Vlaamse primitieven : de mooiste tweeluiken
Nico Van Hout
Nico Van Hout (Auteur), Arnout Balis (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Ludion, 2010 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : KUNST : 700 RUBENS |
31/12/2010
Enige tijd geleden had ik het in deze kolommen over Mark Lamsters bijzonder lezenswaardige biografie van Rubens als spion-diplomaat (De Leeswolf, 2010, p. 128). Lamsters beschrijving van Rubens' drukke bezigheden op het toneel van de Europese politiek riep alvast de vraag op waar de schilder tussen al zijn buitenlandse verblijven en binnenlandse overlegmomenten door überhaupt nog de tijd vond om de talrijke werken te produceren die hem zijn plaats in de canon van de schilderkunst verzekerden. Er ligt thans een nieuw boek over Rubens voor dat die vraag niet alleen nog pregnanter maakt, maar tegelijk onze bewondering voor de meester-schilder alleen maar kan doen stijgen. Het maken van die schilderijen was geen sinecure: er was tijd voor nodig, veel tijd en geduld.
In Rubens doorgelicht brengen Nico Van Hout en Arnout Balis (ze zijn respectievelijk curator van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten te Antwerpen en hoogleraar kunstgeschiedenis aan de Vrije Universiteit Brussel) een tussentijds verslag uit van de bevindingen van een groot onderzoeksproject dat zij in de schoot van het Antwerpse museum en met de steun van The Getty Foundation leiden naar de Rubensschilderijen uit de collectie van het KMSK. De vragen die in dit project centraal staan, hebben in wezen niets te maken met de besognes van Lamster, die cultuurhistorisch en cultuurpolitiek van aard zijn. Bij Van Hout en Balis draait alles om de schildertechniek van de meester en de materialen waarmee en waarop hij die techniek tot uitvoering bracht, de vraag welk soort verf hij gebruikte, uit hoeveel onderliggende lagen zijn schilderijen bestaan en hoeveel verschillende schetsen er aan een schilderij voorafgaan.
Deze vragen geven meteen aan om welk soort onderzoek het hier gaat. Er komen röntgenstralen bij te pas, infraroodfotografie en zelfs dateringstechnieken om de leeftijd van het eikenhout vast te stellen waarop Rubens sommige van zijn meest prestigieuze werken schilderde. Het belang van dit soort onderzoek kan moeilijk worden overschat. In de eerste plaats resulteert dit project in nieuwe kennis over de ontstaansgeschiedenis van Rubens' meesterwerken: Van Hout en Balis geven voorbeelden van olieschetsen die dienden ter voorbereiding van de compositie van grotere werken, maar komen door middel van röntgenopnamen ook tot de vaststelling dat een ondertekening van een schilderij niet zelden verschilde van het uiteindelijke resultaat. Bepaalde details wisselden in de laatste fase van het proces van plaats of vorm. Maar vooral krijgen we dankzij dit nauwkeurige diepteonderzoek een kijk in de keuken van de schilder: welke ingrediënten
gebruikte hij, hoe bewerkte hij zijn materiaal (de verf zowel als de ondergrond waarop die werd aangebracht) en welke technieken gebruikte hij om de verf op de juiste plaats en met het juiste effect op het paneel of het doek te krijgen. Door hun aandacht voor de kleinste details en dankzij de technologie waarmee ze die details in beeld kunnen brengen, bieden Van Hout en Balis op al die vragen antwoorden. Het resultaat is een mooi vormgegeven boek waarin je blijft kijken, met stijgende verbazing overigens over het vakmanschap van Rubens. De ondertitel van dit boek mag dan ook letterlijk genomen worden: de lezer kijkt daadwerkelijk mee over de schouder van de virtuoos die Rubens ontegensprekelijk was. Van Hout en Balis schuwen in hun analyse van een en ander het jargon niet, en terecht: het is ook een technische materie waarmee ze zich bezighouden en de lezer die zij met hun boek beogen verdient het, net als de schilder over wie zij het hebben, om serieus te worden genomen. Dit is een juweeltje van een boek. [Jürgen Pieters]
T. Geerts
Sinds enkele jaren wordt in het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen uitgebreid wetenschappelijk onderzoek verricht naar de werkwijze van de schilder Rubens. In deze publicatie worden de resultaten van dit onderzoek voor een breed publiek gepresenteerd. De Rubens-specialisten Van Hout en Balis laten aan de hand van de resultaten van veel materiaaltechnisch onderzoek zien hoe Rubens (en zijn atelier) te werk ging. In acht hoofdstukken komen verschillende aspecten van het creatieve proces aan bod, zoals onder andere het maken van de ondertekening, het gebruik van pigmenten en bindmiddelen, verfbehandeling en penseelvoering. In het catalogusgedeelte worden 18 schilderijen uitgebreid toegelicht. Een must voor de liefhebber van Rubens en voor geïnteresseerden in materiaaltechnisch onderzoek naar schilderijen. Met een lijst van technische termen, literatuuropgaven en ruim 230 kleurafbeeldingen.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.