Na een zware nacht in een hotelkamer wordt de depressieve Walter toegesproken door zijn geweten: een bij het huisvuil gevonden handpop. Door deze beverhandpop te laten spreken, lijkt Walter zichzelf te hervinden.
In Manhattan heeft een jonge Amerikaanse schrijver een affaire met een oudere Franse vrouw die zich steeds afspeelt in een hotelkamer tussen 17.00 en 19.00 uur.
Adam leidt een teruggetrokken bestaan als muzikant in Detroit en pas als zijn grote liefde, de onsterfelijke Eve, terugkomt uit Tanger in Marokko leeft hij weer een beetje op. Ze eten ijslollies gemaakt van bloed totdat het vervelende zusje van Eve het rustige leventje van het vampierkoppel komt verstoren.