Tijdens het begin van de Tweede Wereldoorlog verschanst een Engelse familie zich op het platteland om de verschrikkingen van het oorlogsgeweld in Londen te ontwijken.
Een jonge half Duitse, half Noorse vrouw raakt tijdens de Tweede Wereldoorlog actief betrokken bij het verzet tegen de Duitsers in Zweden en Noorwegen.
Wanneer haar Joodse buren worden vernederd, beroofd en doodgeschoten, verlaat een vrouw haar huis en begint een zwerftocht door de omgeving om te verkondigen dat Jezus een Jood was en dat men de Joden daarom niet had mogen vermoorden.
Zomer 1936. Janna, een jonge Nederlandse schermster, wordt door haar vader op de trein gezet om in de leer te gaan bij zijn oude vriend, maître Egon von Bötticher. Egon, een huzaar die gewond en verbitterd is teruggekeerd uit de Eerste Wereldoorlog, slijt zijn dagen op een verlaten landgoed bij Aken. Hier geeft hij les aan twee beeldschone tweelingbroers en organiseert hij bloedige duels voor studenten. Binnen de poorten van deze eigenaardige wereld gaat Janna, geïntrigeerd door haar ontoeschietelijke maître, op zoek naar antwoorden. Wat is er tussen hem en haar vader voorgevallen, en wie moet de rekening vereffenen?