Een Nederlandse verzetsman onderzoekt in 1949 een verdacht overlijden in een gesticht voor geestelijk en lichamelijk gehandicapte jongens in een dorp bij Venlo.
Zoe͏̈ (ik-persoon) vertelt over Noa, een meisje met het Downsyndroom dat haar vriendin wordt. Prentenboek met paginagrote kleurenillustraties en informatie voor opvoeders over het Downsyndroom. Vanaf ca. 5 jaar.
Kaat, de zus van Anton, heeft een ongeluk gehad en zit nu in een rolstoel. Anton vertelt wat er in het gezin veranderd is en hoe hij met zijn zus omgaat. Prentvertelling met gekleurde tekeningen vanaf ca. 7 jaar.
Jonder heeft een probleem. Vanavond geeft Liesbeth een feestje en hij mag blijven logeren. Maar net vanavond moet hij op zijn gehandicapte broer Dries passen. Jonder probeert met zijn vader te praten, maar die heeft het te druk. Dus neemt Jonder op eigen houtje een beslissing. Maar dan verdwijnt Dries.
Verhalen van kinderen van 3 tot 19 jaar over hun zus of broer die een beperking of ernstige ziekte heeft. Met een korte uitleg van de aandoening, tips over de omgang met je zus of broer en voor jezelf.
Wat betekent het om in een rolstoel te zitten? Met informatie over soorten rolstoelen, hulpmiddelen en reizen. Met kleurenfoto's. Vanaf ca. 7 t/m 10 jaar; ook voor moeizame lezers.
Julia (12) moet in haar eentje naar een familiedag in het tehuis van haar verstandelijk gehandicapte zus. Het zusje van Ben woont er ook. Met z'n vieren gaan ze stiekem een fietstocht maken. Vanaf ca. 10 jaar.