Joegoslavië, eind 20ste eeuw. Andrej betrapt Josip bij overspel en neemt foto's. Hij chanteert Josip met de foto's. Voor Josip wordt het na verloop van tijd steeds lastiger om te voldoen aan Andrejs eisen. Dan dient zich onverwachts een oplossing voor zijn probleem aan.
In een gewelddadig gezin kleurt een traumatische ervaring het leven van een 10-jarig meisje en haar 6-jarige broertje, waarna het zusje haar best doet om haar somber geworden broertje weer te laten lachen en zich op school vastbijt in natuurkunde waarin zij uitmunt.
Op basis van eigen ervaring en wetenschappelijk onderzoek legt de auteur uit dat bomen ook gevoel hebben, kunnen communiceren, tellen, onthouden en elkaar helpen.
Na de basisschool emigreert een jongen van Noorwegen naar de Verenigde Staten en krijgt daar na een periode van eenzaamheid een goede vriend en later een relatie met een kunstenares.
Amerika, rond 1600. Een meisje heeft besloten om niet te sterven in een huis waar een pokkenepidemie en de honger hebben toegeslagen. Ze vlucht de wildernis in en leert te overleven en de wereld anders te interpreteren.
Mimo Vitaliani (14) is bij zijn oom, in de bergen boven Genus, als beeldhouwer in de leer. Hij ontmoet toevallig Viola Orsini (16), een meisje uit een adellijke familie.
Klytaimnestra vertelt hoe haar man Agamemnon via de belofte van een huwelijk met Achilles haar en hun dochter Iphigeneia naar Tauris lokt, alleen om de laatste als offer te vermoorden om een gunstige wind voor zijn leger af te dwingen.
Drie mensen uit verschillende tijdsperiodes en culturen worden verbonden door hun relatie met het water, dat alle herinneringen bewaart, waar mensen vergeten.
Een moeder is met haar jonge dochtertje op weg naar de villa van haar ex-geliefde, de vader van haar dochter. Na het nemen van een verkeerde afslag verliest ze het bewustzijn en rijdt ze met de luxe terreinwagen van haar ex in op een kinderfeestje.
Een grensstad in de steppe. Uit de vlakte duikt een groep verwilderde vluchtelingen op. Ze veroorzaken angst en onrust in de stad. Als Pontus Beg, commissaris van politie, ze laat oppakken, wordt in hun bagage het bewijs van een misdaad gevonden. Beg ontrafelt de geschiedenis van hun helletocht, die gaandeweg verweven raakt met de ontdekking van het verhaal over zijn eigen afkomst.
Tove groeit na de Eerste Wereldoorlog op in een arbeiderswijk in Kopenhagen waar werkloosheid en armoede heersen. Ze heeft weinig vriendinnen, vult haar poesiealbum met zelfgeschreven gedichten en hunkert naar acceptatie.