Sleeper cell. Season 1
Ethan Reiff
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Koppernik, 2018 |
VERDIEPING 2 : DUIVELSHOEK : SPANNEND : FEHR |
Emilia Menkveld
em/ec/08 d
Die werkwijze leidt niet tot volzinnen of traditioneel proza. Zijn tweede roman Simeliberg (2015), nu in het Nederlands vertaald, heeft op het eerste gezicht iets weg van een verhalend gedicht. De zinnen zijn als verzen over de pagina verdeeld, met elk brokje taal op een nieuwe regel. Soms staccato, zoals in de vele telefoongesprekken die het boek telt ('ja/ zeker/ vanochtend/ nee'), soms met lange, poëtische zinsflarden.
Fehr doet niet aan interpunctie, alleen aanhalingstekens helpen de lezer op weg. Een sprekerswisseling kondigt hij aan met alleen een naam.
In dit klankbouwwerk lijkt de plot ondergeschikt. In een Zwitsers bergdorp is de vrouw van een oude boer spoorloos verdwenen. Er zijn vermoedens dat de man haar heeft omgebracht. Hij houdt verhalen over een nieuwe mensheid, die zich op Mars zou moeten ontwikkelen. Om zich heen heeft hij een groepje jongemannen verzameld dat een 'eenmalige zuiveringsgolf' door het land wil laten waren. Gemeentesecretaris Anatol Griese, een halve Duitser, krijgt de taak de boer naar de stad te brengen voor nader onderzoek. Als een tragische gebeurtenis het dorp in rouw dompelt, richten de verdenkingen zich plotseling op buitenstaander Griese, die zich op het verkeerde moment op de verkeerde plaats bevond. De afloop laat zich raden.
Simeliberg put rijkelijk uit de Zwitserse volkstraditie. Het origineel bevat veel dialect (dat vertaler Ard Posthuma gelukkig niet heeft willen nabootsen) en de titel verwijst naar een oude Zwitserse smartlap. Dat sluit prachtig aan bij de mondelinge oorsprong van de tekst: uit de woordenstroom doemt een - niet al te flatteus - portret op van de nationale volksaard.
Op papier gaat een deel van de zeggingskracht verloren. Daarvoor is het verhaal te vlak, de personages blijven schematisch. Dit is literatuur om naar te luisteren.
***
Uit het Duits vertaald door Ard Posthuma. Koppernik; 150 pagina's; € 18,50.
Roderik Six
em/ec/12 d
Anatol Griese is eigenlijk geen rechercheur. Hij is gemeentesecretaris in een Zwitsers bergdorpje, en in die hoedanigheid manusje-van-alles. Alles wat ook maar een beetje naar een officiële aangelegenheid neigt, komt op zijn bureau terecht. En zijn bureau, dat is een aftandse Landrover die hem deze keer richting boer Schwarz brengt. Schwarz wordt verdacht van de moord op zijn vrouw en Griese moet hem naar de sociale dienst in de stad voeren, waar een arts zal oordelen over Schwarz’ toerekeningsvatbaarheid. Want de man wauwelt al een tijdje over Marsbewoners en een Nieuwe Orde.
Griese mag dan geen speurneus zijn, nieuwsgierig is hij wel, zeker wanneer hij bij Schwarz een koffer vol geld ontdekt. En voor hij het goed en wel beseft, zit hij diep in de penarie. Zo sluipen er ’s nachts zwarthemden door de bossen, worden er geheimzinnige vaten onder Schwarz’ huis gerold en is er sprake van kisten met volautomatische wapens uit het Oostblok. Griese is zelf evenmin een onbeschreven blad. Zijn gemengde afkomst maakt hem al per definitie verdacht bij de dorpelingen en zijn reputatie verbetert er niet op wanneer hij aanpapt met een getrouwde boerin én in de stad een vizier koopt voor zijn geweer – om konijnen af te schieten heb je geen speciale kijker nodig, dus waar wil Griese op mikken?
Een kolderkrimi die zich in het hooggebergte afspeelt, wat kan daar bijzonder aan zijn? Wel, het Zwitsers talent Michael Fehr heeft zijn tragikomische thriller volledig in versvorm opgesteld. Het is even wennen aan de regels die zonder interpunctie op elkaar gestapeld staan maar zodra je je aan de cadans hebt overgegeven, besef je dat het hier om meer dan een gimmick gaat. Fehr schept met zijn vormexperiment tijd en ruimte, en zeker in de beckettiaanse dialogen benadert hij het menselijke gesprek beter dan het klassieke doorlopende proza.
In het nawoord biedt vertaler Ard Posthuma meer verheldering. Fehr heeft zijn verhaal losjes gebaseerd op een Zwitsers smartlap die vooral bij huurlingen populair was, en Posthuma laat zien hoe slim Fehr zijn taalkunstje heeft geconstrueerd.
Knappe ontdekking weeral van de kleine uitgeverij Koppernik. In haar vijfjarige bestaan heeft ze een mooi en eigenzinnig fonds opgebouwd. Dit jaar alleen al verrasten ze met nieuw topwerk van Cynan Jones en José Eduardo Agualusa, en deze jonge Zwitser hoort in dat rijtje – én op uw boekenplank thuis.
***
Koppernik (oorspronkelijke titel: Simeliberg), 152 blz., € 18,50.
M.J.P. Voorhuis
De oude boer Schwarz wordt door gemeentesecretaris Griese opgehaald omdat hij wordt verdacht van moord op zijn vrouw. Omdat Schwarz niet helemaal spoort volgens de dorpsbewoners zal hij overgedragen worden aan een overheidsinstantie in de stad. Het verhaal speelt zich af in een dorpje in de provincie Bern. De boerderij staat in een moerassig dal en het weer is grauw, zoals ook de sfeer in het boek somber en triest blijft. De Zwitsers kunnen vrij eenkennig staan tegenover vreemdelingen en dat ervaart ook de hoofdpersoon Griese. Omdat hij een Duitse vader heeft, blijft hij een buitenstaander in de dorpsgemeenschap. Uiteindelijk wordt een onomkeerbare kettingreactie hem fataal. Het boek zweeft tussen een krimi en een zedenschets van de Zwitserse boerenbevolking. De auteur heeft een oogziekte, met als gevolg dat hij de tekst moet dicteren. De klank daarvan vormt een belangrijk aspect van de stijl. De tekst wordt eveneens gekenmerkt door halve zinnen, geïsoleerde woorden en heeft geen interpunctie. Michael Fehr is geboren nabij Bern in 1982 en hij woont momenteel in Londen.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.