Rosie en Moussa
Michael De Cock
Michael De Cock (Auteur), Gerda Dendooven (Illustrator)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Net binnen |
Davidsfonds/Infodok, 2008 |
VERDIEPING 2 : BABILLE : TAAL EN VERHAAL : VERHALEN : Kast 5 DECO |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Davidsfonds/Infodok, 2008 |
JEUGD : VERHALEN ROOD (9-11 J.) : DECO |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Davidsfonds/Infodok, 2008 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : DECO |
31/12/2008
Binnen onze huidige cultuur verliest de kennis van de klassieke mythologie steeds meer aan belang. Wanneer men daarbij het enorme aanbod aan jeugdliteratuur in acht neemt, zal men er zich terecht over verwonderen dat de klassieke mythologie zich weet te handhaven. Het voorbije decennium mochten de klassieken zelfs op hernieuwde belangstelling van jeugdauteurs rekenen. Uitgeverij Davidsfonds bevestigt deze trend met 'Kleine klassiekers', een nieuwe reeks bewerkingen van mythologische verhalen. Michael De Cock opent de reeks met De lange weg naar huis, een bewerking van de Odyssee van Homeros, een verhaal dat al meermaals werd herverteld, door Evert Hartman, Simone Kramer en niet te vergeten Imme Dros. Dit laat vermoeden dat de producenten er niet alleen van overtuigd zijn dat het zinvol is om de klassieken te blijven bewerken, maar ook dat er een publiek is voor een nieuwe hervertelling.
"'Kleine klassiekers' brengt oeroude en bekende verhalen voor kinderen van vandaag. Michael De Cock vertelt de mythologische verhalen opnieuw, met veel aandacht voor de personages, hun gedachten en gevoelens. Deze klassiekers overleven de tijd omwille van hun kracht en mysterie én blijven jonge kinderen steeds weer boeien, ontroeren en verrassen." De Cock richt zijn hervertelling op kinderen vanaf acht jaar en bedient daarmee een unserved audience van Homeros' Odyssee. De introductie van de uitgever geeft een en ander aan over de opzet van de reeks en de motivatie van uitgever en schrijver. De Griekse mythen blijven een aantrekkingskracht uitoefenen op kinderen en dat komt voor een belangrijk deel voort uit hun narratieve kracht en uit de vreemde, tot de verbeelding sprekende werelden die ze oproepen. Mythen zijn sterke verhalen die jongeren kunnen blijven aanspreken als vorm van ontspanning. Dat geldt zeker ook voor het verhaal van Odysseus. Het relaas van de lange en gevaarlijke terugtocht van de held na de tien jaar durende Trojaanse oorlog heeft door de aanwezigheid van vele fantastische elementen heel wat weg van een sprookje. De spannende belevenissen en hindernissen die Odysseus op zijn terugtocht tegenkomt, maken dat het verhaal bovendien alle kwaliteiten van een avonturenroman bezit. Michael De Cock kiest er dan ook voor om enkel de meest sprookjesachtige en avontuurlijke passages uit de Odyssee van Homeros te hervertellen. De lange weg naar huis vertelt de omzwervingen en avonturen van Odysseus na zijn vertrek bij de nimf Kalypso en voor zijn thuiskomst op Ithaka. Het relaas van deze gebeurtenissen vormt slechts een klein onderdeel van het origineel. In het werk van Homeros vertelt Odysseus het in een lange flashback aan de inwoners van het eiland Scheria, de laatste halte voor zijn aankomst in Ithaka. Het verhaal van de zoektocht die zijn zoon Telemachos onderneemt naar zijn vader, en van Odysseus' afrekening met de vrijers die zijn vrouw Penelope willen huwen, werd door De Cock achterwege gelaten. Daarnaast zijn ook een aantal van de lotgevallen die Odysseus op zijn terugweg beleeft, zoals de ontmoeting met de Lotoseters, niet in de bewerking opgenomen. Het feit dat De lange weg naar huis geschreven is voor kinderen vanaf acht jaar, motiveert de keuze van De Cock om het origineel zo drastisch in te korten. Wat hier overblijft, zijn de meest tot de verbeelding sprekende en avontuurlijke passages uit de Odyssee. Odysseus lijdt schipbreuk, is de afzichtelijke, mensenetende reus met één oog te slim af, ontmoet de god van de winden en belandt bij de toverkol Kirke die zijn vrienden in varkens verandert. Daarna maakt hij een huiveringwekkende tocht naar de onderwereld, overleeft de dodelijk mooie zang van de Sirenen en de doortocht langs de schepenverslindende zeemonsters Skulla en Garib (Garibdis bij Homeros). Nadat de laatste van zijn makkers zijn gedood door Helios, spoelt Odysseus ten slotte aan op Scheria, waar hij gastvrij ontvangen wordt door de plaatselijke bewoners, die hem uitgeleide naar huis beloven.
Niet alleen de vraag waarom kinderen zich aangetrokken voelen tot klassieke mythologie is van belang, maar ook de motivatie van volwassenen om mythologische verhalen te hervertellen voor een jong publiek. Schrijvers en uitgevers blijven het belangrijk vinden dat klassieke mythen als deel van het westers cultureel erfgoed gekend blijven. Zo fungeren ze als doorgeefluik van een bekende en invloedrijke traditie. Daarbij komt nog dat in de mythologie universele thema's, gevoelens en situaties aan bod komen. Een verhaal als dat van Odysseus kan zo als raster fungeren dat naargelang van publiek, leeftijd en periode kan worden ingevuld. Een bewerking neemt dus steeds een bepaalde positie in tussen traditie en vernieuwing. Het is immers zo dat elke hervertelling zich conform de heersende ideologie gedraagt en zo bepaalde opvattingen over jeugdliteratuur, opvoeding en onderwijs weerspiegelt. In die zin creëert elke nieuwe bewerking van de Odyssee een nieuwe held en een nieuw verhaal, aangepast aan een nieuwe generatie lezers en schrijvers. De Odysseus van De Cock is met andere woorden niet dezelfde als de held uit de bewerkingen van Dros, Kramer of Hartman. Zoals de uitgever in de introductie aangeeft, legt De Cock in zijn bewerking niet alleen de nadruk op de spannende en fantastische aspecten van het verhaal, maar ook op de gedachten en gevoelens van de personages. Daarmee volgt hij de psychologiserende tendens die in de jeugdliteratuur van de laatste jaren merkbaar is. In het literaire jeugdboek van vandaag wordt veel aandacht besteed aan de herkenbaarheid en identificatiemogelijkheid voor de lezers. De Odysseus van De Cock is niet alleen een dappere en verstandige held, "de man van duizend listen", hij is ook en vooral een vader en een echtgenoot op een lange weg naar huis, vervuld van heimwee en verlangen naar zijn vrouw en zoon. Om de identificatie voor de jonge lezers te vergemakkelijken, ligt de nadruk heel sterk op de relatie tussen vader en zoon. Het boek opent met een brief van Telemachos, wiens naam ter wille van de leesbaarheid is afgekort tot Makos, aan zijn vader. "Misschien is hij vertrokken op een heel lange reis, omdat zijn leven ergens anders naartoe ging. Want het leven is een heel lange reis en soms brengt die je ver van elkaar. Maar zolang je vader leeft, leef jij verder in zijn hart. Dat weet ik zeker." In de rest van het verhaal is Odysseus aan het woord. Hij vertelt het verhaal van zijn avonturen aan zijn zoon en laat hem ? en daarmee ook de lezer ? delen in zijn angst, verwondering en verdriet. "Elke avond voor het slapengaan zocht ik hoog aan de hemel de maan. Dan dacht ik aan Penelope en aan jou, Makos. En dan hoopte ik dat jullie thuis net als ik naar de sterren en de maan zaten te kijken." Het feit dat deze held, veel meer dan de held uit het boek van Homeros, vervuld is van angst en twijfel, maakt hem tot een herkenbaar personage. Niet alleen drukt hij herhaaldelijk zijn angst uit voor de beproevingen en gevaren die hij op zijn weg ontmoet, ook de gedachte aan thuis en wat hij daar zal aantreffen, boezemt deze Odysseus angst in. De Cock heeft er ook voor gekozen motieven uit de brontekst die aansluiten bij de gevoels- en leefwereld van jonge kinderen van vandaag uit te werken. In De lange weg naar huis worden op ongedwongen en voor de jonge lezer bevattelijke manier vragen opgeroepen over heimwee, onderweg zijn en thuis zijn. "Thuis is meer dan één plek [...] Thuis is ook "de mensen bij wie je thuis bent". En om dat te weten te komen moet je in je hart kijken." Het open einde sluit mooi aan bij deze moderne, suggestieve benadering van de personages en het verhaal. Anderzijds zou het de verwachtingen van sommige jonge lezers, die op een gelukkige afloop hadden gehoopt, kunnen teleurstellen.
Dat De Cock in de op mannen gerichte wereld van Griekse mythen ook aandacht heeft voor het standpunt van de vrouwelijke personages, zonder daarbij al te geforceerd over te komen, is een pluspunt dat ik niet onvermeld kan laten. De gemene tovenares Kirke blijkt een gevoelig meisje gekweld door eenzaamheid en Penelope is een moeder en echtgenote die haar man mist en wacht op zijn thuiskomst. De aandacht voor de psychologie neemt in dit verhaal van Odysseus echter wel zodanig de bovenhand dat de spanning erbij moet inboeten. Hoewel gruwelijke gebeurtenissen, zoals het moment waarop de Kykloop de makkers van Odysseus verslindt, behouden zijn, bereikt de spanning nooit echt een hoogtepunt. Misschien speelt de minimale visualisering daarbij een rol. De meeste aandacht gaat in de tekst uit naar de beschrijving van de gevoelens van de personages en hun onderlinge conversaties. Anderzijds zorgt deze keuze voor eenheid, en dat is misschien wel de grootste verdienste van dit werk. De Cock heeft uit het talrijke materiaal waaruit de mythe van Odysseus bestaat een gemotiveerde selectie gemaakt en die op een consequente manier geïnterpreteerd door aandacht te schenken aan de beleving van de personages in voor kinderen herkenbare relaties en situaties. De treffende illustraties van Gerda Dendooven, merkbaar geïnspireerd op de Griekse vaasschilderkunst, sluiten bovendien naadloos op de tekst aan. De eendimensionale, monochrome figuren in de typische stijl van Dendooven passen voortreffelijk bij dit suggestieve Odysseusverhaal.
Op de cd die bij het boek steekt, doet De Cock zijn naam van theatermaker ten slotte alle eer aan. De stemmen van de schrijver zelf, Gerda Dendooven en Tuur De Weert worden er ondersteund door muziek van Rudi Genbrugge, die de juiste sfeer weet op te roepen. Wat je te horen krijgt, is geen droge lezing van het verhaal, maar een levendige vertelling die hier en daar afwijkt van de tekst uit het boek. Met De lange weg naar huis is een oeroude mythe herwerkt tot een verhaal voor kinderen van vandaag dat met overtuiging aantoont dat Odysseus nooit is uitverteld.
[Sylvie Geerts]
Julienne van den Heuvel
Bewerking van de 'Odyssee', beginnend bij het vertrek naar Troje. Odysseus vertelt in de ik-vorm aan zijn achtergelaten vrouw Penelope en zoon Makos (Telemachus) zijn wederwaardigheden, over hoe hij door zijn list met het Paard van Troje een held werd, maar vooral over de lange weg terug naar huis met alle gevaren die hij moest overwinnen. Het verhaal, in royale druk, afwisselend in bruine en blauwe letter, leest prettig. Er is een duidelijke hoofdstukindeling; bovendien vormen de illustraties die een enkele of dubbele pagina beslaan rustpunten. De, eveneens bruine en blauwe, silhouetten passen uitstekend bij de sfeer van het verhaal en zijn het bekijken waard. Helaas is voor het felblauwe omslag, met drukke belettering, gekozen voor de dreigende afbeelding van de eenogige reus Polemus, wat de uitgave niet zo aantrekkelijk maakt. Na de bewerkingen van Imme Dros, kan nu een jongere groep kinderen op aangename wijze kennisnemen van dit bekende Griekse epos. Wel verscheen voor praktisch dezelfde doelgroep 'De omzwervingen van Odysseus'* van Simone Kramer. Een cd, waarop het verhaal is ingesproken door onder andere de auteur en de illustrator, is bijgeleverd. Vanaf ca. 9 jaar.
Gonda Lesaffer
ua/an/22 j
In de nieuwe reeks ‘Kleine klassiekers’ brengt het Davidsfonds als eerste boek een bewerking met cd voor kinderen van de Odyssee. Enkele avonturen uit het beroemde epos van Homerus worden hier naverteld: o.a. het relaas van de ontmoeting met de Cycloop Polemus (= Polyphemus), de confrontatie met de god van de winden, het verblijf bij Kirke, de tocht naar de onderwereld, de vaart voorbij de Sirenen en tussen Skulla en Garib (= Charybdis), het oponthoud op het eiland van de zonnegod en de ontmoeting met de koningsdochter Nausikaja (= Nausikaä). Dit alles vertelt Odysseus aan zijn zoon Makos (= Telemachos of Telemachus). Een verminkt klassiek verhaal vol foute namen en anachronismen (vb. rabarbertaart op p. 44). Hopelijk worden andere beroemde verhalen niet op deze manier verkleuterd. De illustraties zijn navenant. Bij het boek hoort nog een luister-cd, een ingekorte versie.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.