Op vrijdag : gedachten & gebeden
Omer Tanghe
Koen Tanghe (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Eburon, 2000 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 574 TANG |
31/12/2001
Er is weer hoop voor alle biologen en menswetenschappers die na hevige discussies hebben moeten vaststellen dat een verzoening tussen beide disciplines verder af lijkt te zijn dan ooit. Het probleem is bekend: is gedrag aangeleerd of aangeboren? Menswetenschappers en biologen staan lijnrecht tegenover elkaar sinds Edward O. Wilson menssociobiologie voorstelde als brug tussen de twee disciplines. Hij wilde menswetenschappelijke fenomenen evolutief verklaren, waarbij hij impliceerde dat gedragingen en culturele verschijnselen genetisch gedetermineerd zijn. Op die manier jaagde hij menswetenschappers tegen zich in het harnas.
Koen Tanghe, jurist en antropoloog, zet een nieuwe stap in de verzoening van beide disciplines. Het probleem is dat de termen 'genetisch gedetermineerd' en 'aangeboren' als synoniemen worden gebruikt, maar dit in feite niet zijn. Aan de hand van een uitgebreid historisch overzicht -- van Darwins oorspronkelijke evolutietheorie tot het gencentrisme van Dawkins -- toont Tanghe hoe dit conceptuele misverstand ontstaan is. Maar al te vaak wordt gesteld dat aparte genen rechtstreeks aan de basis liggen van gedragselementen. In werkelijkheid is de relatie tussen gedrag en genen veel indirecter. Tanghe vernieuwt en verruimt daarom de definitie van het begrip 'genetisch gedetermineerd'. Op die manier ontstaat een nieuwe formulering van de evolutietheorie, waarin niet genen, maar genotypes als basis voor selectie centraal staan.
Eens de synthese-evolutietheorie correct geformuleerd is, toont Tanghe aan dat ook aangeleerde en bedachte gedragingen genetisch gestuurd zijn. Gevoelens van lust en onlust zijn volgens Tanghe de aangeboren agenten van de genen, die ervoor zorgen dat welbepaalde gedragingen worden aangeleerd, bedacht en op het juiste moment gebruikt. Wanneer menswetenschappers en biologen deze genocentrische evolutietheorie aanvaarden, worden perspectieven geopend voor het verwezenlijken van Wilsons droom: de verzoening tussen menswetenschappers en evolutiebiologen. Er moet worden gestreefd naar een holistische benadering van de steeds meer fragmentarische kennis. Een dergelijke integratie is volgens Tanghe enkel te realiseren vanuit de filosofie. De filsofie richt zich immers op de essentie en kan zo een overzichtelijk geheel vormen waarin algemene, evolutieve en historische kennis over de mens kunnen geïntegreerd worden.
Dit wetenschappelijk-filosofisch essay is beslist een aanrader. Tanghe schetst kundig de verschillende stromingen in de evolutietheorie, zet helder uiteen waar de synthese-evolutiebiologie mank loopt en weet de evolutie van evolutiebiologie zeer boeiend weer te geven. Zijn initiatief om vanuit de filosofie tot een integraal mensbeeld te komen, is zeer lovenswaardig. [Jeroen Stevens]
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.