Levensbeschrijving van de Belgische koning (1835-1909), vanaf 1865 tot aan zijn overlijden monarch over België en sinds 1885 soeverein over Congo-Vrijstaat.
Bij het ontstaan van de Belgische natie in 1830 koos men voor een erfelijke monarchie die aan banden gelegd werd door de ministeriële verantwoordelijkheid. Het is dus de regering die de lakens uitdeelt en politieke verantwoording schuldig is aan het verkozen parlement. Het concept was modern en baanbrekend in zijn tijd, waardoor de koningen zich maar moeilijk konden vinden in deze liberale grondwet. Die vaststelling is meteen het uitgangspunt van dit beknopt historisch overzicht van de Belgische vorsten, met als rode draad de geleidelijke evolutie van macht naar invloed in hun respectievelijke bewindsjaren.
Als in een Antwerps museum een vitrinekast met een historische ring erin wordt opengemaakt, krijgt docente klassieke talen Anna een aanwijzing van de inbreker.
Een vrouw is getuige van de moord op een controversieel politicus die haar nog een kokertje weet te overhandigen en dit is het begin van een raadselachtige zoektocht naar een geheimzinnige kunstschat.
Over het optreden van Leopold III tijdens de Tweede Wereldoorlog en zijn huwelijk met Lilian Baels. In dit boek krijgen Leopold en Lilian eerherstel. Leopold hield van vrouwen, dat was bekend. Maar naast Lilian en zijn eerste vrouw Astrid, die verongelukte in Küssnacht, speelde nog een derde, mysterieuze geliefde een grote rol in zijn leven.
Joseph, de bejaarde tuinman van het Kasteel van Laken, doet een macabere ontdekking aan de waterval onder het beeld van de Heilige Maagd. Rond die tijd lijkt de apostolische nuntius in Brussel van de aardbodem verdwenen. Zijn vriend en deken van de basiliek van Koekelberg maakt zich zorgen. Maar ook twee nonnen, een Congolese studente, zijn patersorde en zelfs het Vaticaan zijn hoogst ongerust over het lot van de onvoorspelbare monseigneur Angelo Burdisso. De Italiaanse talenknobbel beperkt zijn activiteiten duidelijk niet tot het behartigen van de belangen van de Heilige Stoel.
De Belgische prinses Marie-Christine (1951), een halfzus van koning Albert II, beschrijft haar leven en met name haar breuk met de familie, waarbij vooral haar moeder, prinses Liliane, het moet ontgelden.
Met verve beschrijft Jan Van den Berghe de Belgische Coburgs in hun openbaar leven en achter de paleismuren. Daarbij illustreert hij met smakelijke anekdotes en pikante details dat sommige koningen en prinsen op bepaalde momenten naar voren komen als sleutel-figuren in de vaderlandse geschiedenis. Anderen daarentegen schetst hij in hun middelmatigheid, achterbaksheid en schijnheiligheid.
