Beschikbaarheid en plaats in de bibliotheek
ARhus - De Munt
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Prometheus, © 2020 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : CART |
ARhus - afdeling Rumbeke
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Prometheus, © 2020 |
VOLWASSENEN : ROMANS : CART |
Besprekingen
Droge humor, bittere ernst
Hans Bouman
2/ei/15 m
Queenie, de veelgeprezen en met de British Book Award bekroonde debuutroman van de Jamaicaans-Britse Candice Carty-Williams, begint op de afdeling gynaecologie van een Londens ziekenhuis. De hoofdpersoon uit de titel heeft problemen met haar spiraaltje, dat zich niet meer op de juiste plaats bevindt.
De eerste zin van de roman is een appje dat Queenie aan haar vriend stuurt: 'In de stijgbeugel. Wou dat je hier was...' Daarna constateert ze dat de vrouwelijke arts ''s werelds minst ergonomische dildo' bij haar naar binnen brengt en deze 'als een joystick' heen en weer beweegt.
Als de arts het spiraaltje niet kan vinden en er twee collega's bij roept, merkt Queenie op: 'Op de gang zag ik een schoonmaker kots opdweilen, haal hem er anders ook even bij om te kijken.' Wanneer ze na een onderbreking opnieuw moet plaatsnemen in de onderzoeksstoel, appt ze een vriendin: 'Ze willen me nog een keer onderzoeken! Ik heb dit apparaat straks vaker in mij gehad dan Tom de afgelopen weken.'
Op basis van de eerste scènes zou je de conclusie kunnen trekken dat we hier te maken hebben met een satire of komedie, en in de Britse pers is Queenie inderdaad wel 'een zwarte Bridget Jones' genoemd. Maar op de pagina's die volgen blijkt dat de zaken ingewikkelder liggen. Carty-Williams doet regelmatig, en met succes, een beroep op de lachers onder haar lezers. Maar de al dan niet wrange humor in dit boek wordt voortdurend afgewisseld met bittere ernst.
Haar roman vertelt het eigenlijk allerminst grappige verhaal van de 25-jarige Queenie Jenkins, Jamaicaans-Brits van afkomst en woonachtig in het Zuid-Londense Brixton. Ze werkt als journalist voor de cultuurbijlage van The Daily Read. Al vroeg in de roman laat haar witte vriend Tom haar weten dat hij 'ruimte nodig heeft' en dat de twee maar een pauze moeten nemen in hun relatie.
Daar is een onverkwikkelijke scène aan voorafgegaan. Op de verjaardag van Toms moeder maakt een oom een racistische opmerking, en in plaats van het voor Queenie op te nemen, verwijt Tom haar een gebrek aan humor.
Racisme vormt een rode draad in Carty-Williams' roman. Als Queenie na haar (tijdelijke?) breuk met Tom driftig aan het daten slaat, wordt ze in niet mis te verstane bewoordingen met de erotische uitwassen ervan geconfronteerd. Bronstige hunker-appjes van witte mannen die kwijlend haar chocoladekleurige huid, grote borsten en big batty roemen zijn haar deel. 'Lekker figuur; ik houd van grotere meisjes. BBW behoort tot mijn favoriete porno.' En: 'Ik noem hem 'The Destroyer'. En The Destroyer wil in die mond.'
Carty-Williams laat haar hoofdpersoon op een tweeslachtige - je zou kunnen zeggen: verscheurde - manier met deze situatie omgaan. Enerzijds is Queenie zich welbewust van de platte stereotyperingen die haar ten deel vallen. Tegelijk is de seks die haar wordt aangeboden voor haar een uitvlucht uit een werkelijkheid waarop ze geen greep krijgt. Het resultaat is een reeks confrontaties met kerels die bij de lezer meer weerzin lijken op te roepen dan bij Queenie zelf.
De roman bevat rake observaties. We kennen de witte klacht over (volks)buurten die onherkenbaar van karakter zijn veranderd door een multiculturele instroom. In Queenie constateren de ik-figuur en haar vriendinnen tot hun verdriet dat hun Caribische lievelingsbakkerij heeft plaatsgemaakt voor een trendy hamburgertent, waar hipsters kleurige blikjes bier drinken. Brixton is, potdorie, gegentrificeerd! 'Dit is wat er gebeurt als witte mensen in een wijk trekken en die suf maken!'
Door de afwisseling van tragiek, kluchtigheid, verontwaardiging en zelfspot zet Queenie de lezer regelmatig op het verkeerde been. Stimulerend: je moet telkens opnieuw je houding bepalen tegenover de hoofdpersoon van deze ongemakkelijke good read.
****
Uit het Engels vertaald door Dennis Keesmaat. Prometheus; 398 pagina's; € 19,99.
Naar gegevens van N. Joosse-Lammers
Een jaar uit het leven van een jonge Londense vrouw van Jamaicaanse afkomst, die worstelt met haar identiteit. De relatie met haar blanke vriend is verbroken, haar baan bij de krant staat op de tocht, de vernederingen op basis van huidskleur nemen toe, haar favoriete bakkerij is vervangen door een hip burgerrestaurant en de grootouders bij wie zij is opgegroeid houden vast aan hun oude waarden, waarin hulp van buitenaf ondenkbaar is. Door haar volkomen gebrek aan zelfvertrouwen neemt Queenie op seksueel gebied een aantal impulsieve besluiten die desastreus uitpakken. Gesteund door een kleine groep trouwe vriendinnen en getriggerd door berichten uit de VS over het neerschieten door de politie van vooral zwarte mensen, besluit zij om haar problemen onder ogen te zien en hulp te zoeken. Een onderhoudend en soms ontroerend verhaal, waarin de auteur er niet voor terugdeinst om onderwerpen als ras, gender en cultuur duidelijk te benoemen. Naast het belang van sterke familiebanden en de kracht van vrouwenvriendschap komen ook misbruik binnen relaties en psychische problemen aan de orde. Dit debuut is een mix van proza, e-mails en Whatsapp berichten. Dit werkt niet storend en plaatst het verhaal duidelijk in deze tijd.
Suggesties
Krijg een e-mail wanneer dit item beschikbaar is
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.