Het lot van de familie Meijer
Charles Lewinsky
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Meridiaan uitgevers, 2023 |
VERDIEPING 3 : NIEUW DUIZENDZINNEN : LEWI |
Marjolijn De Cocq
ua/an/13 j
Het is met zijn bezwerende zinnen, meanderende verhaallijnen, kleurrijke figuren en eeuwenoude wijsheden één groot meeslepend sprookje, de roman Halfbaard van de Zwitserse schrijver Charles Lewinsky. En met zijn gruwelijkheden, natuurlijk, het duister dat de grondtoon vormt van epische volksvertellingen.
Hoofdpersoon is het jongetje Sebi − gedoopt Eusebius, bijgenaamd Kwezeltje omdat hij noch het vernuft van zijn oudste broer Origenes (Geni) noch de strijdlust van de middelste Policarpus (Poli) bezit. Al voelt hij zich er niet toe geroepen, verzucht hij, zijn toekomst zal wel in het klooster van Einsiedeln liggen.
Met de benedictijner monniken betwisten de bewoners van zijn dorpje in kanton Schwyz de eigendom van een alpenwei − een strijd die sinds jaar en dag in der minne geschikt lijkt, tot er olie op het vuur wordt gegooid.
Liefde voor taal en lezen
Katalysator is begin 12de eeuw de aankomst in deze contreien van Halfbaard, een half verbrande vluchteling die in het leven van de vaderloze Sebi een mentorrol krijgt. Een 'rare snuiter' die een wijs man blijkt, genezer bovendien, zoals uitkomt als broer Geni door een ongeluk in de bossen zijn been moet missen. Maar ook hij, die er op een dag zomaar is en wiens echte naam niemand kent, zal uiteindelijk niet over zijn eigen verleden en verliezen heen kunnen stappen.
Je mag Halfbaard niets vragen, leert Sebi al snel; als je wilt dat hij iets vertelt, moet het uit hemzelf komen. Zoals dat hij tijdens zijn vlucht steeds nieuwe wapens heeft bedacht waarmee hij zich zou kunnen wreken − waarvoor, op wie, het komt mondjesmaat en tussen de regels. Het wapen dat uiteindelijk op zijn gezag wordt gesmeed − en wijd ingezet − wordt naar hem vernoemd: de halfbaard, die wij kennen als hellebaard.Lewinsky (Zürich, 1946) is schrijver van literaire romans, toneelstukken, televisieseries, hoorspelen en liederen. Zijn internationale doorbraak kwam in 2006 met het epos Het lot van de familie Meijer. In Lewinksy's vorige roman De stotteraar (2020) ontpopte een stotterende gevangene zich als schrijver.
In Halfbaard is het Sebi die, inmiddels gevlucht uit het klooster, gemankeerd als smidsgezel en niet echt blij met het grafdelverschap dat hem is toebedacht, op zijn 13de zijn roeping ontdekt: hij wordt verhalenverteller. In navolging van de 'duivelse Anneli' die de dorpen met haar vertellingen in de ban houdt. En zoals Lewinsky zelf, verteller pur sang. In alle romans van de veelvuldig onderscheiden Zwitser ligt de liefde voor taal besloten, de liefde voor lezen en de macht van woorden. "Ik ben altijd in een staat van verrukking als ik schrijf", zei hij in een interview met Het Parool. "Op mijn leeftijd ga je door met je werk omdat je houdt van wat je doet − en ik hou enorm van het verzinnen van verhalen." Of zoals hij Sebi laat zeggen: 'Vertellen is net als pissen: als je eenmaal bent begonnen, kun je er moeilijk mee ophouden.'
Sebi is zo'n romanpersonage dat je hart verwarmt, een jongetje dat je wilt koesteren. Met zijn volstrekt geloofwaardige, naïeve vertelstem doet hij denken aan Kareltje Leeuw uit Astrid Lindgrens De gebroeders Leeuwenhart. Of aan Jongstebroer in Hele verhalen voor een halve soldaat van Benny Lindelauf − niet toevallig broederverhalen zoals ook Halfbaard dat is. Lewinsky heeft het boek ook opgedragen aan zijn broer Robert, 'met wie ik al vroeg heb leren fantaseren'.
Een bever is een vis
Maar in essentie is de wordingsgeschiedenis van de jonge Sebi het klassieke verhaal over de strijd tussen goed en kwaad, en de vervagende grenzen daartussen. Hoe duivels de vertellingen van de duivelse Anneli ook zijn mogen, Sebi leert − van Halfbaard, maar evengoed proefondervindelijk − dat de mens zelf het grootste kwaad is. En dat die de verhalen naar zijn hand kan zetten, als hem dat van pas komt. Zoals de bisschop, bijvoorbeeld, die besluit dat een bever een vis is. Want een vis leeft in het water en een bever ook, en daarom mag een bever in vastentijd worden gegeten. Of de even drank-, vraat- als oorlogszuchtige oom Alisi met zijn lijpe listen en halfzachte handlangers, die zichzelf een heldenrol toebedeelt.
'Degenen die zich beter voelden dan de rest maakten hun eigen wetten of goochelden er net zo lang mee tot ze naar hun zin waren', wordt Sebi zich al snel bewust van het onrecht. 'Je moet alleen de macht hebben, zodat niemand tegen je in durft gaan.' Harder nog is Sebi's les dat de mens ook vooral oren heeft naar de verhalen die hij wíl horen.
Lang hoop je, met hem, dat recht en redelijkheid zullen zegevieren als de strijd tussen de Schwytzers en de kloosterlingen escaleert. Maar waar hij verwacht te worden uitgelachen om zijn leugens en verzinsels, juicht het volk bij het groteske heldendicht dat hij als ingelijfd chroniqueur opdist.
Hoe makkelijk nepnieuws de waarheid verdringt in middeleeuwse manipulaties die de actualiteit spiegelen. (En hoe de duivel lacht − om hier de standaard slotwoorden van Sebi's leermeesteres te echoën − zoals alleen de duivel kan lachen).
Alexandra De Vos
em/ov/25 n
Wij, mensen, zijn verzot op verhalen. Want de werkelijkheid is soms moeilijk te verteren: te complex, hard, saai. Maar meng feiten met fictie, zorg voor sensatie en spanning, en hop, we zijn ermee weg. Zo eren we onze idolen, zo schrijven we geschiedenis, zo verdraaien we wat dagelijks in de wereld gebeurt.
Ook in de middeleeuwen hadden ze daar een handje van weg. Samenzweringstheorieën, roddels, nepnieuws: het zijn geen moderne fenomenen, ze bestonden altijd al. 'Een goed verhaal is beter dan een slechte werkelijkheid', leren we in het epos Halfbaard van de Zwitserse auteur Charles Lewinsky. Wat verhalen kunnen aanrichten en hoe een rommelige boerenopstand opgeblazen wordt tot een mythe, daarover gaat deze vuistdikke roman.
We keren terug naar het begin van de veertiende eeuw en maken kennis een puberjongen uit het Zwitserse dorp Schwyz. Sebi weet nog niet wát hij is, wel wat hij níét wil zijn. Geen soldaat zoals zijn oom Alisi, en voor boerenlabeur is hij niet sterk genoeg. Omdat hij graag luistert naar verhalen stuurt zijn oudste broer hem naar het klooster in Einsiedeln. Daar kan hij leren lezen en schrijven. Maar wat Sebi er vooral leert is dat kloosterlingen dodelijk ambitieus zijn, dat ze erger roddelen dan dorpelingen en dat vroomheid een oppervlakkig attribuut is: 'Het gaat er niet om dat je het bent, belangrijker is dat anderen het denken.' Als de prior hem vraagt om een babylijkje te laten verdwijnen, vlucht Sebi naar een dorp verderop.
Nationale mythe
Daar treft hij zijn Joodse vriend Halfbaard. Half-baard met het verminkte gezicht, die op een mooie dag aanspoelde in Sebi's dorp en aan de rand een hut bouwde. Halfbaard, die ontsnapte aan een Habsburgse brandstapel, veroordeeld omdat hij een hostie zou hebben vertrappeld. De gemene roddel kostte zijn gezin het leven.
Van Halfbaard leert de naïeve Sebi het verschil tussen mythe en waarheid, hoe akelig blind geloof kan zijn en hoe vlug mensen opgehitst raken als je leugens op een slimme manier verpakt. 'Mensen zijn gevaarlijker dan slangen', bezweert zijn vriend hem. De rondtrekkende vertelster Anneli leidt Sebi vervolgens op in de verhaalkunst: hoe je waarheid en fantasie precies moet doseren.
Hoe gevaarlijk mensen zijn, wordt duidelijk als zijn dorpsgenoten Sebi op sleeptouw nemen om het klooster in Einsiedeln te plunderen. Tussen het klooster en de boeren in Schwyz botert het niet meer na disputen over vruchtbare gronden. Als de hertog van Habsburg - de beschermheer van het klooster - met zijn gevolg door de dorpen wil trekken om de opstanden in de kiem te smoren, wordt hij in een hinderlaag gelokt. Oom Alisi voert de boeren aan. Sebi moet mee om zijn ogen en oren de kost te geven en de thuisblijvers kond te doen van de gebeurtenissen. Hij zal een traumatisch, bloedig incident omtoveren tot een heldenverhaal dat uiteindelijk zelfs een nationale mythe wordt.
Lewinsky, een auteur met een pak ervaring als scenarist en toneelschrijver, pakt het slim aan in Halfbaard . Met de frisse, rustieke vertelstem van een boerenjongen en met kleurrijke personages en spannende subplots word je niet alleen honderden pagina's lang op sleeptouw genomen, je krijgt ook een filosofische les. Over de manier waarop ons brein feiten verdraait en over de verhouding waarheid versus mythe. Halfbaard leest als een Netflix- serie op papier, zo vlot en filmisch zijn de scènes opgebouwd. 'Een gerucht hoeft niet waar te zijn om invloed te hebben, het moet alleen geloofd worden.' Een roman die helpt je naar de wereld te kijken.
Vertaald door Elly Schippers. Meridiaan, 595 blz., € 29,99 (e-boek € 15,99) Oorspr. titel: 'Der Halbbart'.
Geertjan De Vugt
ua/an/13 j
Als de vertellingen van Duizend-en-een-nacht niet in het Midden-Oosten maar in Zwitserland zouden zijn geschreven, zou Halfbaard van Charles Lewinsky wellicht het resultaat zijn geweest. Verruil elegante paleizen door modder en klei, sprookjesachtige verdwijntrucs door lichamelijke verminkingen en de elegante Sjeherazade door de 13-jarige dorpsjongen Sebi en je krijgt een beetje een idee van deze roman die geen roman wil zijn. Want een roman is Halfbaard allerminst. Maar vertellen kan Sebi als geen ander.
Charles Lewinsky (1946) wordt in zijn thuisland Zwitserland ook wel een Tausendsassa genoemd, een alleskunner. Hij is sinds de jaren tachtig actief als schrijver, maar verwierf pas echte bekendheid met het in 2006 verschenen Melnitz, dat in het Nederlands werd vertaald als Het lot van de familie Meijer. In die roman, die herdruk na herdruk beleefde, volgt Lewinsky nauwgezet hoe eind 19de en begin 20ste eeuw ook in Zwitserland de Jodenhaat toeneemt. Het is een boek waarvoor Lewinsky zeer nauwkeurig historisch onderzoek heeft verricht.
Met Halfbaard duikt hij opnieuw in de Zwitserse geschiedenis en gaat hij helemaal terug naar de 14de eeuw, naar het begin van het Oude Eedgenootschap, de voorloper van het huidige Zwitserland. Daar treffen we een wereld vol bijgeloof en melancholie, vol kou, honger en verminkingen, vol egoïsme en godsvrees.
In een dorp niet ver van het Benedictijnerklooster Einsiedeln ontdekt de jonge Eusebius, die door alle dorpsbewoners Sebi wordt genoemd, op een dag dat hij noch als soldaat, noch als monnik, noch als boer door het leven wil gaan. Hij wil verhalenverteller worden. En dat is niet voor niets: 'De mensen hebben ontzag voor iets wat opgeschreven is, ook al weten ze niet precies wat er staat.' Maar hoe word je een schrijver? Misschien is dat wel de kern waarom dit boek draait. Hoe begin je een verhaal? Weet je alles al van tevoren of bedenk je het verhaal telkens opnieuw?
Bij verschillende leermeesters ziet Sebi hoe hij zijn doel kan bereiken. Zo is er de duivelse Anneli, met wie de jonge verteller liefst 'de hele winter' had rondgetrokken. Zij is een meesterverteller, ook al schetst ze met haar woorden volstrekt ongeloofwaardige taferelen. Haar kun je beter niet te eten geven; vertellen is voor haar, zo leert Sebi, iets als metabolisme. 'Je moet haar niet te veel ineens voorzetten', zegt hij, 'anders eet ze alleen en vertelt ze niet, daarom krijgt ze altijd maar een beetje tegelijk, misschien een kommetje warme gerstepap met gedroogde jeneverbessen en pas na het volgende verhaal een plak ham of gerookte trekzalm.'
Of neem Halfbaard, van wie we gaandeweg te weten komen hoe hij aan zijn verminkte uiterlijk komt. Voor hem staat het vertellen van verhalen gelijk aan spelen. Halfbaard, zo leert Sebi, moet je voortdurend aan het spelen houden, bijvoorbeeld met een potje schaak, om hem zijn verhaal te laten doen. Hij is het type waarvan je nooit weet waarover hij gaat vertellen, 'hij heeft zoveel meegemaakt dat je zou denken dat hem in korte tijd meer is overkomen dan anderen in een heel leven'.
Een fragmentarische verteller, dat is Halfbaard ook, een die nooit hetzelfde verhaal opdist, maar zijn luisteraars brokstukken geeft 'die je dan zelf in elkaar moet zetten'. Voeg die twee samen - de duivelse misleiding van Anneli en het fragmentarisme van Halfbaard - en je hebt de verteltechniek van Sebi. Halfbaard is een boek van de honger en het spel - een boek over het vertellen van verhalen.
Hoe begint een verhaal? Met een woord misschien. Bij aanvang had Lewinsky slechts het woord hellebaard, de strijdbijl die in deze roman een belangrijke rol zal spelen. En vervolgens met een spel: het woord hellebaard verandert in een personage. 'Hoe Halfbaard bij ons is gekomen', begint de roman, 'kan niemand zeggen, van de ene op de andere dag was hij er gewoon.' Zo was het ook voor Lewinsky die, tot slot, besloot op reis te gaan met het hem nog onbekende personage.
Charles Lewinsky gelooft niet dat de mens in staat is om zich te herinneren hoe gebeurtenissen werkelijk hebben plaatsgevonden. 'Wat wij als herinneringen aan feitelijke gebeurtenissen zien', heeft hij eens gezegd, 'zijn in werkelijkheid herinneringen aan onze eigen verhalen daarover, die, op hun beurt, weer verhalen over verhalen zijn.' Wat echt gebeurd is, verdwijnt in een Zwitserse Alpenmist.
Uit het Duits vertaald door Elly Schippers. Meridiaan; 680 pagina's; € 29,99.
(mdc)
em/ov/28 n
****1/2
In zijn meeslepende nieuwe roman schrijft de in het Duits schrijvende Zwitser Charles Lewinsky over een verhalenverteller in de dop. De jonge Sebi, gemangeld in een conflict tussen clerus en burgerij, leert al diep in de middeleeuwen hoe het volk smacht naar nepnieuws. Het is met zijn bezwerende zinnen, meanderende verhaallijnen, kleurrijke figuren en eeuwenoude wijsheden één groot meeslepend sprookje. En met zijn gruwelijkheden, natuurlijk, het duister dat de grondtoon vormt van epische volksvertellingen en dat hier mee door de duivel wordt aangedragen.
De hoofdpersoon is het jongetje Sebi - gedoopt Eusebius en bijgenaamd Kwezeltje, omdat hij het vernuft van zijn oudste broer noch de strijdlust van de middelste Policarpus bezit. Al voelt hij zich er niet toe geroepen, verzucht hij, zijn toekomst zal wel in het klooster van Einsiedeln liggen. Met de benedictijner monniken betwisten de bewoners van zijn dorpje het eigendom van een alpenwei. De katalysator is, begin 12de eeuw, de aankomst in deze contreien van Halfbaard, een halfverbrande vluchteling die een mentorrol krijgt in het leven van de vaderloze Sebi. Maar ook hij zal niet over zijn eigen verleden en verliezen heen kunnen stappen. Je mag Halfbaard niets vragen, leert Sebi al snel. Als je wilt dat hij iets vertelt, moet het uit hemzelf komen. Tijdens zijn vlucht heeft hij steeds nieuwe wapens bedacht waarmee hij zich zou kunnen wreken, bijvoorbeeld, maar waarvoor en op wie? Dat zal mondjesmaat en tussen de regels blijken. Het wapen dat uiteindelijk op zijn gezag wordt gesmeed, wordt naar hem vernoemd: de halfbaard, beter bekend als hellebaard.
Lewinsky is auteur van literaire romans, toneelstukken, televisieseries, hoorspelen en liederen. Zijn internationale doorbraak kwam in 2006 met het epos 'Het lot van de familie Meijer'. In Lewinksy's vorige roman, 'De stotteraar' (2020), ontpopte een stotterende gevangene zich tot schrijver. In 'Halfbaard' is het Sebi die, inmiddels gevlucht uit het klooster, op zijn 13de zijn roeping ontdekt: hij wordt verhalenverteller. In navolging van de 'duivelse Anneli', die de dorpen met haar vertellingen in de ban houdt. En zoals Lewinsky zelf. 'Vertellen is net als pissen,' laat hij Sebi zeggen, 'als je eenmaal bent begonnen, kun je er moeilijk mee ophouden.'
In essentie is de wordingsgeschiedenis van de jonge Sebi het klassieke verhaal over de strijd tussen goed en kwaad, en over de vage grenzen daartussen. Hoe duivels de vertellingen van Anneli ook zijn mogen, Sebi leert dat de mens zelf toch echt het grootste kwaad is. En dat hij de verhalen naar zijn hand kan zetten, als hem dat van pas komt. Zoals de bisschop die besluit dat een bever een vis is. Want een vis leeft in het water en een bever ook - en daarom mag een bever in vastentijd worden gegeten. 'Degenen die zich beter voelden dan de rest maakten hun eigen wetten of goochelden er net zo lang mee tot ze naar hun zin waren,' zo wordt Sebi zich al snel bewust van het onrecht. 'Je moet alleen de macht hebben, zodat niemand tegen je in durft gaan.'
Bookarang
Een kloeke (595 blz.) historische roman over een jongen die verhalenverteller wil worden. Het is het begin van de veertiende eeuw en de 13-jarige Sebi besluit dat hij geen boer of soldaat wil worden, maar een professioneel verhalenverteller. In zijn dorp in het oerkanton Schwyz is dit geen gemakkelijke taak. Hij leert van Halfbaard, een vreemdeling met een mysterieus uiterlijk, wat mensen beweegt en hoe hij het beste uit zichzelf kan halen, zelfs in moeilijke tijden. Het boek schetst een beeld van het middeleeuwse leven en toont de vaardigheden van Sebi en zijn leermeesteres Anneli door middel van spannende verhalen. Het boek is een eerbetoon aan de kunst van het vertellen, maar toont ook de manipulatieve kant ervan. In talige en levendige stijl geschreven. Geschikt voor de meer literaire lezer. Charles Lewinsky (Zürich, 1946) is een bekende Zwitserse schrijver, scenarioschrijver en toneelschrijver. Hij schreef meerdere boeken. Zijn werk werd in meer dan vijftien landen uitgegeven.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.