Opera der doden
Autran Dourado
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Koppernik, copyright 2024 |
VERDIEPING 3 : NIEUW DUIZENDZINNEN : DOUR |
Maarten Steenmeijer
2/ei/04 m
Zo'n honderd jaar geleden werd de innerlijke monoloog de dominante vertelvorm in de roman en daarmee werd de lezer een illusie armer. De ik-verteller ontbeert immers de helikopterview van zijn voorganger, de alwetende verteller. Hij kent dus per definitie niet de werkelijkheid in haar volle omvang en moet zich zien te redden met een tunnelvisie. Dat is zijn misère. Maar met een beetje geluk heeft hij toch ook een zekere grandeur, want met zijn denkvermogen en zijn verbeeldingskracht kan hij zijn tunnel omtoveren tot een eigen universum, een autonome wereld van taal waarin hij zich kan verschansen tegen de chaos van de werkelijkheid. Een sprekend voorbeeld zijn de autocratische ik-vertellers van Javier Marías in hun bastions van redeneringen en nuanceringen.
De personages die de Braziliaan Autran Dourado tot leven brengt in zijn roman Het mensenschip missen een dergelijke soevereiniteit. Alleen al de kleine wereld waarin hun leven zich afspeelt, spreekt boekdelen: een eiland, dat vanaf het vasteland uitsluitend per boot bereikbaar is.
Maar het is vooral de bijzondere vorm van de innerlijke monologen in Dourado's roman die je het treurige gevoel geven dat zijn personages niet in staat zijn om in elk geval in hun hoofd een eigen wereld te creëren. Dat gevoel wordt vooral veroorzaakt doordat niet de eerste persoon maar de derde persoon de boventoon voert in die monologen.
'Hij moest Tonho alles vertellen zodat die hem kon uitleggen wat er precies gebeurd was, het duurde veel te lang voor hij er was, wie weet had hij zich bezopen, was hij ergens in een greppel gevallen, moederziel alleen (...).' We zitten in het hoofd van een personage dat in twijfel en onzekerheid verkeert door toedoen van de duistere vertelinstantie, die hem zeggenschap over zijn tekst ontzegt.
Pistool gestolen
Het personage om wie het hier gaat, is Fortunato, een verstandelijk beperkte eilandbewoner op wie jacht wordt gemaakt omdat hij een pistool zou hebben gestolen uit het huis waar zijn moeder als kinderoppas werkt. Dat is de plotlijn van de roman, die ruim een dag omvat. Die lijn is flinterdun en heeft eigenlijk meer weg van een stippellijn, overspoeld als ze wordt door de vertelstromen van de personages die op een of andere manier iets van doen hebben met de zoektocht naar Fortunato.
In die stroom komen we het verhaal tegen van Maria, die zich liever herinnert hoe ze jaren geleden in de klas een leraar een royale blik tussen haar benen gunde dan dat ze nu met haar man naar bed gaat. En dat van haar dochter, de seksueel ontwakende Helena. En dat van Tonho, die een verstokte alcoholist is geworden omdat hij het niet kan verkroppen dat hij niet meer de onbevreesde visser is die hij ooit was. En dat van pater Miguel, die het gevoel heeft dat de grond onder zijn bestaan is weggezakt sinds hij diep is gaan twijfelen aan zijn geloof.
En dan zijn er ook nog drie gevangenen en het handjevol militairen die hen bewaken. En, ten slotte, de dames van plezier bij wie de soldaten en ook de vissers soelaas vinden.
Deze verhalen vormen met elkaar de brede, diepe bewustzijnsstroom waarin deze eilandbewoners ronddobberen. Een bewustzijnsstroom vol schuld en boete, bedrog, lust, liefde, dood, eenzaamheid, uitsluiting, solidariteit, eergevoel en machismo, die wordt voortgestuwd door krachten die het bestaan van de personages bepalen maar die hun bevattingsvermogen te boven gaan en waarop ze dus niet of nauwelijks vat hebben. Dát is de kern van hun existentiële tragiek, die Dourado op bijna betoverende wijze gestalte heeft gegeven.
Marijke Arijs
rt/aa/30 m
“Een verhaal over jagen en vissen”, zo omschreef Autran Dourado (1926-2012) Het mensenschip . De Braziliaan schreef een kleine twintig romans bij elkaar, waarvan er tot nu toe maar één voor ons taalgebied was ontsloten. Opera der doden uit 1967 verscheen dertig jaar later in vertaling en wordt nog dit jaar heruitgegeven bij Koppernik.
Doorgaans speelt Dourado's werk in de Braziliaanse deelstaat Minas Gerais, waar de schrijver ter wereld kwam, of in de denkbeeldige stad Duas Pontes, maar Het mensenschip is een uitzondering op die regel. We reizen naar Boa Vista, een fictief eiland voor de Braziliaanse kust, waar een genadeloze klopjacht wordt gehouden op een zwakbegaafde jongeman. Fortunato staat - in het huis waar zijn moeder kindermeisje is - te snuffelen in de commode van haar werkgeefster en wordt betrapt met zijn neus in haar zijden slipjes. De onverlaat springt prompt door het raam en gaat er als een haas vandoor, maar de heer des huizes verdenkt hem ervan zijn revolver te hebben gejat en doet aangifte.
Zielenroerselen
In geen tijd staat het eiland in rep en roer. Is de voortvluchtige een gevaarlijke gek, zoals het merendeel van de bewoners schijnt te denken, of is hij een goedige jongen die geen vlieg kwaad doet? De politiecommissaris neemt het zekere voor het onzekere en stuurt een detachement schietgrage soldaten achter hem aan. De enigen die Fortunato kunnen redden, zijn zijn moeder, die kaarsen en gebedskruiden inzet, en Tonho, de visser die voor hem de vader is die hij nooit heeft gekend.
Boa Vista is net een snelkookpan die op ontploffen staat. Een mensenleven is er geen centavo waard, de zenuwen staan strak gespannen en de paniek giert door de straten. Echtgenotes krijgen plotseling genoeg van hun huwelijk, priesters twijfelen aan hun roeping, voyeurs begluren dames van stand, en veroordeelden proberen uit de gevangenis te ontsnappen. In kolkende innerlijke monologen worden de gedachten en zielenroerselen, de verborgen gevoelens en onderdrukte verlangens van een hele stoet personages blootgewoeld. Afwisselend krijgen we een kijkje in het hoofd van Fortunato, zijn moeder, de visser, de hoertjes in het bordeel, de soldaten en de politiecommissaris. Bijna allemaal dragen ze een geheim met zich mee of hebben ze iets op hun kerfstok. Allemaal tasten ze in het duister en reiken ze naar het licht. In één dag en een eindeloze nacht, waarin de emoties hoog oplaaien, maken ze stuk voor stuk een metamorfose door.
Op de achtergrond ruist de oceaan, het eigenlijke hoofdpersonage van de roman. Het woelende water weerspiegelt de geheimen, dromen en nachtmerries van de eilandbewoners en bepaalt zelfs de stijl, die deint en kolkt als de golven. Duisternis en licht, werkelijkheid en verbeelding, dromen en nachtmerries lopen voortdurend door elkaar, want dit caleidoscopische, barokke boek drijft op herhalingen en tegenstellingen.
Voor Dourado was schrijven een ambacht, dat nog het beste met timmerwerk kon worden vergeleken. “Ik schrijf met passer en liniaal”, verklaarde de auteur die in de eerste plaats eenvoud nastreefde. Dood, waanzin, eenzaamheid en misdaad waren zijn favoriete onderwerpen. Onvermoeibaar verkende hij de menselijke psyche. Steeds bleef hij passen en meten tot alle puzzelstukken op hun plaats vielen en het juiste woord op de juiste plaats stond. Dankzij de virtuoze vertaling van Harrie Lemmens houdt deze indrukwekkende roman uit 1961 dapper stand.
Vertaald door Harrie Lemmens. Koppernik, 304 blz., € 24,50. (e-boek € 9,99) Oorspr. titel: 'A barca dos homens'.
Maarten Steenmeijer
il/pr/26 a
Zo'n honderd jaar geleden werd de innerlijke monoloog de dominante vertelvorm in de roman en daarmee werd de lezer een illusie armer. De ik-verteller ontbeert immers de helikopterview van zijn voorganger, de alwetende verteller. Hij kent dus per definitie niet de werkelijkheid in haar volle omvang en moet zich zien te redden met een tunnelvisie. Dat is zijn misère. Maar met een beetje geluk heeft hij toch ook een zekere grandeur, want met zijn denkvermogen en zijn verbeeldingskracht kan hij zijn tunnel omtoveren tot een eigen universum, een autonome wereld van taal waarin hij zich kan verschansen tegen de chaos van de werkelijkheid. Een sprekend voorbeeld zijn de autocratische ik-vertellers van Javier Marías in hun bastions van redeneringen en nuanceringen.
De personages die de Braziliaan Autran Dourado tot leven brengt in zijn roman Het mensenschip (uit 1961 en nu voor het eerst vertaald) missen een dergelijke soevereiniteit. Alleen al de kleine wereld waarin hun leven zich afspeelt, spreekt boekdelen: een eiland, dat vanaf het vasteland uitsluitend per boot bereikbaar is. Boa Vista heet het en het is een verzinsel van de schrijver.
Maar het is vooral de bijzondere vorm van de innerlijke monologen in Dourado's roman die je het treurige gevoel geven dat zijn personages niet in staat zijn om in elk geval in hun hoofd een eigen wereld te creëren. Dat gevoel wordt vooral veroorzaakt doordat niet de eerste persoon maar de derde persoon de boventoon voert in die monologen.
Dat ziet er bijvoorbeeld zo uit: 'Hij moest Tonho alles vertellen zodat die hem kon uitleggen wat er precies gebeurd was, het duurde veel te lang voor hij er was, wie weet had hij zich bezopen, was hij ergens in een greppel gevallen, moederziel alleen (...).' We zitten in het hoofd van een tastend personage dat in twijfel en onzekerheid verkeert door toedoen van de duistere vertelinstantie die hem overvleugelt en hem zeggenschap over zijn tekst ontzegt.
Het personage om wie het hier gaat, is Fortunato, een verstandelijk gehandicapte eilandbewoner op wie jacht wordt gemaakt omdat hij een pistool zou hebben gestolen uit het huis waar zijn moeder als kinderoppas werkt. Dat is de plotlijn van de roman, die ruim een dag omvat. Die lijn is flinterdun en heeft eigenlijk meer weg van een stippellijn, overspoeld als hij wordt door de vertelstromen van de personages die op een of andere manier iets van doen hebben met de zoektocht naar Fortunato. Hun verhalen treden ver buiten de oevers van die ene dag (en nacht) van waaruit de roman vertrekt en klotsen heen en weer in de tijd.
In die stroom komen we het verhaal tegen van Maria, de vrouw des huizes die zich liever herinnert hoe ze jaren geleden in de klas een leraar een royale blik tussen haar benen gunde dan dat ze nu met haar man naar bed gaat. En dat van haar dochter, de seksueel ontwakende Helena. En dat van Tonho, die een verstokte alcoholist is geworden omdat hij het niet kan verkroppen dat hij niet meer de onbevreesde visser is die hij ooit was. En dat van pater Miguel, die het gevoel heeft dat de grond onder zijn bestaan is weggezakt sinds hij diep is gaan twijfelen aan zijn geloof. En dan zijn er ook nog drie gevangenen en het handjevol militairen die hen bewaken. En, ten slotte, de dames van plezier bij wie de soldaten en ook de vissers soelaas vinden.
Deze verhalen vormen met elkaar de brede, diepe bewustzijnsstroom waarin deze eilandbewoners ronddobberen. Een bewustzijnsstroom vol schuld en boete, bedrog, lust, liefde, dood, eenzaamheid, uitsluiting, solidariteit, eergevoel en machismo, die wordt voortgestuwd door krachten die het bestaan van de personages bepalen maar die hun bevattingsvermogen te boven gaan en waarop ze dus niet of nauwelijks vat hebben. Dát is de kern van hun existentiële tragiek, die Dourado in zijn innerlijke monologen op bijna betoverende wijze gestalte heeft gegeven.
Uit het Portugees vertaald door Harrie Lemmens. Koppernik; 300 pagina's; € 24,50.
Roderik Six
ua/an/17 j
Een verdwenen revolver zet een eiland in rep en roer.
Ze ruiken zo verduiveld lekker. Fortunato kan er niet aan weerstaan. Hij begraaft zijn neus in de slipjes van Maria, de weeë vrouwengeur bedwelmt hem. Zo diep is hij in zijn gesnuffel verzonken dat hij Godofredo niet opmerkt, de heer des huizes en de echtgenoot van Maria. Fortunato kan maar net ontsnappen en springt kwiek door het raam. Godofredo is ervan overtuigd dat die rare kwast zijn revolver heeft gestolen, het leger wordt erbij gehaald en soldaten zetten een klopjacht in.
Ver kan de snoodaard niet zijn: Boa Vista is een eiland, het veerpont wordt bewaakt en Fortunato is niet in staat om zelf een boot te besturen. Sommige eilandbewoners beweren dat er geen kwaad in de jongen schuilt, anderen hebben schrik van die zwakzinnige kerel. Hoe dan ook loopt hij nu rond met een geladen wapen. Het kan altijd per ongeluk afgaan. Een verdwaalde kogel kan zomaar in een kinderhoofdje belanden.
Terwijl het leger Boa Vista uitkamt, borrelen de verhalen van de eilandbewoners op. Zo gelooft Tonho rotsvast in de onschuld van Fortunato. Maar Tonho is zelf een verschoppeling. Ooit was hij een succesvol visser, tot de drankduivel hem te pakken kreeg. Nu spendeert hij zijn dagen in de kroeg en in de cel. Luzia weigert haar zoon te verloochenen. Fortunato mag dan wel een beetje traag zijn, hij zou geen vlieg kwaad doen. Maar Luzia is slechts een nanny. En trouwens, waar is de vader van Fortunato?
De vlucht van Fortunato roept nog meer vragen op. Blijkbaar was hij niet de enige die op Maria geilde: wie was die voyeur die onlangs in haar slaapkamer binnenloerde? Waarom is Godofredo zo zenuwachtig? En waarom weigert de priester met dienst het op te nemen voor het zwart schaap?
‘Je moet geen geladen pistool op het podium neerzetten als dat niet in het laatste bedrijf afgaat.’ De Braziliaanse schrijver Autran Dourado (1926‑2012) kent de wet van Tsjechov: toon het publiek een wapen en het begint al te dromen van een vuurgevecht. In zijn burleske roman Het mensenschip gebruikt hij dat theatrale principe om je bij de les te houden terwijl hij van personage naar personage springt. Van een twijfelende priester tot een zwanger hoertje: telkens graaft Dourado in hun zielenleven. Dat doet hij in een deinende stijl die de grenzen van de grammatica aftast. De monologues intérierus en de herhalingen vergen enige concentratie maar verder blijft deze roman uit 1961 verbazend makkelijk overeind. Dat is grotendeels te danken aan de frisse vertaling van Harrie Lemmens, die Het mensenschip ook van een boeiend nawoord voorzag, waarin hij Dourado een taalarchitect en een grootmeester van de menselijke psyche noemt. Lovende woorden die we enkel kunnen beamen.
****
Koppernik, (oorspronkelijke titel: A barca dos homens), 302 blz., € 24,50.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.