Pieter Daens, of Hoe in de negentiende eeuw de arbeiders van Aalst vochten tegen armoede en onrecht
Louis Paul Boon
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Arbeiderspers, cop. 2012 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 15470 |
30/04/2013
‘Reservaat zit vol reacties op actuele gebeurtenissen, betogen, zelfgesprekken, protesten, vloeken, commentaren. Het is een uiting van mijn tegendraadse liefde voor het leven,’ zo heeft Louis Paul Boon zelf gezegd over Boontje’s reservaat. Het boek, oorspronkelijk nooit als boek bedoeld, werd opnieuw uitgegeven als het elfde deel van Boons ‘Verzameld werk’ en biedt een fascinerend perspectief op de leefwereld van een van onze boeiendste schrijvers.
Boontje’s reservaat is een bundeling van de vijf ‘reservaten’ die Boon uitbracht tussen 1954 en 1957. De reservaten waren eenmanstijdschriften, verzamelingen teksten die zowel qua genre als onderwerpskeuze zowat alle registers bespeelden die vanuit een enkele pen te bespelen vallen. Samengebracht bieden de stukken een opvallend veelzijdige, maar toch coherente kroniek van een tijdsgewricht, beschreven door de ogen van een dwarsdenker die humor, cynisme en maatschappijkritiek op onnavolgbare wijze samenbrengt.
Het levert een caleidoscopisch beeld op van het universum waarin Boon vertoefde. Reportages over Brussel en Engeland, odes aan vrouwen als Carmen Miranda en Kim Novak, bespiegelingen over de moderne romankunst: hoe divers Boons onderwerpen ook zijn, de schalkse en toch bozige koppigheid waarmee hij kritiek levert en misstanden aanklaagt, is nooit vervelend en altijd inspirerend. Humor en woede wisselen elkaar in hoog tempo af: hier is een onvermoeibare Boon aan het woord, die onophoudelijk observaties op je loslaat. Observaties van een naoorlogse wereld: een wereld in continue verandering, een wereld waarin de oorlog volgens diezelfde Boon alleen maar voortduurt, onderhuids weliswaar, maar daarom niet minder verwoestend. Overduidelijk en onvergetelijk schetst hij deze letterlijk voortdurende oorlog wanneer hij beschrijft hoe hij met vrienden staat te wachten aan een grenspost bij de boot naar Engeland: ‘de Duitsers stappen het af en de barelen blijven staan, en achter de barelen komen kleine Belgen om uw pas af te stempelen.’
De motor achter de stukken in al deze reservaten is een bijzondere wisselwerking, die in heel Boons oeuvre aanwezig is. Het is de wisselwerking tussen universele thema’s en hun uitwerking op het leven van alledag. Boon beschikte over een bovenmatig vermogen om die twee dingen aan elkaar te koppelen, om er onophoudelijk tussen te schakelen, en om daar zinnen uit te persen die helder, komisch en toch ook vol verbeelding een sociale kritiek neerzetten. ‘En boven hem woont iets dat ge zoudt kunnen verwarren met wat verslenst witloof, maar dat eigenlijk een stokoud vrouwtje is dat van haar pensioen leeft… neen, dat van haar pensioen sterft — en dat nooit meer uit de achterbouw komt, en daar leeft gelijk een bleke pier in de aarde van een bloempot.’ Dat is zo’n zin: groots ten aanzien van kleinmenselijkheid, met een beeldspraak die even onvergetelijk als herkenbaar is. Wie hiervan houdt, zal Boontje’s reservaat verslinden.
[Tom Rummens]
Hans Renders
Dit deel 11 van het Verzameld Werk van de Vlaamse auteur (1912-1979) verscheen nog net in het Boon-jaar 2012. Tussen 1954 en 1957 liet Louis Paul Boon vijf aflevingen van zijn eenmanstijdschrift 'Boontje's reservaat' verschijnen. De intentie was gepassioneerd: een medium bij de hand hebben om te illustreren dat iedereen een barbaar van binnen heeft zitten. Het programma was enigszins subversief en maatschappijkritisch, maar uiteindelijk toch ook een beetje braaf. Het kwam erop neer dat alle bijdragen eerder waren gepubliceerd in 'De Roode Vaan', 'Front' of de 'Vooruit', dus wel maatschappijkritisch, maar toch ook gedateerd. De enige niet eerder gepubliceerde bijdrage ging over de naïef romantische schrijver Gustaaf Vermeersch. In het uitstekende nawoord van de veelkoppige redactie wordt omstandig uitgelegd hoezeer de Oostenrijkse journalist en pamflettist Karl Kraus een voorbeeld voor Boon is geweest. Misschien is de vergelijking van 'Bootje's reservaat' met 'Die Fackel' van Kraus wat al te vleiend. Kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.