De mooiste van de hele wereld : 300 gedichten van de 20ste eeuw
Koen Stassijns
Koen Stassijns (Samensteller), Ivo Van Strijtem (Samensteller)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Lannoo, 2013 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : POEZIE : VERZAMELBUNDEL : STAS |
28/02/2014
Het duo Koen Stassijns en Ivo Van Strijtem heeft in de loop der jaren de status van ‘officiële poëziebloemlezers’ verworven. Denken we maar aan hun onovertroffen reeks ‘De mooiste van…’, of aan publicaties zoals Van Heer Halewijn tot Hugo Claus. Dat de naam van Claus ook weer opduikt in de titel van deze bloemlezing, Van Hugo Claus tot Ramsey Nasr, ligt voor de hand. Tot nader order is en blijft het dichterlijke oeuvre van Claus de standaard waaraan de waarde van andere dichters kan worden afgemeten. Dat de samenstellers Nasr naar voren schuiven en in de titel meteen de illusie wekken dat de door hen geselecteerde dichters en gedichten zich tussen beider oeuvre bevinden (van … tot), kan enige verwarring teweegbrengen bij de geïnteresseerde lezer. In de ondertitel bij de bloemlezing wordt wel degelijk aangegeven dat het gaat om klassiekers uit de poëzie van 1944 tot bijna vandaag.
In 1978 verscheen Poëzie is een daad van bevestiging, Noord- en Zuid-Nederlandse poëzie van 1945 tot heden van de hand van C. Buddingh’ en Eddy van Vliet. Intussen zijn er zoveel nieuwe namen opgedoken in het poëtische landschap dat een nieuwe keuze voor de hand lag. Stassijns en Van Strijtem profileren zich nadrukkelijk niet zozeer tegen dan wel als echoënd kader bij eerder verschenen bloemlezingen zoals Hotel New Flanders van Dirk van Bastelaere, die koplopers en pelotonrijders onder de dichters van elkaar wist te scheiden, of van de bloemlezing die Philip Hoorne en Chrétien Breukers publiceerden in 2012, De Nederlandstalige poëzie in pocketformaat, waarin voor één dichter ook telkens (maar) één gedicht werd opgenomen. In Van Hugo Claus tot Ramsey Nasr staan 265 gedichten van in totaal 177 dichters. ‘De variatie’, schrijven de samenstellers in hun inleiding, ‘is bijzonder groot: van moeilijk tot doodeenvoudig, van strakke compositie tot pure spreektaal, van haast klassiek tot postmodern, van romantisch tot vrij zakelijk, van scherts tot bittere ernst, van liefde tot dood.’ En hier geldt wat voor iedere bloemlezing telt: de (onuitgesproken) wens dat de lectuur van een van de gedichten de lezer ertoe kan aanzetten ook eens een bundel ter hand te nemen. Neem bijvoorbeeld het gedicht ‘Een warme holte 31’ van Walter Haesaert. Hoe indringender, hoe veelzeggender wordt dit gedicht niet als de lezer de hele cyclus gaat lezen met het als in een litanie herhaalde aanvangsvers bij ieder gedicht: ‘zij was de tederste van alle tederheden’. Maar het is en blijft een mooi gebaar dat de samenstellers met hun keuze hier een dichter opnemen die ten onrechte in de vergetelheid is geraakt. Even mooi blijft het dat we hier verzen lezen van Jo Govaerts, ooit als een belofte ingehaald maar nadien wat weggedeemsterd, of van de in 2009 overleden Michaël Zeeman die duidelijk meer was dan alleen criticus en essayist. Vaak wordt een bloemlezing beoordeeld op grond van wie er niet in staat. Stassijns en Van Strijtem hebben zich keurig van hun taak gekweten. Als er dan toch één naam ontbreekt, dan is het die van Esther Naomi Perquin, die ook al in de periode waarin de samenstellers het actuele landschap van de poëzie doorkruisten, toch al enkele belangrijke bundels had gepubliceerd. Maar voor het overige: het is lezen en genieten in deze bloemlezing.
[Jooris Van Hulle]
Gerard Oevering
De bloemlezers hebben 265 klassiek geworden gedichten (of die het huns inziens waard zijn dat te worden) uit de Nederlandstalige literatuur tussen 1944 en 2011 bijeen gebracht. Van een dichter is in beginsel een gedicht gekozen, maar in het werk van Andreus, Buddingh’, Campert, Claus, De Coninck, Faverey, Gerlach, Gruwez, Hanlo, Herzberg, Kopland, Lodeizen, Lucebert, Michaelis, Morriën, Nolens, Schuur, Snoeck, Tellegen en Vroman werden drie of meer ’klassiekers’ gevonden. Naarmate de bloemlezers 2012 naderen krijgt hun keuze steeds minder de status van klassieker en wordt hun keuze arbitrair. Koos Schuur schreef naar hun mening drie klassiekers, maar Paul Claes, Esther Naomi Perquin en Inge Lievaart ontbreken. Waarom kozen de samenstellers Rudy Kousbroek wel en Gerard Reve niet? In de Inleiding verantwoorden zij hun keuze: eigen leeservaring en voorkeur, moeilijk naast gemakkelijk en minder bekende, maar opvallende gedichten. De gedichten staan chronologisch op jaar van verschijnen. Een bundel met veel oude bekenden, maar ook met veel prachtige vondsten.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.