Met de voorzetsels: in, naast, uit, aan, tussen, voor en achter. Een speler probeert het voorzetsel op het kaartje van zijn tegenspeler te raden aan de hand van een beperkt aantal opties. Daartoe worden steeds twee tegenovergestelde voorzetsels aangeboden en door middel van precieze positiebeschrijvingen wordt het juiste voorzetsel geraden. De inhoud van Voorzetsel-speurneus 1+2 kan naar wens door elkaar gebruikt worden. De keuze voor voorzetsels kan op de individuele oefensituatie afgestemd worden.
Met de voorzetsels: op, onder, boven, over, tegen, door en om. Een speler probeert het voorzetsel op het kaartje van zijn tegenspeler te raden aan de hand van een beperkt aantal opties. Daartoe worden steeds twee tegenovergestelde voorzetsels aangeboden en door middel van precieze positiebeschrijvingen wordt het juiste voorzetsel geraden. De inhoud van Voorzetsel-speurneus 1+2 kan naar wens door elkaar gebruikt worden. De keuze voor voorzetsels kan op de individuele oefensituatie afgestemd worden.
Allerlei dieren passeren de revue in dit kijk-en zoekboek over voorzetsels (op, in, achter...) Daarnaast zijn er andere zoekopdrachten. Op elke pagina is er een dier dat naar een feestje mag en een buitenbeentje.
Naslagwerk van de Nederlandse grammatica, bedoeld voor Nederlands voor hoger opgeleide anderstaligen, met een overzicht van de belangrijkste regels met pakkende voorbeelden en aandacht voor bijzonderheden en kleine taalverschillen tussen Nederland en Vlaanderen.
Uitleg over het gebruik van 'er' in de Nederlandse spreektaal. Anderstaligen leren in welke situaties en op welke plaats in de zin ze 'er' moeten gebruiken. Ook trainen ze elementaire basisstructuren, vaste combinaties en verbindingen, prosodie (accent, ritme, intonatie...), spreektempo etc.
Overzicht van alles wat je op de basisschool moet weten over de Nederlandse taal. Met aandacht voor o.a. spelling, woordsoorten en zinsdelen. Met handige tabs en veelal schematische kleurenillustraties. Vanaf ca. 9 t/m 13 jaar
