Zedenschets van de tweede helft van de 20e eeuw aan de hand van de levensgeschiedenis van twee halfbroers, de één een vergeestelijkt wetenschapper, de ander een jachtige erotomaan.
Een wereldvreemde ambtenaar ontdekt in de warmbloedige relatie met zijn vriendin de mogelijkheden om in Thailand seksualiteit en commercie te verenigen.
Zedenschets van de tweede helft van de twintigste eeuw aan de hand van de levensgeschiedenis van twee halfbroers, de een een vergeestelijkt wetenschapper, de ander een jachtige erotomaan.
Een jongeman laat familie, vrienden en bezittingen achter en neemt zijn intrek in een afgelegen, leegstaand huis aan een kust om over het leven na te denken.
Een Vlaamse schrijver die in Pittsburgh gaat wonen, ontdekt bij zijn zwerftochten door de stad dat conceptueel kunstenaar Andy Warhol (1928-1987) ook na zijn dood nog door de stad dwaalt.
Het is een broeierige zomer en vier jongens en vier meisjes vervelen zich te pletter. Ze staan verdoofd in het leven, hebben niets meer te bevechten, niets meer te verlangen. Om dat gevoel van verzadiging en banaliteit te doorbreken, beginnen ze te experimenteren. Wat begint met een onschuldig idee- de meisjes uit de groep staan naakt op een viaduct boven de snelweg te wuiven - eindigt met fatale gevolgen: een verschrikkelijk verkeersongeval. De grenzen worden onnavolgbaar snel verlegd en telkens sneller overschreden, de verlangens worden al te gauw ingevuld. De jongeren verliezen elk ethisch besef en zelfs wanneer een van de vriendinnen er het leven bij inschiet, zorgt dat niet voor een catharsis, maar integendeel voor nog grotere afstomping. Hun zoektocht naar sensatie(s) leidt uiteindelijk slechts tot (zelf)destructie en volledige gevoelloosheid.