Parijs, 1934. In de menigte voor de Notre-Dame vindt een wilde achtervolging plaats. De jonge Vango wordt verdacht van moord en de politie wil hem arresteren. Maar hij wordt ook bedreigd door duistere figuren. Zijn het Russische spionnen? Wat willen zij van Vango? Met hulp van de commandant van een zeppelin en van Ethel, een beeldschone Schotse miljonairsdochter, probeert Vango uit handen van zijn achtervolgers te blijven.
Ooit was Joshua Perle een prins in een sprookjesrijk. Nu leeft hij als een aangenomen zoon, verbannen naar het Parijs van de jaren dertig. Zal hij ooit de weg terugvinden naar zijn geliefde? Vanaf ca. 13 jaar.
New York, 1936. Vango’s leven staat op het spel. Hij zoekt de moordenaar van zijn ouders, die het geheim van zijn afkomst kent. Dit brengt hem terug naar tsaristisch Rusland. Alleen, want hij wil zijn geliefde Ethel niet in gevaar brengen. Dan breekt de Tweede Wereldoorlog uit.
Aksel, Geo en Walter hebben het niet makkelijk in het kulderhuis, het Gentse weeshuis voor jongens. Directeur 'Peere' zwaait er met harde hand de plak. Militaire discipline en hard werken, zo ziet het dagelijks leven van de jongens eruit. Het is luisteren of klappen incasseren. Het enige lichtpuntje voor een kulder is een plekje in de fanfare. Wie muziek kan maken, mag mee op de schaarse uitjes buiten de poorten van het weeshuis.
Hanna's vader is een joodse herderziende en illusionist. Als hij in maart 1933 verdwijnt, gaat Hannah (ik-figuur) naar hem op zoek. Zo ondervindt de eerste verschrikkingen van de jodenvervolgingen in Duitsland. Vanaf ca. 13 jaar.
Als een Australische jongen een schuilplaats voor zichzelf graaft, uitmondend in een heel tunnelstelsel, is dat het begin van een reeks tegenslagen voor zijn familie.