Boutje van de rommelberg
Mirjam Oldenhave
Lisa Tetzner (Auteur), Annie Winkler-Vonk (Vertaler), Annet Schaap (Illustrator)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Ploegsma, 2017 |
VERDIEPING 2 : BABILLE : IK EN DE WERELD : VERHALEN : TETZ |
Vermist |
Ploegsma, 2005 |
VERDIEPING 2 : BABILLE : IK EN DE WERELD : VERHALEN : TETZ |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Ploegsma, 1989 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : TETZ |
31/12/2003
Het is inmiddels al meer dan vijftig jaar geleden dat Levende bezems voor het eerst verscheen. Deze lijvige roman van Lisa Tetzner over de kleine schoorsteenvegers in Milaan werd heruitgegeven bij Ploegsma. Het verhaal begint in 1838, in Zwitserland, waar de kleine Giorgio en zijn familie een moeilijke tijd doormaken. Om voor zijn vrouw een dokter te kunnen betalen, ziet Giorgio's vader zich genoodzaakt zijn zoontje mee te geven aan de man met het litteken, die schoorsteenvegers ronselt om mee te nemen naar Milaan. Vanaf dan beginnen de avonturen voor de jongen: hij maakt onderweg vrienden, lijdt schipbreuk, wordt opnieuw door de man met het litteken opgepikt en raakt uiteindelijk in Milaan. En daar begint de ellende: de schoorsteenvegers worden door hun bazen uitgebuit, hun werk is levensgevaarlijk en ze krijgen nauwelijks te eten. Giorgio heeft het met zijn gastgezin niet bepaald goed getroffen. Zijn baas valt wel mee, maar de vrouw des huizes is een feeks. Na de zoveelste belediging besluit de jongen te vluchten.
Hoewel de gebeurtenissen die Tetzner beschrijft vaak confronterend en schokkend zijn, is Levende Bezems een traditioneel en veilig verhaal. De personages staan in duidelijk afgelijnde kampen van goed en slecht, en vrijwel niemand stelt zichzelf ooit in vraag. De vrouwen komen er in dit boek erg slecht vanaf: ofwel zijn ze doorslecht en hysterisch (de bazin), ofwel liggen ze in bed weg te kwijnen (Angeletta, Giorgio's moeder). Het is op aandringen van zijn grootmoeder dat Giorgio zich laat verkopen. Desondanks is het fijn om je te laten meeslepen door de avonturen die Giorgio in Milaan beleeft: spannende vechtpartijen met de andere straatbendes van Milaan, of ontroerende momenten wanneer zijn beste vriend Alfredo op sterven ligt. Hoewel het boek verouderde kenmerken vertoont, is het moeilijk om niet door de kleine Giorgio en zijn vriendjes gecharmeerd te worden. [Vanessa Joosen]
Redactie
Herdruk van een boek dat in Nederland oorspronkelijk in 1951 in vier delen verscheen. In 2003 is de tekst grondig ingekort, wat vooral ten koste ging van de (tamelijk uitgebreide) beschrijvingen. Lange zinnen zijn gesplitst en ouderwets woord- en taalgebruik gemoderniseerd (zo werd bijvoorbeeld 'De man hield zijn schreden in' vervangen door 'De man bleef staan'). Ook verdwenen de illustraties, die zijn vervangen door veel moderner ogende, kleine rechthoekige zwart-witte prentjes aan het begin van ieder hoofdstuk. En dat alles met behoud van de waarde van dit schitterende, klassieke verhaal over een Zwitserse jongen die door zijn vader verkocht wordt aan een Italiaanse schoorsteenveger. Het dunne knaapje moet door de schoorstenen kruipen als een zogenoemde levende bezem. Samen met lotgenoten richt hij een verbond op en ziet uiteindelijk kans te ontsnappen. Een heerlijk ouderwets verhaal in de positieve zin van het woord, een echte vertelling waar je uitgebreid voor moet gaan zitten en die je helemaal opslokt. Kleine druk. Vanaf ca. 11 jaar.
Tanja Maes
ob/kt/25 o
Giorgio woont op het platteland in Zwitserland. Ondanks het feit dat ze hard moeten werken om het gezin goed te kunnen voeden, lijkt de jonge knaap gelukkig. De realiteit is echter anders. Giorgio’s vader wordt getroffen door heel wat tegenslagen en hij kan niet anders dan zijn zoon te verkopen aan een vreemde man. Deze koopt veel van deze jongens op om ze daarna door te verkopen aan schoorsteenvegers in Milaan. Vanaf dan krijgt Giorgio het hard te verduren. Het begint al bij de tocht naar Milaan, waar hun boot in een storm terechtkomt en veel jongens verdrinken. Giorgio redt een andere jongen en de opkoper, de man met het litteken. Toch biedt hem dat geen privileges, de man blijft hard en meedogenloos. In Milaan komt hij terecht in een familie, maar ook hier geen liefde of mededogen. Hij slaapt in een afgesloten hok en wordt nog slechter behandeld dan een straathond. De zoon van het gezin is een echte pestkop en maakt Giorgio’s leven nog ellendiger. Gelukkig is er ook nog Angeletta, de erg zieke dochter, waar Giorgio heel af en toe een praatje mee kan doen. Ze steekt hem af en toe ook nog wat eten toe, want schoorsteenvegertjes krijgen zo goed als niets te eten. Ze moeten immers mager zijn om door de schouw te kunnen en dienst te doen als levende bezems.
Wat volgt is een prachtige schets van de levensomstandigheden van deze kinderen in de negentiende eeuw. Ondanks het harde leven, vinden deze jongens elkaar in bendes, al of niet rivaliserend. Naast het verhaal loopt parallel nog de mooie vriendschap tussen Giorgio en Alfredo en de belofte die Giorgio hem doet als zijn vriend sterft. Het is een veel te zwaar leven voor deze jongens, maar gelukkig is er, als je het niet meer verwacht, nog een lichtpuntje aan het eind van de schouw ... Als je in dit boek begint te lezen, leg je het niet meer weg. Je kan niet anders dan je te laten meeslepen. Lisa Tetzner weet de emoties en de leefwereld van Giorgio zo goed op te roepen dat je regelmatig ontroerd, verontwaardigd of geschokt bent. Als lezer wens je regelmatig dat je de tijd zou kunen terugdraaien en iets aan deze vreselijke praktijken zou kunnen doen.
‘Levende bezems’ is de tiende heruitgave. Het verscheen voor het eerst in 1951, op basis van echte historische feiten en een oud document dat bij toeval ontdekt werd. Het verhaal werd in 2003 al stevig ingekort. Er werden vooral lange beschrijvingen uitgehaald, lange zinnen werden opgesplitst en het taalgebruik werd gemoderniseerd. In het boek is ook een korte biografie van de auteur opgenomen. Bij het begin van elk hoofdstuk is er een kleine zwart-witillustratie, die bij het verhaal past. Dit boek verdient een plaats in de rij van de klassiekers. Het laat een diepe indruk na en het is een boek waarvan je weet dat je het later nog eens zal lezen. Aanrader!
Annie Beullens
ua/an/22 j
In de eerste helft van de 19e eeuw werden arme Zwitserse boerenjongens in de winter door hun ouders verkocht om in het rijke Milaan schoorstenen te vegen. Dat werk moest door magere jongens gebeuren want ze moesten letterlijk in de soms nog warme schoorstenen kruipen om die te vegen, als echte levende bezems. De opbrengst ging voor het grootste deel naar de man die hen als slaven behandelde. In dit epische verhaal wordt Giorgio gevolgd. Hij is verstandig en verdraagt de onderdrukking minder. Hij sluit zich aan bij de ‘Bond van de Zwartgezichten’ en probeert met andere jongens vrij te komen. Je volgt in dit verhaal de ontbering van de jongens op de tocht naar en in Milaan. Je kruipt mee in de schoorstenen, voelt de hitte en de honger. Je bent verontwaardigd over zoveel mistoestanden, kortom het inlevingsvermogen in dit boek is hoog. Het leent zich ook uitstekend tot voorlezen. Vooraan in het boek is er een biografische nota over Lisa Tetzner opgenomen. Haar leven is een roman op zich. Ze was niet alleen schrijfster maar ook rondreizende vertelster samen met haar man Kurt Held. Door hun verhalen wilden ze mensen bewust maken en combattief en dat bracht hen al snel in aanvaring met Hitler. Kort na 1933 verhuisden ze naar Zwitserland waar Lisa les gaf aan de universiteit van Basel van 1937 tot 1955. Dit is een boek dat een terechte plaats heeft in de rij der klassiekers.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.