Voor wie de klok luidt
Ernest Hemingway
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Prometheus, 2025 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : NIEUW (kasten voor de balie) VANM |
Bookarang
Een roman over een moeder-zoon relatie en de geschiedenis van de stad New York. Marius Groenenberg is met zijn gezin in New York als hij hoort dat zijn moeder ernstig ziek is. Hij keert terug naar Nederland en overdenkt zijn fascinatie voor verhalen over Nederlandse nazaten in New York. Hij realiseert zich tijdens zijn terugreis dat deze verhalen over verstoorde moeder-zoonrelaties gaan, een thema dat al eeuwen bestaat. Dit inzicht helpt hem de rode draad voor zijn boek te vinden. In zijn bevindingen speelt het verleden van New York een grote rol. Hij legt ook de link met de oorspronkelijke bewoners van Manhattan, de Lenape, die begrepen dat dit eiland als een zoon is voor wie je moet zorgen. Op heldere toon en soms lichtvoetig geschreven. Jan van Mersbergen (Gorinchem, 1971) is een bekende Nederlandse schrijver en journalist. Zijn werk wordt in meerdere landen uitgegeven en won verschillende literaire prijzen, zoals de BNG Nieuwe Literatuurprijs en de F. Bordewijk-prijs.
Rob Schouten
rt/aa/15 m
Jan van Mersbergen (1971) is een rasverteller, dat weten we van zijn romans, inmiddels een stuk of twintig. Vooral Zo begint het, De onverwachte rijkdom van Altena en We moeten praten staan me bij. Iemand die graag een verhaal vertelt, liefst een samenhangend verhaal.
In zijn jongste roman Eiland zonder schaduw gaat hij een flinke uitdaging aan: hij probeert op het oog totaal verschillende geschiedenissen met elkaar in verband te brengen.
Van Mersbergen vertelt om te beginnen het verhaal van de schrijver zelf, hoe die met zijn jonge gezin door New York loopt, naar het Wyckoff House. Dat is het oudste Nederlandse huis in de stad, een museum waar de verhalen van Nederlanders in New York in mappen bewaard worden, verhalen die hij wil vertellen. Maar hoe krijgt hij ze in zijn roman?
Welnu, door ze in te kaderen in zijn eigen bezoek aan de stad, een bezoek dat onderbroken wordt door het bericht dat zijn moeder thuis ernstig ziek in het ziekenhuis ligt. Hij moet voortijdig naar huis.
Theater van het gewone
Het zijn diverse verhalen die hij uit dat Wyckoff House meeneemt, schijnbaar zonder verband: over een alleenstaande moeder en haar zoontje dat op een sportschool gaat. Over een vrouw die haar Inuit-roots in Churchill-Canada gaat zoeken. Over een man wiens vader almaar met het weer en de regenmeter bezig is. Echt van alles en nog wat, maar ook allemaal: verhalen.
Ergens noteert Van Mersbergen: 'Een groep mensen die op het punt staat een vliegtuig in te gaan is een Griekse tragedie op zich'. Dat is het grondmotief voor dit boek, het theater van het gewone en alledaagse: geen verhaal is te onnozel om verteld worden.
Vandaar ook dat Van Mersbergen geregeld uitlegt waar bepaalde alledaagse uitdrukkingen vandaan komen: bakzeil halen, je biezen pakken, omdat ook daar een verhaal achter zit. Of waar de naam Coney Island vandaan komt (konijneneiland). Zo kan hij ook stilstaan bij de vraag of iemand zijn gulp wel dicht heeft, of hoe een schaartje voor teennagels eruit ziet.
Die gulp en schaar komen voor in wat mij betreft het meest treffende verhaal, dat van de arts Franklin Cross (met Nederlandse roots) en zijn vrouw Leonoor die een kind wil.
Een patiënt voorspelt Franklin dat hij vreemd zal gaan en warempel, hij komt een verleidelijke vrouw tegen, een actrice. Als hij haar na een voorstelling opzoekt blijkt zijn vrouw er te zitten: zij heeft hem met haar vriendin, die actrice, willen testen. Franklin is in de val gelopen maar gelukkig toch geslaagd, ondanks zijn wel degelijk licht overspelige gedachten: een zes en een half.
De impliciete strekking van deze meesterlijke vertelling is: je moet een verhaal zo presenteren dat mensen het geloven, erin trappen zoals Franklin deed.
En om die authentieke verhalen overtuigend te vertellen moet je je verbeelding gebruiken, oftewel er fictie van maken, een les die de schrijver geleerd heeft van de gelouterde auteur Herman Koch: 'Aan jouw verhaal is niks te verzinnen. Dus dat is moeilijker op te schrijven. Daarnaast heb je fictie nodig.'
Wat Van Mersbergen dus doet: hij maakt van al die gevonden verhalen met zijn verbeelding vertellingen. Het meest nog wel in het onmiskenbaar verzonnen verhaal over zijn zoon, die in de nabije maar fictieve toekomst, na de Draai (de politieke omwenteling sinds PVV en Trump) Oscarwinnend acteur wordt in een wereld waarin bijvoorbeeld Het Concertgebouworkest is verdwenen.
Maar ook in een dagboekverhaal uit 1669 in oud-Nederlands van een zwangere vrouw die een dochter baart in het dan net Engels geworden New York. Het vertellen van een verhaal is 'beeldende kunst' schrijft van Mersbergen ergens en ook 'schrijven is acteren'.
Het is wel goed om dat centrale idee van de vertelling als verbeeld verhaal tijdens het lezen van Eiland zonder schaduw in je achterhoofd ter houden, want je vindt niet altijd even gemakkelijk je weg in deze dikke kluwen ongelijksoortige verhalen.
Plotselinge terugreis
Het duurt even voor je in de gaten krijgt dat er wel degelijk een rode draad door al deze verhalen loopt, namelijk 'thuis' en 'familie'. Een dief zoekt voor het eerst van zijn leven zijn moeder op, een arts bedriegt zijn vrouw net niet, een zoon verlaat met pijn het ouderlijk huis, etc.
In zekere zin zijn al die verhalen illustraties bij de plotselinge terugreis naar huis van de schrijver, ze beschrijven de betekenis van een vast honk, een veilig thuis: 'en nu besef ik de waarde daarvan. Nooit was er oppas, nooit ben ik naar een opvang gebracht, reed een au pair me rond in een kinderwagen, geen enkele keer werd er de keuze gemaakt me ergens te stallen zodat mama iets voor zichzelf kon gaan doen, of gaan werken - geld verdienen. Ik weet het, de tijden zijn veranderd. Toch doet het iets met je, het missen van een honkvast baken.'
Ondertussen demonstreert Van Mersbergen in Eiland zonder schaduw dat hij vele vertelvarianten beheerst. De ene keer houdt hij het kort en krachtig, de andere keer is het enorm uitgebreid (zoals het taaie, whodunnit-achtige verhaal Het vierde mes.) Nu eens van de hak op de tak dan weer consistent. Gedetailleerd of oppervlakkig. Het is een wonderlijk, overvol, alle kanten op schietend, labyrintische boek dat met zijn bijna 500 pagina's misschien tenslotte toch maar over één ding gaat: hoe kom je thuis.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.