De duivel moest bij zijn grootmoeder komen. 'Wat is er, Bez?' zei hij. 'Je moet wat voor me doen,' zei ze, 'want ik verveel me.' 'Zal ik het bij de mensen insekten laten regenen? Of inkt op het schone wasgoed? Of hagelstenen zo groot als komkommers?' Bez schudde haar hoofd. 'Nee, die grappen ken ik ondertussen wel. In heb zin in een braaf kind.' En dan verzinnen Bez en haar kleinkind een list om een heel braaf kind te vangen. Een kind zo braaf dat ze heerlijk kunnen gruwen....
Aftelboek met rijmpjes in twaalf talen over tien stoute katjes, waarvan er telkens eentje verdwijnt. Oblong prentenboek in stripvorm met zwart-witillustraties met een oranjerode steunkleur. Vanaf ca. 3 jaar.