DealersDochter : roman
Astrid Roemer
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Prometheus, 2019 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : ROEM |
Maria Vlaar
2/ei/10 m
'Zij bleef ervan overtuigd geboren te zijn in de verkeerde familie, in het verkeerde land, in de verkeerde tijd. En toch konden zij naast elkaar staan en op adem komen bij de monding van de Surinamerivier.' Astrid Roemer (72) schreef met haar nieuwe roman Gebroken wit een grootse geschiedenis van de familie Vanta, waarin de Surinaamse mores hun sporen trekken. Suriname kende een subtiele en soms virulente vorm van apartheid en een conservatieve moraal wat seks betreft. Bijna iedereen in de familie Vanta blijkt vanuit die optiek 'verkeerd' te zijn. Roemer, die in 2016 de P.C. Hooftprijs won, is feminist in hart en nieren en laat de dochters Vanta zien in hun zwakke en sterke momenten. Allen blijken te worstelen met hun verlangen naar liefde.
Oma Bee ligt op sterven en daardoor komt een deel van de uiteengeslagen familie weer in elkaars blikveld: haar kinderen Louise, Laura en Winston en Louises dochters Heli, Imker, Babs en zoon Audi. Surinamers hebben indiaanse, creoolse, Hindoestaanse, Europese en nog andere wortels; slavernij schreef de blauwdruk van het land. In Paramaribo werd onderwijs gegeven op katholieke internaten, terwijl intussen militairen een stempel op de samenleving drukten. In deze smeltkroes werd seksualiteit zo onderdrukt dat het wel fout moest gaan. Het wordt langzaam duidelijk dat Roemers verhaal over de jaren 60 gaat; de seksuele revolutie was voor mannen aangebroken, voor vrouwen niet.
Huidskleur
Onder de ogenschijnlijk kabbelende familiegebeurtenissen is een onderstroom van verkrachting, misbruik en incest aanwezig die af en toe zichtbaar wordt. De mannen dekken elkaar door de vrouwen het zwijgen op te leggen. Mond houden of het huis uitgezet worden. Zo wordt Laura, 'een dame met zoveel levenslust' die haar verloofde Bram niet achterna naar Nederland mag gaan, jarenlang opgesloten in een psychiatrische inrichting. En zo hebben Louises kinderen vier verschillende vaders. Dochter Babs weet wie haar vader is en wordt door hem verwend, maar Heli en Audi zijn respectievelijk volwassen en puber als ze de identiteit van hun vader achterhalen, en Imker komt er pas op een aangrijpend moment tussen neus en lippen vlak voor oma Bee's dood achter wie haar vader is.
Soms zijn de kinderen verwekt uit wederzijdse lust, soms doordat een man zich aan een vrouw vergreep. Zoals de vrouwenarts het op z'n Surinaams zegt: 'Je hebt pas een kind als een vrouw zegt dat 't jouw kind is!' Het idee dat de vrouwen mooi en sterk zijn - 'nergens in ons land zijn vrouwen en meisjes zo onafhankelijk als in deze kuststad!' - krijgt een wrange smaak. Ze móeten wel, want 'Paramaribo heeft altijd maar weinig huwbare mannen met wat geld beschikbaar voor al die vruchtbare vrouwen'. Vrouwen zijn dochters, moeders of minnaressen. De dochters Vanta worden door Louise, zelf lerares, intussen met tedere hand naar economische onafhankelijkheid geduwd.
In de klassenmaatschappij waarin veel Surinamers niet precies wisten van welke etniciteit ze waren, was huidskleur leidend. Hoe witter, hoe geliefder. Schrijnend is het verhaal van Louise en Laura's zusje Ethel, dochter van grootmoeder Bee (kleur 'gebroken wit') en de zwarte man met wie ze trouwde. Ethel is het donkerste kind, en als haar vader hoort hoe Bee denkt over de donkere huid van haar dochter, laat hij Ethel adopteren. Een hartverscheurende daad die de hele familie ontwricht, zoals er meer ontredderende verhalen zijn die langzaam en bijna nonchalant tussen de huiselijke scènes, recepten, geuren en kleuren opdoemen.
Je moet er wel wat moeite voor doen, want Roemer heeft een merkwaardige schrijfstijl die soms prachtig werkt maar ook weleens irriteert - in het Surinaams-Nederlands wordt de woordvolgorde in een zin vaak omgekeerd waardoor de taal tegen de grenzen van zijn grammatica aan lijkt te schuren. De roman lijdt hier en daar onder herhaling en wijdlopigheid. Maar dat valt weg als je meeleeft met de familieleden. Met Heli, de oudste dochter die naar Nederland gaat voor haar opleiding en haar vrijheid, en moet kiezen tussen haar veel oudere docent in Paramaribo, haar Hollandse Hans en de man van de tennisbaan die haar zo opgeilt. Vagelijk schemert Roemers eigen vertrek naar Nederland door deze dagboekachtige passages. Heli 'begeert en wordt begeerd' en dat sluit voor haar de weg naar huwelijk en gezin af. Zij leest Jan Cremer en kiest haar eigen pad, minstens zo doornig als dat van haar zussen en tantes die ze achterliet in Paramaribo.
Prometheus, 344 blz., 19,99 € (e-boek 11,99 €)
Persis Bekkering
il/pr/20 a
Gebroken wit is de crèmige kleur van amandelen, als je het vliesje eraf pelt. Van de zoete orgeadesiroop, waar grootmoeder Bee dol op is. Het is ook de kleur van haar nachthemd aan de droogmolen, zolang dat niet bebloed is, van de maïzena waarmee Bee koekjes bakt, en van het briefpapier waarop kleindochter Heli, in ballingschap in Holland, geheime brieven stuurt aan haar oudere, getrouwde minnaar. Gebroken wit, soms gespeld als gebroken-wit, is ook hoe grootmoeder haar familie omschrijft: ze zijn niet zwart, ze zijn niet wit. Ze dragen de kleur van een geschiedenis van geweld, de 'kinderen van vaders die vooral geworteld waren in een Europa waar zij niets van konden zien, dan joodse vluchtelingen, predikanten en missionarissen, militairen en verwaarloosde plantages'.
Van een favoriet drankje naar de koloniale geschiedenis: met een proustiaans motief weeft Astrid Roemer haar nieuwe roman Gebroken Wit aaneen. Roemer, die vooral in de jaren tachtig en negentig succesvol was met romans als Over de gekte van een vrouw, kreeg in 2016 de P.C. Hooft-prijs toegekend, als eerste Surinaamse auteur. Dat werd het jaar van haar 'comeback'; sindsdien publiceert zij weer geregeld. Eerst een niet erg geslaagde autobiografie, toen de aardige novelle Olga en haar driekwartsmaten, en nu, eindelijk, een grote roman, waarmee die comeback dan echt tot volle bloei is gekomen.
In een breed opgezette vertelling lezen we over het naderende einde van grootmoedertje Bee Vanta in Paramaribo, die in haar bijna 70-jarige leven iets te veel dikke sigaren heeft gerookt. Terwijl kleindochter Imker toegewijd voor haar zorgt, zweeft Bees leven als moeder en grootmoeder aan haar geestesoog voorbij. Haar sterfbed is ontwrichtend voor het broze evenwicht in de familie Vanta, voor haar kinderen en kleinkinderen, van wie we de innerlijke levens een voor een leren kennen. De personages herinneren zich en kijken vooruit, toekomst en verleden vouwen zich ineen. En dat dan ergens in de jaren zestig, wat je pas na enig rekenwerk doorhebt. De recentere geschiedenis van Suriname, zoals de Decembermoorden, voeg je er lezend haast onvermijdelijk aan toe, als de toekomst die de personages nog te wachten staat. Gebroken Wit wordt zo een echte familieroman, waarin aan de hand van de kleine levens van haast toevallige mensen eeuwen aan geschiedenis zich opdringt.
En zoals de betere familiegeschiedenissen is Gebroken Wit een aangrijpend boek geworden, misschien wel Roemers meest toegankelijke roman tot nu toe. Met indrukwekkende beheersing bouwt ze de vertelling op. Het begint huiselijk en teder, met de rituelen van de zeer religieuze grootmoeder en de geurige gerechten die Imker voor haar kookt - zelden een boek gelezen dat zo hongerig maakt. En dan, langzaam, krijgen we de familiegeheimen te horen, een geschiedenis van misbruik, incest en bedrog. Vooral de vrouwen moeten het ontgelden. Ze lijken nergens veilig, nog wel het minst bij hun meest nabije familieleden. Met des te meer moed, lol en hoop bouwen de jongsten aan een betere toekomst. Of je je door het optimisme van deze generatie laat overtuigen of dat je ook voor de tieners Babs, Heli, Audi en Imker een hoop pijn en verdriet voorvoelt, laat Roemer aan het temperament van de lezer over.
Het is opvallend hoe verfijnd Roemers gebruik van de monologue intérieur is geworden. Als een Caribische Virginia Woolf springt ze tussen de innerlijke levens van haar personages, die voelen, denken en geilen. Aanhalingstekens worden niet gebruikt, soms weten we niet precies of iets wordt gedacht of uitgesproken, maar die verwarring werkt hier wel; het dwingt tot nog beter lezen. We zitten immers in iemands hoofd, en zoals bij de meeste mensdieren is het daar nogal een bende.
Kleuren, geuren of woorden geven de personages aanleiding voor reflecties, voor herinneringen en verlangens, verschrikkelijk of mooi. Roemer laat ze nu eens vloeiend tussen de gedachten zweven, dan weer abrupt en bonkig. Moeder Louise, als ze op de legerkazerne is voor het wekelijkse feestje: 'Tussen de wervelende lijven door van allerlei personen die op de dansvloer zich verloren in het uitbundige ritme van de kaseko zag zij tankwagens, soldaten in uniform, oorlogsmateriaal, gespannen gezichten.' Meteen denkt ze aan de Tweede Wereldoorlog, nog geen twee decennia voorbij: 'Massamoord. Gaskamers. Joden.'
Net als in het echte leven weten ze soms niet waarom ze ineens aan iets of iemand moeten denken. 'Laura springt als de hik in mijn lijf', staat er ergens, een mooie vondst.
Roemers interpunctie is merkwaardig, ik had vaak de neiging komma's te schrappen of toe te voegen. Maar gaandeweg blijken deze aan een eigen, innerlijke logica te voldoen, die intuïtiever is dan het officiële handboek. Zo ook haar koppig volgehouden spelling: 'pijn-hebben', 'jaren-jaren', of de titel met een hoofdletter voor de W van wit. Een enkele keer, wanneer iemands hart uit zijn 'borstkast' dreigt te springen, bekruipt je het gevoel dat de schrijver hardnekkig elke poging tot redactie moet hebben geweigerd. Maar je mist iets als je daar te lang bij blijft hangen. Juist door dit soort eigenaardigheden graaft Gebroken Wit zich een weg naar de lezer. Het naoorlogse Paramaribo voelt tot aan de laatste bladzijde even heel dichtbij.
****
Prometheus; 344 pagina's; € 19,99.
C.C. Oliemans
Een familiesaga van drie Surinaamse generaties: de oude grootmoeder Bee, haar dochter Louise en haar vijf kleinkinderen. In haar kleine kuststad ziet oma hoe de tijden veranderen en hoe haar nakomelingen hun wegen in de wereld proberen te vinden. Daarbij komen alle kinderen van Louise in beeld: de één doet de pabo maar wil liever kok worden, de ander heeft een getrouwde man als vriend maar probeert in Nederland te aarden, de derde wil juist meer contact met zijn moeder. De schaduwzijde van dit intense gezinsleven behelst duistere familiegeheimen van misbruik, krankzinnigheid en afwezige vaders. Daarnaast stipt Roemer (1947) ook maatschappelijke thema's aan: het koloniale verleden, de banden met Nederland, de status van je huidskleur en de invloed van de kerk. Warmbloedige roman waarbij de schrijfster haar personages knap tot leven laat komen; de soms elliptische stijl (waardoor de context af en toe niet helemaal duidelijk wordt) en de vele zijfiguren vereisen echter veel concentratie. Desalniettemin een boeiende roman die zeker bij lezers met Surinaamse wortels weerklank zal vinden.
Rob Schouten
2/ei/11 m
Boven mijn vorige recensie over Astrid Roemers proza schreef ik 'een Caribische Couperus' en dat zou ik er weer boven kunnen zetten. Alleen is het juist verschenen 'Gebroken wit' vele malen dikker dan 'Olga en haar driekwartsmaten' uit 2017, en speelt het zich niet in Nederland maar voornamelijk in Suriname af. Maar ook 'Gebroken wit' is een veelstemmige familieroman vol gefluisterde geheimenissen.
Wie zoals ik bij de titel direct dacht aan een conflict tussen zwarte en witte mensen, komt bedrogen uit. 'Gebroken wit' is in deze roman een veel breder motief, het slaat op de gemengde, soms onduidelijke afkomst van de personages maar komt ook op allerlei andere momenten terug, in de kleur van sierkussens, schelpen, een winterjas. De schrijfster heeft het als een literair motief behandeld.
Nogal wat van Roemers eerdere proza en poëzie draagt de pijn en de frustraties van een koloniaal verleden in zich, maar in haar laatste twee roman bespeur ik dat toch niet zo, of misschien heel diep verscholen. Dit zijn boeken waarin ze vooral een milieu wil neerzetten, het kleurrijke leven van een clan. Politiek engagement valt er moeilijker in te bespeuren.
Roemer vertelt haar verhaal verbrokkeld en veelstemmig. Centrale figuur is grootmoeder Bee, een sigarenrokend oud wijfje, aan het eind van haar dagen; ze wordt omringd door kinderen en kleinkinderen, waarvan er sommige ook weer vertrokken zijn, maar die allemaal in haar hoofd leven, net zoals haar ouders, broers en zusters. Ook haar nageslacht en aanhang komen aan het woord, allemaal door elkaar en soms ook nog op verschillende momenten in hun leven.
Al lijkt 'Gebroken wit' zich vooral ergens in de jaren vijftig, zestig van de vorige eeuw af te spelen, het is in principe een 'diachrone' roman, die door de tijden heen snijdt. Heden en verleden lopen door elkaar, evenals de vele personages en hun besognes. Het heeft eigenlijk geen zin iedereen apart te volgen.
'Gebroken wit' is geen psychologische roman waarin je in de geest van enkelingen afdaalt, het is een smeltkroes van mensen en verhoudingen, vol broeierige, soms moeilijk te ontwarren geschiedenissen die overigens allemaal een tamelijk huiselijk karakter hebben: in dit boek wordt gekookt en opgepast, de stoep wordt geveegd, men gaat naar school, naar de kerk, houdt van elkaar, verfoeit elkaar, houdt het met een ander, rommelt maar wat aan. De een vertrekt zomaar naar Nederland, de ander verdwijnt met een onbestemde kwaal in een psychiatrische inrichting.
Liefde, seks en overspel spelen een belangrijke rol; van lang niet alle kinderen in dit boek is duidelijk wie de vader is, vermoedelijke vaders lopen overal en nergens rond, er zitten blanke Engelsen onder, Joden, Javanen. Ook hier de bekende koloniale en postkoloniale smeltkroes dus.
Het gevolg is in elk geval dat er van 'Gebroken wit' een sterk zinnelijke, haast lichamelijke geur afkomt. Je zou de roman ook in de Zuid-Amerikaanse traditie kunnen plaatsen, herinnerend aan grote epische werken zoals die van Gabriel Garcia Marquez, met meer nadruk op de sfeer van een eigen wereld dan op plot en ontwikkeling.
Maar het meest bijzondere aan Roemers werk blijft toch wel haar stijl, soms telegramachtig, dan weer breed uitwaaierend, maar altijd met een volkomen eigen karakter. Me dunkt dat redacteurs met hun grijpgrage vingers hier beter van af kunnen blijven, want zo ontvouwt zich een uniek schouwspel voor de Nederlandse lezer. Zomaar een punctie: "Grootmoeder had half Paramaribo door te lopen om bij haar bestemming te komen. Haar voeten deden het zo goed in de sportsandalen dat ze meer risico's nam dan anders. Ze wist dat ze plotseling uit haar mond kon bloeden. Ze wist dat ze kon neervallen opeens. Haar lijf werd gedreven door wilskracht."
Dit is pulserend proza, dat je ook geneigd bent organisch te lezen, op te snuiven, te verorberen. Heel bijzonder. Wat er van al die personages terechtkomt, weet je na afloop misschien niet meer maar je realiseert je wel dat je naar een bijzonder schouwspel hebt gekeken, exotisch en tijdloos tegelijk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.