Ieder mens neemt de wereld vanuit zijn eigen gezichtspunt waar. Als dezelfde situatie vanuit uiteenlopende gezichtspunten wordt gezien, leidt dit vaak tot misverstanden en meningsverschillen. Als men inziet dat er verschillende gezichtspunten zijn, is dat al de eerste stap in de richting van beter begrip voor elkaar.\n\nDe 6 getekende verhalen laten gebeurtenissen telkens vanuit twee gezichtspunten van de betrokken kinderen en volwassenen zien. Zo zijn er de twee scholieren, van wie elk de hardloopwedstrijd wil winnen, of de moeder van wie de dochter wel 's avonds naar de bioscoop mag, maar die heel ongerust wordt als de dochter niet op de afgesproken tijd thuiskomt. Het gaat niet om waar of onwaar, maar om de twee verschillende manieren om de situatie te bekijken.\n\nBegrip is alleen mogelijk als de twee gezichtspunten gecommuniceerd worden en er rekening mee wordt gehouden.\n\nOnderwerpen: Ruzie op school – De verjaardagskaart – De party – In de bioscoop – Winnaar en verliezer – De MP3-player.
Kinderen houden van dierverhalen. Vaak hebben ze zelf een huisdier waar ze graag over vertellen. In de humoristische dierverhalen van deze verhalendoos ontmoeten de kinderen de dieren met hun typische, soms onverwachte en verrassende gedrag, en laten zich door hun fascineren. De verhalen ondersteunen de kinderen bij het vrije spreken en vertellen. De verschillende uitgangspunten, acteuren of acties dagen uit tot precies kijken en gedifferentieerd vertellen. De fantasievolle verhalen zetten aan tot het uitwisselen van belevenissen met dieren, ze stimuleren de aandacht, de creativiteit, het waarnemingsvermogen en de oplettendheid. Er kan erover gepraat worden waar de dieren normaalgesproken leven, wat je moet doen en laten zodat ze zich bij de mensen op hun gemak voelen.
Een pompoen op het verkeerde pad, een onverwachte zomergast in de broekspijp: kinderen houden van verrassingen. In 16 leuke vehalen beleven de kinderen de jaargetijden en leren Lente, Zomer, Herfst en Winter kennen. Telkens weer zet een onverwachte situatie de kinderen aan om een fantasievolle oplossing te zoeken, of de kinderen ontdekken dat elk jaargetijde met zijn, voor de tijd van het jaar, typische weer zijn bijzondere charme heeft en daardoor een overvloed aan spelletjes, ideën en avonturen biedt.\n16 gekleurde beeldverhalen zetten aan tot vertellen en zijn op grond van de duidelijke tekenstijl en acteuren, ook geschikt voor jonge kinderen.
Oplettend omgaan met jezelf en anderen is voor kinderen een belangrijk thema. De eenvoudige beeldverhalen tonen alledaagse situaties die elk kind kent. Ze roeren uiteenlopende onderwerpen aan zoals: beweging – fit zijn (sport, buitenactiviteiten)\nGezond leven (preventie, voeding, hygiëne), voor jezelf en anderen zorgen (gevaren vermeiden, oplettend zijn), ziekte, verwonding, dood, speciale behoeften (diversiteit, integratie, handicap).\nDe verhalen zijn bijzonder geschikt om kinderen te helpen bij het vrij spreken en vertellen, ook voor de groep, wat ook voor peuters van belang is. Maar de series afbeeldingen dienen niet alleen als onderwerp om over te praten – de uiteenlopende uitgangspunten of plaatsen waar ze spelen nodigen uit om ze preciezer te bekijken en gedifferentieerd na te vertellen. De fantasievolle verhalen stimuleren ook het uitwisselen van eigen ervaringen en bevorderen aandacht, creativiteit en waarnemingsvermogen.
Angst, moed, creativiteit, humor, solidariteit: kleinen kinderen beleven in hun alledaagse leven grote avonturen. Daarbij worden ze met hun eigen gevoelens en die van de anderen geconfronteerd, ontwikkelen hun vaardigheden en moeten alleen of samen met andere kinderen een oplossing vinden. De gevoelig getekende verhalen ondersteunen hun behoedzaam op deze weg naar emotionele en sociale competentie. De verhalen worden voorafgegeaan door zes beeldkaarten waarop de figuren uit de verhalen afgebeeld staan. De kinderen kunnen de figuren namen geven en zichzelf daardoor in het verhaal identificeren. Elk verhaal heeft een gedachtenkaart over een mogelijk verloop van het verhaal. De kaart heeft als onderwerp een gevoel, een gedrag, een hoop of een vrees gezien vanuit het perspektief van één van de kinderen uit het verhaal. Het verhaal kan hier onderbroken worden en de kinderen hebben de gelegenheid het verhaal vanuit hun eigen gezichtspunt verder te vertellen en eigen gevoelens naar voren te brengen. Naast de handelingscompetentie worden zo de woordenschat, het zich kunnen uitdrukken en het vrije vertellen geoefend.
Kleine en grote ongelukken behoren tot het dagelijks leven van kinderen. Door het werken met de prentendoos ervaren de kinderen dat ze door te overwegen en na te denken geschikte hulpmiddelen kunnen vinden om verrassende, onaangename of soms bedreigende situaties op te lossen of te verbeteren.\nDaarbij is naast logisch denken ook creativiteit en fantasie nodig, want vaak kunnen als hulpmiddelen ook voorwerpen gebruikt worden die normaliter in heel andere situaties worden gebruikt. De strategie om ook over ongewone oplossingen na te denken, bevordert het zelfbewustzijn van de kinderen, omdat ze spelenderwijs oefenen hoe je door eigen denken en handelen ook in het echte leven met pech en noodsituaties om kunt gaan. De verschillende ideeën en oplossingen die door de kinderen worden voorgesteld, geven aanleiding tot discussie, argumentatie en respect voor de opvattingen van anderen en stimuleren het luisteren en het taalkundig uitdrukkingsvermogen.
Overal maakt Kim zich nuttig: bij het wassen en het koken, het boodschappen doen, het pannenkoeken bakken, het afwassen en bij het opruimen. Kim houdt zich met de hond bezig, poetst de schoenen, geeft de kamerplanten water en verft het tuinhek.\nDe vrolijke afbeeldingen, gemaakt in veel kleuren, nodigen uit om te vertellen, te ordenen of om kleine verhalen te schrijven.\nKim is ongeveer 5 jaar oud en kan zowel jongen als meisje zijn. Geen kind zal moeite hebben zich met Kim te identificeren.
Wanneer herinneringen, de concentratie, aandacht of geheugen minder worden of uitvalllen, is het erg nuttig concrete visuele impulsen te krijgen om met een thema aan de gang te gaan. Op de verhalenkaartjes zijn activiteiten afgebeeld die het dagelijks leven structureren. De spelletjes, welke met deze verhaalkaartjes gedaan kunnen worden, stimuleren de cognitieve en comminucatieve vaardigheden en lopen in moeilijkheidsgraad op. Meegeleverd wordt een sjabloon om de beelddetails beter te herkennen en in een kader te plaatsen.\nToepassingsmogelijkheden: Spraaktherapie (afasie, spraakverlies bij beginnende dementie), Ergotherapie (ondersteuning neurologische revalidatie, beginnende dementie)\nStimuleringsgebieden: Woordenschat, Taakbegrip, Comminucatie, Visuele waarneming
De F&L methode® is een cognitieve, taalkundige methode voor lezen en spellen. Lezen en Spellen worden aangeboden in een geïntegreerd systeem. Werkvormen voor lezen ondersteunen de spelling en omgekeerd. De F&L methode® is ontwikkeld vanuit de praktijk en gaat uit van de klankstructuur van de Nederlandse taal. Door de verschillende soorten klanken een kleur te geven, wordt de klankstructuur van het taalsysteem zichtbaar gemaakt en het fonologisch bewustzijn gestimuleerd.
De F&L methode® is een cognitieve, taalkundige methode voor lezen en spellen. Lezen en Spellen worden aangeboden in een geïntegreerd systeem. Werkvormen voor lezen ondersteunen de spelling en omgekeerd. De F&L methode® is ontwikkeld vanuit de praktijk en gaat uit van de klankstructuur van de Nederlandse taal. Door de verschillende soorten klanken een kleur te geven, wordt de klankstructuur van het taalsysteem zichtbaar gemaakt en het fonologisch bewustzijn gestimuleerd.
Kijk-praatpuzzel waarover kinderen heel veel kunnen vertellen. Veel van deze onderwerpen hebben ze zelf al meegemaakt. Ze helpen hen om de diverse situaties te verwoorden. Fonemen en foneemcombinaties kunnen gericht worden ontwikkeld en het taalontwikkelingsproces kan worden ondersteund. De 36 puzzelstukken worden verdeeld onder de spelende kinderen en met de beeldzijde naar beneden (eventueel naar boven) gelegd. Eén kind begint, draait één van de puzzelstukken om en beschrijft wat het ziet. Vervolgens zoekt het naar de juiste plek voor het puzzelstukje en legt het neer. Als het kind niet de juiste plek voor het puzzelstukje vindt, mag het een ander kind kiezen om het puzzelstukje neer te leggen. Dit wordt om de beurt gedaan totdat de puzzel af is.
Dit werkboek bestaat uit een verhaal op A1-niveau met bijbehorende opdrachten. Het boek neemt leerlingen mee op de eerste werkdag van Rik, die een bijbaantje heeft bij supermarkt De Giraf. Leerlingen lezen wat Rik meemaakt op werk en maken de opdrachten die bij het verhaal horen. Er zijn opdrachten op drie niveaus, van makkelijk naar moeilijk. Leerlingen kunnen bijvoorbeeld beginnen met alleen de makkelijke opdrachten, om later verder te gaan met de moeilijkere opdrachten. De opdrachten bestaan uit meerkeuzevragen, open vragen, en taalopdrachten. Bij de moeilijkere opdrachten staan soms ook eenvoudige vragen over grammatica. Er staat ook een woordenlijst aan het eind van elk hoofdstuk.
Dit werkboek bestaat uit een verhaal op A1-niveau met bijbehorende opdrachten. Elena werkt bij supermarkt De Giraf. Haar beste vriendin Emma werkt hier ook. Elena houdt ervan om met Emma te kletsen. En met Rik natuurlijk, de leuke nieuwe jongen in de supermarkt. Maar Elena kan niet alleen goed kletsen, ze kan ook heel goed opletten… In dit boek lezen leerlingen het verhaal van Elena en maken de bijbehorende opdrachten. Er zijn opdrachten op drie niveaus, van makkelijk naar moeilijk. Leerlingen kunnen bijvoorbeeld beginnen met alleen de makkelijke opdrachten, om later verder te gaan met de moeilijkere opdrachten. De opdrachten bestaan uit meerkeuzevragen, open vragen, en taalopdrachten. Bij de moeilijkere opdrachten staan soms ook eenvoudige vragen over grammatica. Er staat ook een woordenlijst aan het eind van elk hoofdstuk.