Marc Tritsmans bespeelt vele registers: er klinken watervlugge fuga's, een roezemoezende stad en spelende kinderen. Maar juist de taal schiet regelmatig tekort; kelen zijn dichtgeknepen en aanleg voor koetjes en kalfjes ontbreekt. De vastgelopen mens heeft behoefte zichzelf opnieuw uit te denken en zijn eigen stem te vinden in deze rumoerige wereld. Gelukkig is er altijd de liefde die hem gaande houdt.
Romantische gedichten, die zich kenmerken door nietigheid, respect en dankbaarheid, waarin Marc Tritsmans (Antwerpen, 1959) een ode aan de natuur brengt en een kritische noot plaatst bij de mens die het wezenlijke begrip van tijd en ruimte verloren heeft.
Marc Tritsmans bespeelt vele registers: er klinken watervlugge fuga's, een roezemoezende stad en spelende kinderen. Maar juist de taal schiet regelmatig tekort; kelen zijn dichtgeknepen en aanleg voor koetjes en kalfjes ontbreekt. De vastgelopen mens heeft behoefte zichzelf opnieuw uit te denken en zijn eigen stem te vinden in deze rumoerige wereld. Gelukkig is er altijd de liefde die hem gaande houdt.
Poëzie van een weldadige eenvoud en diepzinnigheid. De auteur staat stil bij het allergewoonste en weet er het meest bijzondere aan te onderkennen. De ondertoon is die van afscheid, vertrek, vandaar de titel, maar dat hoeft nog geen onvitale poëzie op te leveren, integendeel.