Het boek van alle dingen
Guus Kuijer
Guus Kuijer (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2016 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : GODSDIENST : 226.4 KUIJ |
Hilde Van den Eynde
2/ei/13 m
Het zijn barre tijden voor het Heilig Land. Negen eeuwen voor Christus is Israël na koning Salomo uiteengevallen in twee koninkrijken. Vanuit het noorden liggen de joden onder vuur van de Assyriërs, vanuit het zuiden worden ze door de Egyptenaren bedreigd. Bovendien is er ook op religieus vlak onrust: aanhangers van de polytheïstische eredienst van de goden Baäl en Asjera eisen hun plaats op vis-à-vis de proponenten van de 'ene' God Jahweh.
Dat kan niet goed aflopen, en inderdaad het bloed druipt van de Bijbelpagina's die verhalen over die tijd. Geen enkele heerser gaat vredig in zijn bed dood, profeten worden bij bosjes in de pan gehakt, kinderen aan de goden geofferd of opgegeten van de honger. Als we de Bijbel mogen geloven, was het leven in die tijd één grote hel.
De Nederlandse schrijver Guus Kuijer heeft zich de voorbije jaren een meester betoond in het omzetten van oude Bijbelverhalen naar het hedendaagse perspectief. Van Genesis tot Profeten heeft hij het Oude Testament herschreven, gebruikmakend van de truc om als vertellers nevenpersonages in te zetten die een wat dwarsere kijk op de gebeurtenissen hebben dan de hoofdrolspelers uit het originele werk. Vaak zijn die vertellers vrouwen. Hun interpretatie geeft de - voor en door mannen geschreven - Bijbelverhalen vaak een heerlijk tegendraadse twist. In dit vijfde deel van zijn Bijbel, waarin Kuijer zijn versie geeft van 2 Koningen, het boek Job en Profeten trekt hij dat concept door. Buiksprekers van dienst zijn Izebel, een intelligente, zelfbewuste prinses die wordt uitgehuwelijkt aan koning Achab van Israël, en Chulda, een profetes die de verwoesting van Jeruzalem voorspelt.
Een stem geven aan vrouwen in Bijbelse tijden: Kuijer is er een meester in. Het verhaal van de tegendraadse Izebel sleept de lezer van de eerste tot de laatste bladzijde mee. De koningsdochter uit het Foenicische Tyrus (nu Libanon) ging de geschiedenis in als intrigante die haar man ertoe dwong de belangen van Israël ondergeschikt te maken aan de hare, maar Kuijer geeft haar eerherstel. Hij portretteert haar als een suffragette avant la lettre, die een liberale godsdienstpolitiek voorstaat en de intrigerende profeten van Jahweh de voet probeert dwars te zetten. 'De Hebreeën moesten leren dat ze het land deelden met anderen, dat er naast hun god andere goden leefden', laat hij Izebel zeggen, die zelf is opgegroeid in de cultus van Baäl en Asjera. Maar de overmacht van de propagandisten van Jahweh is te groot: Izebel zal het onderspit delven en aan het eind van het verhaal aan de honden worden gevoerd.
Moordengel
De vraag welke plaats het geloof verdient in een maatschappij, keert bij de ongelovige Kuijer geregeld terug. Hoewel hij verdraagzaam is ten aanzien van gelovigen, neemt hij de vrome prietpraat uit de Bijbel steevast genadeloos op de hak. Tongue in cheek laat hij profetes Chulda commentaar leveren bij het miraculeuze overlijden van 185.000 Assyrische soldaten die Jeruzalem aan het belegeren zijn. 'Het was het werk van een engel, maar het leek sprekend op de uitbraak van een besmettelijke ziekte, maar dat was het niet, want het was het werk van een engel', zegt Chulda.
Ook zelfspot en twijfel zijn een handelsmerk van Kuijer. 'Waren het mijn eigen woorden of had ik ze ergens op straat opgepikt bij een groep mopperende oude mannen zoals ik die elke dag tegenkwam?', vraagt Chulda zich af, nadat ze de opvolger van koning Achab voor onderkruiper heeft versleten. 'Of kwamen ze van God?' Ook haar eigen man, Sallum, gelooft niet dat ze een profetes is: 'Je hebt een vooruitziende blik, meer niet.'
Kuijer, een verklaard tegenstander van zieltjeswinnerij, strooit door het boek voortdurend links naar de multiculturele actualiteit. 'Dit land gaat kapot aan het getwist van de goden', zegt koning Achab over het gestook van de profeten. En wanneer hij op het slagveld is gesneuveld en zijn gehele mannelijke nageslacht door zijn opvolger de keel is overgesneden, noteert Chulda droogjes: 'Sinds deze wandaad is het onthoofden in deze streken een vaardigheid geworden die alle vrome mannen dienen te beheersen.'
Dat Bijbelverhalen, waargebeurd of niet, waardevolle boodschappen kunnen bevatten is de rode draad door Kuijers hervertelling. 'Stel je nou eens voor dat het allemaal verzonnen is', vraagt Chulda zich af nadat ze Jona's verhaal over de walvis heeft aangehoord. 'Dan is de vraag toch best interessant wat deze Jona met zijn verhaal bedoelde? Een verhaal hoeft toch niet echt gebeurd te zijn, het gaat er toch om wat het wil vertellen?'
Toeval
Ook in het boek Job, over een rechtschapen en godvrezend man die desondanks alleen tegenslagen kent, is de hamvraag wat er achter het verhaal schuilgaat. 'Is alle ongeluk een straf van God of bestaat er ook toeval?', vraagt Chulda zich af. Oftewel: hoe kan een goede God kwaad doen?
God weet het op dat moment zelf nog niet, maar de vraag brengt hem in een zodanig lastig parket dat hij zichzelf zal moeten heruitvinden. In het Nieuwe Testament zal hij een gedaanteverwisseling ondergaan van nukkig, wispelturig opperwezen dat met de duivel dobbelt over het lot van zijn onderdanen, naar een liefhebbende God.
Met zijn hervertelling wil Kuijer in de eerste plaats aantonen dat de Bijbel mensenwerk is, en God dus ook maar een mens is. De schrijver, inmiddels 73, heeft altijd gezegd dat hij zijn Bijbel voor ongelovigen tot het Oude Testament zou beperken. Als hij bij dat voornemen blijft, is hiermee het laatste boek van zijn magistrale project opgeleverd. Dat is om te vloeken van spijt. Hoeveel prachtige verhalen zou het niet opleveren als Kuijer ook Jezus' blijde boodschap door een paar dwarse stemmen vanuit de coulissen zou laten becommentariëren? Judas Iskarioth bijvoorbeeld, of Maria Magdalena?
Athenaeum-Polak & Van Gennep, 304 blz.
De auteur: bekroond auteur van kinderboeken, schrijft tegenwoordig voor volwassenen en is fervent twitteraar.
Het boek: hedendaagse hervertelling van onder meer de Bijbelverhalen over Job en Jona.
ONS OORDEEL: intelligente en meesterlijk geschreven herinterpretatie van de Bijbel.
W.H.J. van Stiphout
In dit vijfde en naar eigen zeggen laatste deel* van zijn succesvolle reeks heeft de auteur het eerder verschenen verhaal 'Izebel van Tyrus' opgenomen. Het is gebaseerd op enkele hoofdstukken uit de oudtestamentische boeken 1 en 2 Koningen. Dit betreft de periode na koning Salomo, toen het rijk gesplitst was in het Noordrijk (Israël) met Samaria als hoofdstad en het Zuidrijk (Juda) met Jeruzalem als hoofdstad. Daarna volgt een tweede verhaal, samengesteld uit fragmenten van het optreden van enkele profeten – Jesaja, Jeremia, Ezechiël, Amos en Jona. In dit verhaal heeft de auteur ook de geschiedenis van Job ingevoegd. Een filosofisch getint verhaal over het lijden. De werkwijze is bekend. Enkele minder bekende personen worden als verteller opgevoerd. Het eerste verhaal heeft Izebel, de vrouw van koning Achab, als vertelster; het tweede de profetes Chulda. Kuijer bewijst steeds weer een rasechte verteller te zijn, die met veel fantasie en inlevingsvermogen zijn hoofdfiguren, met hun hartstochten, onzekerheden en angsten, levensecht weet neer te zetten in modern, alledaags Nederlands.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.