In flashbacks vertelt John Harper over zijn leven als informant van de CIA in de periode 1965 tot 1995, met als dieptepunt de massamoorden in Indonesië.
Voor het eerst van zijn leven is de tachtigjarige Fernand alleen. Zijn vriend Albert ligt in het ziekenhuis en is stervende. De enige persoon tot wie Fernand zich kan richten is Madeleine, de dochter die zijn relatie met Albert altijd bemoeilijkt heeft.
Een jongeman uit Wales, erfgenaam uit een illuster geslacht, maar onveilig en in eenzaamheid opgegroeid, beschrijft zijn bijzondere band met zijn jongere zusje.
Stockholm, begin twintigste eeuw. De arts Pontus Vossinge leidt een karig bestaan. Hij onderzoekt en behandelt de venerische ziekten van prostituees. Hij voelt zich gevleid als de gevierde auteur hem naar een medicijn vraagt waarmee een arts, in theorie, de perfecte moord zou kunnen plegen.
In het begin van de 20e eeuw onderzoekt een detectiveduo wat er waar is van de aantijgingen van de betrokkenheid van een vriendin bij moord en intriges.
Als bij zijn thuiskomst na een gevangenisstraf zijn geliefde broer zelfmoord blijkt te hebben gepleegd, gaat een niet-zo-brave dertiger diepgaand op zoek naar de reden, waarbij hij pijnlijke ontdekkingen doet.
Een pater, die jarenlang tot taak heeft gehad seksueel misbruik door katholieke priesters onder het tapijt te vegen, wordt uiteindelijk genadeloos geconfronteerd met de gevolgen daarvan.
Een moordenaar volhardt in de leugen dat hij de moord niet heeft gepleegd en dat doet hij zo overtuigend dat hij bijna iedereen ervan weet te overtuigen dat hij onschuldig in het gevang zit.
Twee jonge Engelse vrouwen treuren om dezelfde jongeman, die tijdens de Eerste Wereldoorlog in een Zwitserse badplaats vol oorlogsinvaliden wordt verpleegd.
In een villa stellen mannen die zich schuldig voelen over de manier waarop ze in het verleden vrouwen hebben behandeld zich beschikbaar om trieste en beschadigde vrouwen op te vangen en te troosten.