Autobiografisch relaas van een jonge vrouw die zich ontworstelt aan een strenge mormoonse gemeenschap in Idaho en in Harvard en Cambridge gaat studeren.
Utah, 1857: een 14-jarig getraumatiseerd meisje wordt uitgehuwelijkt aan een veel oudere mormoonse paardenfokker en jager die al drie vrouwen heeft. Ze krijgt de opdracht de vele dieren op te zetten die hij tijdens de jacht buit maakt.
Als in een Mormoonse gemeenschap twee jonge zusjes worden vermoord, weten hun ouders na verloop van tijd de moordenaar te vergeven, maar hun oudste dochter zint op wraak.