapen de jonge hondjes "Daar gaat hij weer!" Mama vindt het heel erg, maar de kinderen willen echt niet meer naar opa luisteren.
Als we het boek openslaan, zien we bladzijden uit opa's fotoalbum. Op de zwart-witfoto's zien we hem als jonge man in de zee, we zien hem aan het werk, we zien hem als soldaat, maar we zien opa nooit lachen. "Die opa van ons is echt niet meer bij de tijd", zeggen de jonge hondjes. Als opa plotseling een clownshoed opzet en zijn grauwe pak verwisselt voor een kleurig exemplaar, schamperen de kleintjes: "Hij is een beetje knetter geworden. Hij moet maar eens naar een tehuis." Maar dan gromt opa dat ze allemaal een stapje achteruit moeten doen, hij zal eens wat laten zien! De hondjes zijn diep onder de indruk van de acrobatische act die opa dan opvoert. Zo hadden ze opa nog nooit gezien. Wauw! Waar heb je dat geleerd, opa? Opa begint te vertellen: "Vroeger toen ik nog jong was, [...]". Vroeger liepen de hondjes weg als opa zo begon, maar nu willen ze alles over opa's circusjaren horen. De laatste bladzijden van het boek tonen opnieuw jeugdfoto's van opa. Maar we zien nu een heel andere opa: opa de clown, opa de acrobaat en opa als levende kanonskogel. En het mooiste is, vanaf deze kleurenfoto's kijkt opa ons lachend aan.
Die ouwe opa kan nog wel wat! is getekend in de herkenbare stijl van Tony Ross. Stevig zwart omlijnde figuren, ingevuld met lichte kleuren. De combinatie van de krasserige penlijnen en de lieflijke pastels draagt bij aan de toon van het verhaal; scherp maar niet hard.
Kleuters, de leeftijdsgroep voor wie dit boek bedoeld lijkt, kunnen de spottende toon waarop de kleine hondjes over en tegen opa spreken misschien niet waarderen. Voor lezers die de ironie van het verhaal nog niet kunnen vatten en dus alles letterlijk opnemen, klinkt de kritiek op opa immers niet erg grappig. Voor mijn werk als onderzoeker van kinderliteratuur heb ik met honderd kleuters (individueel) over Watje Wimpie, het vorige boek van Willis en Ross, gesproken. Daarbij was ik speciaal geïnteresseerd in hoe die kinderen omgingen met de ironie van dat verhaal. Geen enkele kleuter had door dat oma muis het ironisch bedoelde toen ze tegen haar dochter zei: "Je legt Wimpie in de watten." Net als Wimpies moeder vatten de kinderen, die het gezegde 'in de watten leggen' niet kenden, oma's opmerking letterlijk op; als een goed bedoeld advies. Het is o.a. de ironie, de milde spot, die deze boeken van Willis en Ross voor oudere lezers zo aantrekkelijk maakt. Aan kleuters kan deze vorm van humor (kritiek op mama, lachen met opa) echter volledig voorbijgaan.
In een interview is Tony Ross eens gevraagd of hij bewust lessen voor ouder en kind in zijn verhalen verwerkt. "Dat klopt", zei hij: "maar ik sta altijd aan de kant van het kind. Soms spreken ouders mij daar wel eens op aan. Ze vertellen me dat mijn verhalen het ouderlijk gezag ondermijnen. Dan leg ik uit dat ik de kant van het kind kies omdat het een kinderboek is en omdat kinderen leven in een hele gekke wereld. Iedereen vertelt hen maar wat ze moeten doen, wat ze moeten eten en welke kleren ze aan moeten. Kinderen worden behoorlijk onder de duim gehouden." (http://www.britishcouncil.org/arts-literature-lit-matters-tony_ross.htm) Ross ziet voor zijn werk dus een compenserende taak weggelegd: in het echte leven worden kinderen in toom gehouden, maar daarom hoeft dat bij hun verhaalhelden ook niet zo te zijn.
Al is de ironie voor kleuters soms nog een beetje hoog gegrepen, het werk dat Jeanne Willis en Tony Ross maken, is van grote klasse. Dat bewijzen ze steeds opnieuw met hun tragikomische verhalen vol goedmoedige spot. [Coosje Van der Pol]
Julienne van den Heuvel
De jonge hondjes willen niet naar hun opa die zeurt over vroeger: hij is saai, vies en eng. Opa weet echter precies hoe ze over hem denken, dus hij zal ze wel eens even wat laten zien! Hij verschijnt als clown ten tonele en geeft de ene na de andere act weg: zo doet hij de titel van dit prentenboek eer aan! De met zacht aquarel ingekleurde illustraties van verschillend formaat, soms een paar op een pagina, vaak paginavullend, ondersteunen de tekst op hun eigen humorvolle wijze; er is veel op te zien. De schutbladen voorin tonen acht 'zwart-witfoto's' uit verschillende fasen van opa's gezapige leven; op de schutbladen achterin staan acht 'kleurenfoto's' van opa's nieuwe, bruisende leven, inderdaad vol kleur! Grappig prentenboek van het duo dat al vaker met succes samenwerkte. Ook dit boek heeft weer kwaliteit. Vanaf ca. 4 jaar.
Sieglinde Duchateau
ua/an/22 j
De Jonge Hondjes willen niet naar Opa. ‘Opa is zo saai. Hij praat alleen maar over vroeger,’ menen ze. Mama verdedigt Opa, maar de Jonge Hondjes zijn niet overtuigd; ze vinden Opa zelfs een beetje vies. Maar ze moeten toch naar hem toe en laten merken dat ze er niets aan vinden. Opa wordt boos: hij is niet altijd oud geweest! Dat is heel moeilijk te geloven. Om het te bewijzen steekt hij zichzelf in een clownspak. Hij doet kunstjes met zijn fiets en jongleert met ballen. Algauw geraken de Jonge Hondjes geïnteresseerd. En wanneer Opa vertelt over vroeger in het circus, hangen ze aan zijn lippen ... Een herkenbaar boekje over respect voor oude mensen. Opa weet wel hoe de Jonge Hondjes over hem denken en is er allesbehalve blij mee. Terecht, maar anderzijds is het misschien wel begrijpelijk. Gelukkig weet hij algauw het tij te keren en krijgt hij de kinderen op zijn hand. Hij kan nog wel wat! Het verhaal is kleurrijk geïullustreerd door Tony Ross. Hij weet gevoelens en emoties bijzonder goed te capteren. Tekst en illustraties zitten in elkaar verweven. Een bijzonder en vooral actueel boek, want in deze tijden van vergrijzing stijgt het belang van grootouders. Vaak hebben ze wel wat tijd ter beschikking om met de kleinkinderen op te trekken en is hun betekenis als opvang in een werkend gezin erg groot. En ja, ze verdienen respect.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.