Een Amerikaanse reporter beleeft en beschrijft de strijd in Vlaanderen in 1914
Edward Alexander Powell
Edward Alexander Powell (Auteur), Nicky Langley (Bewerker), Anthony Langley (Bewerker), Jens Franssen (Inleider)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Davidsfonds, 2013 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : GESCHIEDENIS : Kast 11-13 927.5 POWE |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Davidsfonds, 2013 |
VOLW. : NON FICTIE : 927.5 POWE |
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Enkel raadpleegbaar |
Davidsfonds, 2013 |
WEFLA MAGAZIJN : ENKEL NA MAGAZIJNAANVRAAG : WEFLA 3326 |
15/06/2013
In 1914 kon een Duitse zeppelin ongehinderd zijn dodelijke lading op het Antwerpse stadscentrum lossen. Van die gebeurtenis bezitten we een ooggetuigenverslag van de Amerikaanse journalist, schrijver en fenomenaal wereldreiziger Edward Alexander Powell (1879 - 1957), in de Eerste Wereldoorlog correspondent voor de New York World. Powell keek toe vanuit zijn hotelkamer op de hoogste verdieping van Hotel St Antoine op de hoek van de Schoenmarkt en de Groenplaats. Dat mag al een uitzonderlijk toeval heten, maar dan heb je het boek met Powells verzamelde verslagen over de eerste oorlogsmaanden augustus – oktober 1914 in België nog niet gelezen. De titel vermeldt wel 'de strijd in Vlaanderen', maar die eerste maanden bood het Belgische leger toch vooral tegenstand in Luik, Namen en Antwerpen. Ingevolge het aanvankelijke zwaartepunt van de Duitse aanval op Frankrijk, bleef het Antwerpse bolwerk tot begin september tamelijk stabiel en zo werd Antwerpen na de val van Brussel tijdelijk de Belgische hoofdstad, waar Powell en zijn fotograaf Donald Thompson, eveneens een Amerikaan, hun verbindingspost vestigden. Vaak zochten ze het strijdtoneel op en gedekt door de stars and stripes van de toen nog neutrale VS, gingen ze herhaaldelijk heen en weer door de frontlijn. Merkwaardig, die twee Amerikanen, zul je denken. Maar zij waren niet de enigen in de Scheldestad. Het krioelde daar van Belgische ministers en ambtenaren en van prominenten en diplomaten uit alle werelddelen die mekaar de laatste hotelkamers betwistten. Ook Winston Churchill, met zijn veertig jaar reeds First Lord of the Admiralty (minister van de oorlogsvloot) was er. Powell maakte deel uit van een internationaal legertje journalisten in het zog van de gezagsdragers. Eén van de bewindslieden was de socialistische minister Emile Vandervelde, door wiens tussenkomst Powell en Thompson een militaire laissez-passer en een auto ter beschikking kregen, waarmee ze met Amerikaans vlagvertoon door de Belgische eerste lijn konden. We kunnen aannemen dat zulks alleen mogelijk was in de sfeer van de aanvankelijke bewegingsoorlog. Maar het vereiste toch een aanzienlijke stoutmoedigheid. En die bezaten Powell en zijn fotograaf. Bovendien beheersten ze hun beroep tot in de puntjes — dat blijkt uit dit boek en uit de foto's. Vooreerst waren de Duitsers — tot en met generaals — blijkbaar gecharmeerd door die Amerikaanse vrijpostigheid. Dat zullen ze niet meer geweest zijn bij het lezen van Powells ooggetuigenverslagen over de Duitse vernielingen — onder meer In Leuven en Aarschot — en executies van Belgische burgers. Maar dan zat Powell alweer veilig in Antwerpen of later in Londen, waar hij in november 1914, genezend van opgelopen verwondingen, zijn verslagen verwerkte tot het boek, waarvan nu, een eeuw later, de eerste Nederlandse vertaling verscheen.
Het boek bevat een voorwoord van Powell zelf, waarin hij de omstandigheden schetst waarin hij zijn verslagen schreef, en hij toegeeft 'het correct historisch perspectief' van de oorlog nog niet te kunnen inschatten. Ook is er een inleiding van de Amerikaanse tijdschriftredacteur Anthony Langley en de auteur Nicky Langley, die instonden voor de Amerkaanse heruitgave van Powells boek. Tevens zorgden ze voor biografieën van Powell en zijn fotograaf. En bovendien is er een uitstekende voorwoord bij de Nederlandse vertaling van Jens Franssen, journalist voor het VRT-nieuws. Zeker, Franssen ontdekte 'historische schoonheidsfoutjes' in Powells relaas, foutjes die niet te vermijden waren, gezien het tijdstip waarop het werd geschreven, maar hij noemt het voor het overige terecht 'adembenemend' en 'gruwelijk mooi'. [Robert Schoeters]
Drs. H.H.M. Meyer
Na een degelijke inleiding waarin de historische context, de persoon van de schrijver, de oorlog, het verschijnsel oorlogscorrespondent en de omstandigheden waarin zij moeten werken, belicht worden, wordt de oorspronkelijke tekst uit november 1914 weergegeven. De verovering van Vlaanderen door de Duitsers van augustus tot oktober1914; toen viel Antwerpen, na de val van Brussel tijdelijk de Belgische hoofdstad. De auteur (Amerikaan, dus neutraal) praat met Belgische en Duitse officieren, bezoekt het front van beide kanten en verslaat de strijd voor een Amerikaans nieuwsblad alsof het een voetbalwedstrijd is. Met enige humor en een grote bewondering voor de vaak grote dapperheid van de Belgen. Je ziet de oorlog (en de waanzin ervan) alsof je het zelf meemaakt. Een eeuw oud, is dit boek nog fris en erg goed leesbaar, Eindelijk nu eens niet de loopgravenoorlog en Verdun, maar een minder bekend deel van de strijd dat zich wel direct aan de Nederlandse grenzen afspeelde. Met de originele (wel slecht afgedrukte) foto's.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.