Een jonge slager bouwt in een stadje in Virginia in 1948 een succesvol bestaan op, maar dan ontmoet hij de beeldschone jonge vrouw van een rijke grondbezitter.
Barry, een pas afgestudeerde huisarts, krijgt een baan in een klein Iers dorpje als assistent van Fingal, een oude rot in het vak. Barry is in het begin geschokt door de manier waarop Fingal zijn patiënten behandelt, maar hij leert al snel dat Fingal een wijs man is, die precies weet hoe hij de mensen uit het dorp moet aanpakken.
Ter afronding van het rouwproces om zijn vader gaat een Leidse nakomeling van de vorst van Sawu naar dit Indonesische eiland op zoek naar het verleden.
Samen met haar man zit een vrouw van middelbare leeftijd in hun mooie landhuis te wachten op de dingen die komen gaan; ze denkt terug aan wat er allemaal de afgelopen tijd is gebeurd en aan haar leven waarin twee vriendinnen een grote rol hebben gespeeld.
Een enig meisje in een groot gezin, dat opgroeit in de Verenigde Staten, probeert haar Mexicaanse familiegeschiedenis een plaats te geven in haar leven.
