Parijs, 1934. In de menigte voor de Notre-Dame vindt een wilde achtervolging plaats. De jonge Vango wordt verdacht van moord en de politie wil hem arresteren. Maar hij wordt ook bedreigd door duistere figuren. Zijn het Russische spionnen? Wat willen zij van Vango? Met hulp van de commandant van een zeppelin en van Ethel, een beeldschone Schotse miljonairsdochter, probeert Vango uit handen van zijn achtervolgers te blijven.
New York, 1936. Vango’s leven staat op het spel. Hij zoekt de moordenaar van zijn ouders, die het geheim van zijn afkomst kent. Dit brengt hem terug naar tsaristisch Rusland. Alleen, want hij wil zijn geliefde Ethel niet in gevaar brengen. Dan breekt de Tweede Wereldoorlog uit.