Kroniek van het vermoorde huis : roman
Lúcio Cardoso (Auteur), Harrie Lemmens (Vertaler)
Beschikbaarheid en plaats in de bibliotheek
ARhus - De Munt
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij De Arbeiderspers, © 2022 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : CARD XXL |
Besprekingen
Faulkneriaanse soapserie
Marijke Arijs
rt/aa/12 m
De Braziliaanse schrijver Lúcio Cardoso (1912-1968) had een godsgruwelijke hekel aan zijn geboortestreek. In Kroniek van het vermoorde huis rekent de auteur af met de benepen en hypocriete mentaliteit van Minas Gerais, de deelstaat die hij op zijn zeventiende definitief de rug toekeerde. Deze lijvige, veelstemmige roman wordt doorgaans als zijn magnum opus beschouwd. Het was meteen ook het laatste belangrijke werk dat hij heeft voortgebracht. De romancier, dichter, vertaler, dagboek-, toneel- en scenarioschrijver schreef alsof de dood hem op de hielen zat, wat inderdaad zo bleek te zijn. Niet lang na de publicatie van zijn meesterwerk kreeg hij een beroerte, raakte hij half verlamd en verruilde hij de pen noodgedwongen voor het penseel. Zes jaar later kwam hij, op zijn 56ste, aan zijn eind.
Zijn Kroniek is een van de meest vernieuwende werken van de twintigste-eeuwse Braziliaanse literatuur. Joost mag weten waarom deze klassieker uit 1959 nooit eerder in het Nederlands is vertaald, maar dankzij vertaler Harrie Lemmens is dat euvel nu gelukkig verholpen. Toegegeven, een vrolijk boek is deze vuistdikke turf niet. Deze regelrechte afdaling in de hel is doortrokken van zonde, ziekte en lijden en draait helemaal om schuld en boete. Het huis uit de titel is de hoeve van een aan lager wal geraakte familie herenboeren uit Minas Gerais. Hun chácara wordt beschreven als een levend wezen, 'met zijn stenen oren, zijn stenen zenuwen en zijn stille plastische stenen ziel', en deze stulp wordt door de auteur alleen tot leven gewekt om vervolgens te worden vermoord, wat meteen de titel verklaart. In dit decor van vergane glorie wordt de familie Meneses met zichtbaar genoegen naar de ondergang gevoerd.
De roman begint met het einde: Nina, de hoofdrolspeelster in dit drama, is dood. Haar zestienjarige zoon André is ontroostbaar en schreeuwt zijn wanhoop en vertwijfeling uit in zijn dagboek. Zijn moeder was tegelijk ook zijn minnares, daar windt Cardoso geen doekjes om. Nina is de spreekwoordelijke worm in de appel, die huize Meneses ten val heeft gebracht. Valdo's temperamentvolle echtgenote uit Rio de Janeiro werd bij leven en welzijn gehaat door zijn broer Demétrio, een man die zweert bij waardigheid en traditie, maar kon uitstekend opschieten met de homoseksuele Timóteo, die zijn dagen doorbracht in vrijwillige ballingschap in zijn kamer, gehuld in de jurken van zijn moeder zaliger. De stadse schoonheid kon niet aarden in die dooievisjesnegorij, keerde na verloop van tijd zwanger terug naar Rio de Janeiro en kwam zestien jaar later weer opdagen, met een ongeneeslijke kanker onder de leden. Haar doodsstrijd en de stank van verrotting die haar lichaam op haar sterfbed verspreidt, worden buitengewoon plastisch beschreven. Daarbij worden de grenzen van de goede smaak flink opgerekt.
Wat aan haar dood voorafging, wordt stukje bij beetje gereconstrueerd aan de hand van brieven, dagboeken, herinneringen, bekentenissen, officiële verklaringen en verslagen. De leden van de familie Meneses komen om de beurt aan het woord, maar ook de huishoudster, de apotheker, de huisarts, de dorpspastoor en een bevriende kolonel blazen hun partij mee. Alle personages zijn betrokken en dus per definitie onbetrouwbaar. Allemaal hebben ze hun persoonlijke kijk op de gebeurtenissen, zodat de lezer zijn oordeel voortdurend moet bijsturen. Stuk voor stuk hebben ze iets destructiefs en draaien ze 'om elkaar heen als kalkoenen in een krijtkring'. Het verontrustende verhaal heeft een reeks verrassende wendingen in petto en wordt besloten met een spectaculaire coup de théâtre. De dorpspastoor krijgt het laatste woord: 'Ziet u het, ziet u nu de hoofdlijnen van deze roman tevoorschijn komen?'
Cardoso's schrijfstijl is bijwijlen aan de barokke kant en zijn worstelingen met zonde en kwaad zijn eigenlijk niet meer van deze tijd, maar de auteur balanceert virtuoos op de grens van tragedie en melodrama. Zijn Faulkneriaanse saga hangt van incest, overspel en verziekte relaties aaneen en bevat voldoende onfrisse familiegeheimen en verdachte overlijdens voor een eindeloze soapserie.
Vertaald door Harrie Lemmens, Arbeiderspers, 632 blz., 39,95 €.
Dit alles is Brazilië
Maarten Steenmeijer
il/pr/23 a
De Braziliaanse schrijver Lúcio Cardoso (1912-1968) kreeg tijdens zijn leven nooit de publieke erkenning waarnaar hij verlangde. Zelfs de vuistdikke roman Kroniek van het vermoorde huis (1959) bracht hem niet het succes waarop hij had gehoopt. De critici reageerden geschokt, niet in de laatste plaats vanwege de breed uitgemeten seksuele relatie tussen een moeder en haar 16-jarige zoon. Maar na zijn dood zou Cardoso's roman uitgroeien tot een klassieker van de moderne Braziliaanse literatuur. En terecht: het is een verpletterende roman.
Naar eigen zeggen wilde de schrijver in Kroniek van het vermoorde huis afrekenen met Minas Gerais, de deelstaat in het binnenland van Brazilië waar hij opgroeide en die hij in zijn roman omschrijft als 'dat platte landschap van lege en door de hitte van de zomer verdorde vlakten', dat wordt bewoond door 'dat afgrijselijke norse volk'. Symbool voor het verval van deze streek staat de familie Meneses, drie broers die eigenaar zijn van een zieltogende fazenda (groot agrarisch bedrijf) in het zuiden van Minas Gerais.
Gezellig is het bepaald niet in hun chácara (landhuis). Een van de broers, Timóteo, heeft zich voorgoed verschanst in zijn kamer, waar hij zich hult in de kleren van zijn moeder. Een andere, de zwijgzame Demétrio, probeert zo goed en zo kwaad als het gaat het beheer uit te voeren over wat nog rest van de ooit zo florerende fazenda. En de derde, Valdo, haalt een vrouw in huis die de familie ontwricht. Ze heet Nina, komt uit Rio de Janeiro en is de dochter van een invalide militair die niet meer voor haar kan zorgen. En, niet onbelangrijk: ze is onweerstaanbaar aantrekkelijk.
De gevolgen van haar komst zijn desastreus. Haar man wordt tot wanhoop gedreven en doet een poging tot zelfmoord (die mislukt). Zij legt het aan met tuinknecht Alberto, maar wanneer ze zich van hem afkeert, probeert hij zich eveneens van het leven te beroven (en dat lukt wél). En alsof dat nog niet genoeg is, wekt Nina ook nog eens een intense wrok en haat op bij Demétrio's vrouw Ana, een stille, dorre verschijning die in het geheim een brandende liefde voor de tuinknecht koestert en na diens dood bijna gek wordt van verdriet. En om het plaatje compleet te maken: ook Demétrio blijkt niet ongevoelig te zijn voor de ravissante charmes van indringer Nina, die in huize Meneses alleen in genderbender Timóteo een bondgenoot vindt.
Nina wordt, zwanger en wel, teruggestuurd naar Rio de Janeiro. Daar bevalt ze van een zoon, André, die naar de fazenda wordt gehaald terwijl zijn moeder in de Braziliaanse hoofdstad blijft. Niemand mag ook maar met een woord met André over haar spreken. Zestien jaar later komt de verbannen Nina terug naar de chácara, waar ze opnieuw de gemoederen danig in beweging brengt. Haar zoon - een puber nog - wordt smoorverliefd op haar en zij beantwoordt zijn gevoelens, maar blijkt een dubbele agenda te hebben. Niet lang daarna overlijdt zij op gruwelijke wijze en de groteske reacties van enkele van haar huisgenoten doen daar nog een flinke schep bovenop. Daarmee is de kous nog niet af, want ook na Nina's dood staat de lezer nog een kolossale verrassing te wachten.
Zo samengevat doet Kroniek van het vermoorde huis misschien denken aan een kinky soap, maar Cardoso's roman is allesbehalve dat. Het is een huiveringwekkende, in al zijn poriën sidderende familietragedie van epische proporties en dat is te danken aan de grootse vorm waarin de schrijver zijn verhaal heeft gegoten. Kroniek van het vermoorde huis is een lange serie (innerlijke) monologen in uiteenlopende gedaanten: dagboek, brief, verslag, biecht, memoires, relaas, verklaring.
Aan het woord zijn niet alleen de direct betrokkenen (Nina, Valdo, Ana, André, Timóteo) maar ook de 'getuigen' van het familiedrama (onder wie de apotheker, de dokter, de huishoudster en de pastoor). Broksgewijs vertellen zij vanuit hun eigen perspectief hun verhaal, maar hun monologen doen veel meer dan dat: ze creëren een verstikkende atmosfeer van doem, verval, schuldgevoel, jaloezie, eenzaamheid, schaamte, verlangen, lust, haat, wrok, wanhoop en wantrouwen.
Cardoso bedient zich daarbij van een bijna uit zijn voegen barstende taal die de grenzen van het beredeneerbare opzoekt, zoals in deze passage uit het dagboek van André: 'Wie geen verdriet kent, kan niet weten wat die totale leegte is, die afwezigheid van jezelf, die rust die geen vrede betekent, maar de stilte van regionen die verdoemd zijn en desondanks de dood nog niet kennen.' Of in dit fragment uit de memoires van Timóteo: 'Wij zijn slechts onze onbezonnen driften die als onmenselijke kettingen boven de tijd en de waarheid bungelen.'
In de wereld die Cardoso gestalte geeft in Kroniek van het vermoorde huis heeft het zwarte personeel nog niet eens een figurantenrol en dat is tekenend voor hun ondergeschikte positie. In 1888 werd de slavernij weliswaar afgeschaft in Brazilië, maar in werkelijkheid bleef zij bestaan als 'slavernij (...) in vrijheid'. Deze omschrijving is afkomstig uit Itamar Vieira Juniors roman Kromme ploeg (2018), die nu is vertaald. Het boek speelt zich eveneens af op een fazenda, maar hier zijn de rollen omgedraaid: de zwarte gemeenschap staat centraal, de witten komen nauwelijks uit de coulissen.
Aan de basis van Kromme ploeg, dat uit drie lange monologen bestaat, ligt het promotieonderzoek dat de schrijver in het binnenland van Brazilië deed. En dat is te merken, want je komt veel te weten over de 'onvrijwillige landarbeiders' en hun wereld: de flora en fauna, het klimaat, de behuizing, de middelen van bestaan, de spirituele rituelen en andere gebruiken, de onderdrukking en uitbuiting, de onderlinge verbondenheid, de geschiedenis.
De roman is dus onmiskenbaar leerzaam, maar het wringt een beetje dat de schrijver dit soort informatie in de mond legt van zijn personages, die hierdoor soms meer op een gids of een docent lijken dan op zichzelf. Andere passages zijn op hun beurt te bedacht om in deze context helemaal te overtuigen: 'In mijn eentje doorstond ik de ontberingen die mijn ouders hadden moeten doorstaan in hun leven. Ik had weliswaar geen kinderen om te voeden, maar ik werkte veel harder en langer dan veel mannen die daar woonden.'
Afgezien van dit soort schoolse passages is Kromme ploeg een geslaagde poging om een genegeerde bevolkingsgroep een stem te geven in de literatuur. Bijvangst is dat als je deze roman meteen na Kroniek van het vermoorde huis leest je de 'zinloze bestaansangst' van Cardoso's personages weer een beetje in perspectief gaat zien.
Lúcio Cardoso, Kroniek van het vermoorde huis. Uit het Portugees vertaald door Harrie Lemmens. De Arbeiderspers; 630 pagina's; € 39,95.
★★★★★
Itamar Vieira Junior, Kromme ploeg. Uit het Portugees vertaald door Marilyn Suy. Prometheus; 319 pagina's; € 23,50.
★★★☆☆
B. van Laerhoven
Via brieven, dagboeken, herinneringen, officiële verklaringen, bekentenissen en verslagen van verschillende personages, schetst Lúcio Cardoso de ondergang van de Braziliaanse plattelandsfamilie Menezes in de eerste helft van vorige eeuw. De bron van die neergang is de grillige femme fatale Nina, die uit Rio overkomt naar de deelstaat Minas Gerais om met Valdo Menezes te trouwen. Al gauw lijkt ze enkel eropuit te zijn om verwarring, wantrouwen, haat en onenigheid in de eens zo voorname familie te zaaien. Ze schrikt zelfs niet terug voor incest met haar zoon André. Lúcio Cardoso (1912-1968) is een grote naam in de twintigste-eeuwse Braziliaanse letteren. In dit lijvige meesterwerk toont hij zich even elegant hypergevoelig als Flaubert, even noodlottig en tegenstrijdig als Dostojevski en bijwijlen even ondoorgrondelijk en indirect als Faulkner. Dat is indrukwekkend, maar betekent ook dat de lezer moed moet verzamelen om deze tumultueuze literaire roman achter de kiezen te krijgen.
Suggesties
Krijg een e-mail wanneer dit item beschikbaar is
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.