Een vader gaat telkens voor tien dagen terug naar het land 'dat hij nooit heeft verlaten' en logeert dan als vanzelfsprekend bij zijn zoon en bezet diens kantoor, tot het moment komt dat het zo niet verder kan.
Een schrijver probeert aan de hand van gesprekken met familie, vrienden, kennissen en geliefden de gebeurtenissen te reconstrueren die hebben geleid tot de dood van een jongeman.
De van huis uit Arabisch sprekende Halim (15, ik-figuur) woont in Zweden, maar vermoedt dat er een samenzwering is van de Zweedse staat tegen buitenlanders. Hij begint zijn Arabische achtergrond te idealiseren. Vanaf ca. 15 jaar.
Een Zweedse jongeman voelt zich een buitenstaander, omdat hij door zijn donkere uiterlijk als niet-Zweeds wordt gezien – zeker nadat in Stockholm een terroristische aanslag heeft plaatsgevonden.