Kokkie heeft haar been gebroken. De nieuwe kok verbant Max naar Het Instituut, een vreselijk weeshuis. Daar sluit Max vriendschap met El Sid. Samen bedenken ze een plan om te ontsnappen. Vanaf ca. 9 jaar.
Marie (14, ik-figuur) beschrijft haar elfdaagse verblijf in Bulgarije. Samen met haar broertje, vader en stiefmoeder gaat ze helpen in een weeshuis met gehandicapte kinderen. Vanaf ca. 13 jaar.
Culemborg, 1899. Hanna, elf jaar, moet helemaal alleen naar het weeshuis. Haar enige zusje is gestolen door een man met een bietenneus. Hanna is haar hele leven gehoorzaam geweest, maar nu verzint ze een plan. Ze gaat liegen en stelen – dat kan niet anders. Ze moet haar zusje redden.
1965. Joachim (26, ik-persoon) keert terug naar zijn geboortedorp omdat hij het huis van zijn oom heeft geërfd. Welke rol speelde zijn oom tijdens de Tweede Wereldoorlog in de gebeurtenissen rond een tehuis voor Joodse weeskinderen? Vanaf ca. 15 jaar.
Fiene is een wees. Ze droomt van een liefdevol huis, maar als ze bij Theodoor en Gursula mag wonen, valt dat erg tegen. Fiene loopt weg en komt tussen griezels terecht. Vanaf ca. 8 jaar.
Calcutta, 1932. Ben en zijn vrienden van het geheime Chowbar Genootschap zijn net zestien geworden. Het is tijd om het weeshuis waarin ze zijn opgegroeid te verlaten. Bij het afscheidsfeest verschijnt plotseling een oude vrouw met een jong meisje Sheere, waar Ben meteen door gefascineerd is. Wie is zij? Als Ben en Sheere ontdekken wat hen verbindt worden ze al omringd door gevaar. Een gevaar dat hen diep de onderwereld van Calcutta intrekt.
Na de dood van zijn opa bezoekt Jacob (16) het weeshuis waar zijn opa opgroeide, op een afgelegen eiland. Het blijkt dat opa's jeugdvrienden meer dan bijzonder waren. En misschien leven ze nog steeds. Met veel sfeervolle zwart-witfoto's. Vanaf ca. 15 jaar.
De tienjarige Tracy woont in een opvanghuis. Het felle meisje haat de andere kinderen en alle regeltjes. Ze is al bij twee pleeggezinnen weggestuurd. Tracy droomt ervan een beroemd schrijfster te worden, maar haar liefste wens is toch een eigen familie.
Aksel, Geo en Walter hebben het niet makkelijk in het kulderhuis, het Gentse weeshuis voor jongens. Directeur 'Peere' zwaait er met harde hand de plak. Militaire discipline en hard werken, zo ziet het dagelijks leven van de jongens eruit. Het is luisteren of klappen incasseren. Het enige lichtpuntje voor een kulder is een plekje in de fanfare. Wie muziek kan maken, mag mee op de schaarse uitjes buiten de poorten van het weeshuis.
Het joodse meisje Ester (ik-figuur) verliest tijdens de Tweede Wereldoorlog haar ouders en wordt naar een kinderweeshuis in Warschau gebracht. Ester kan door haar trauma niet meer praten en schrijft over haar ervaringen in een dagboek. Vanaf ca. 14 jaar.
Soren, een kerkuilenjong, groeit op diep in het woud van Tyto. Op het eerste gezicht lijkt alles rustig in Tyto, maar er verdwijnen eieren uit uilennesten. Wanneer Soren zelf uit het nest valt, blijkt dat het niet echt een ongeval is. Hij wordt meegenomen door vreemde uilen met gele ogen.
De vieze kindjes wonen zonder volwassenen in het bos, waar ze vrolijk rondrennen in hun blootje. Maar Sylvana Smetvrees is vastbesloten alle vieze kindjes te vangen in haar smetteloze weeshuis. Dat laat Sterke Lieze natuurlijk niet zomaar gebeuren. Grote prentvertelling met gedetailleerde kleurentekeningen. Vanaf ca. 4 jaar.
Daf (11, ik-figuur) woont al zijn hele leven - eerste helft van de 20ste eeuw - in het burgerweeshuis. Nieuwkomer Ernst vertrouwt de volwassen in het weeshuis niet. Daf en Ernst gaan samen op onderzoek uit. Vanaf ca. 10 jaar.