Katherine Carlyle
Rupert Thomson
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Meulenhoff, [2008] |
VERDIEPING 3 : THEMASTAND : MAG F 1068 |
31/12/2008
Tussen juli 1963 en oktober 1965 werden in Engeland vijf kinderen op een gruwelijke manier verkracht en vermoord, een misdaad die vergelijkbaar is met het Dutroux-trauma in België. De daders van deze moors murders, zo genoemd naar de plaats op de hei waar vier van de vijf kinderlijken werden gevonden, waren Ian Bradly en Myra Hindley, die tot levenslang werden veroordeeld. Bradley was het brein, maar de pers concentreerde zich op zijn minnares: hoe kon een vrouw (uit liefde?) zich zo laten meeslepen in een orgie van onvoorstelbare wreedheid? Daar is nooit afdoend antwoord op gekomen en Hindley groeide uit tot een symbool van het absolute kwaad, dat zich vastzette in het collectieve geheugen. Berucht zijn de politiefoto's waarop Bradley en Hindley onaangedaan, stuurs en verongelijkt de camera in kijken, een houding die ook tijdens het proces velen schokte. Bradley zit nog steeds, krankzinnig verklaard, in de gevangenis, en ook Hindley kwam nooit vrij, maar zij bekeerde zich tot het katholicisme en haalde een diploma aan de Open Universiteit, tot ze in 2002 op 60-jarige leeftijd aan een hartaanval stierf. Zelfs toen riep haar dood nog diepe gevoelens van afkeer op. Ze bleef de monsterachtige vrouw die de ultieme slechtheid vertegenwoordigt.
Dat is de achtergrond van de roman Dood van een moordenares van Rupert Thomson, waarin de politieagent Billy Tyler een nachtlang het lijk van Hindley moet bewaken, dat achter slot en grendel in een koelcel ligt, terwijl buiten de hekken van het ziekenhuis fotografen verzameld zijn in de hoop op sensationele plaatjes. Overigens komt in het boek de naam Hindley nergens voor ? er wordt gesproken over 'de moordenares', 'zij' of 'de vrouw' ? waarmee de fictieve gebeurtenissen de concrete aanleiding overstijgen en een algemeen karakter krijgen. En dat is ook Thomsons bedoeling. Je zou zijn roman een onderzoek kunnen noemen naar de afstand tussen de dagelijkse slechtheid van gewone mensen, en zij die door hun misdaden tot officiële onmensen zijn verklaard. Zijn die verschillen eigenlijk wel zo groot? Wordt door de mythologisering van de monsterachtigheid in bepaalde personen het kwaad niet effectief onschadelijk gemaakt? Alsof het slechts daar, buiten onszelf is? Thomsons boek is aangrijpend, niet vanwege de feiten van de moors murders, maar door de wijze waarop hij diep in de persoonlijke geschiedenis van Tyler duikt en via associaties en herinneringen laat zien dat niemand aan het (grote) kwaad ontkomt.
Het hele verhaal speelt zich af gedurende de uren dat Billy waakt bij het lijk. Hij is een politieman die in zijn huwelijk en beroep is vastgelopen. Na te zijn gezakt voor het brigadiersexamen heeft hij nooit meer hogerop gewild, en de (seksuele) relatie met zijn vrouw Sue is nauwelijks nog inspirerend. Hun dochtertje Emma heeft het syndroom van Down, kan geen moment alleen gelaten worden en eist alle energie op, zozeer zelfs dat het hun leven vaak tot wanhoop drijft. Sue bekent Billy dat ze ooit, toen ze met Emma aan de rand van een hoge rotskust stond, de gedachte heeft gehad dat een enkel duwtje genoeg was om een eind aan het leven met een gehandicapt kind te maken. En hij herinnert zich hoe hij vroeger in een obsessieve ban was van een bizarre vriendschap met een klasgenoot, die alle zwakheid van hem op een levensgevaarlijke manier uitbuitte, ? of de relatie met zijn vriendin Venetia, die hem ooit tot een soort moord op afstand dreef. Van belang is ook de ontmoeting met de later zelfmoord plegende Trevor, die hem vertelt dat hij als kind door een vrouw in een auto is meegenomen naar een huis waar een man hem pornografische tijdschriften liet zien en van plan was foto's te maken. Hij kan ontsnappen, maar houdt er een schuldtrauma aan over ? omdat hij wel wist te ontkomen, maar anderen niet.
De meest cruciale scènes zijn die waarin de moordenares aan Billy 'verschijnt' en ze met elkaar in gesprek raken. Ze zijn gewaagd, maar volkomen vanzelfsprekend, en dat tekent de overtuigingskracht van de literaire excursie die de auteur onderneemt. "En jij dan", zegt ze op een gegeven moment tijdens deze intrigerende discussies, "ben jij dan zo onschuldig?" Billy Tyler probeert door middel van een zo eerlijk mogelijk zelfonderzoek zijn kwade kanten op te sporen en te overdenken, net als zijn problematische vaderschap, waarmee de roman trouwens prachtig en louterend eindigt.
Dood van een moordenares kenmerkt zich, net zoals andere boeken van Thomson, door een thrillerachtige plot, zonder dat ze tot het misdaadgenre behoren, en is op geen enkele wijze een rehabilitatie van Hindley. Over het niet noemen van haar naam zei de auteur in een interview: "Dat was niet om koket te doen. En het bleef de bedoeling dat ze, voor wie de zaak kent, herkenbaar is. Maar op de een of andere manier leek haar naam op papier meer te wegen dan de woorden eromheen. Alsof wat ik deed erdoor kapseisde. Want als je de 'verzonnen feiten' samenbrengt met echte feiten, dan moeten die even authentiek klinken. Ik zie het als een ring, met de feiten als de setting en de fictieve elementen als de kostbare edelsteen die erin moet passen én meer moet glinsteren." En dat doet die. [Peter van den Hoven]
Redactie
Politieman Billy Tyler krijgt opdracht om ’s nachts in het mortuarium van een ziekenhuis het stoffelijk overschot van een vrouw te bewaken. Deze vrouw wordt in heel Engeland verafschuwd, zo’n veertig jaar geleden heeft zij (gebaseerd op het waargebeurde verhaal van de beruchte kindermoordenares Myra Hindley) jonge kinderen seksueel misbruikt en vermoord. Tijdens de nacht, ‘zorg dat er niets gebeurt’ luidt zijn opdracht want publiek en pers zijn nog steeds uit op wraak, trekt zijn leven aan hem voorbij en wordt hij geconfronteerd met pijnlijke momenten in zijn leven zoals de vernedering door een jeugdvriend, zijn moeizame huwelijk en zijn gevoelens voor zijn dochtertje Emma die het Downsyndroom heeft. Een aangrijpende roman met enerzijds een sfeer van dromerigheid en anderzijds zeer realistische gebeurtenissen. De omgeving waarin het verhaal zich afspeelt is van grote invloed op de spanning die de auteur opbouwt. De smalle marge tussen goed en kwaad, levensvragen over liefde, geweld en waarheid, schuld en boete, worden meesterlijk weergegeven en zetten aan het denken. Deze achtste roman van de Britse auteur (1955) is prachtig geschreven en heeft een sterke plot. Kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.