Aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog wordt bij opgravingen bij Sutton Hoo in Suffolk, Engeland, een belangrijke archeologische vondst gedaan die een strijd ontketent tussen archeologen.
De vertellers van Veertien dagen zijn een groep New Yorkers die tijdens de coronapandemie opgesloten zitten in hun flatgebouw terwijl de rijke inwoners de stad zijn ontvlucht naar hun buitenhuizen. Elke avond komen de bewoners samen op het dak van hun bouwvallige flat aan de Lower East Side om op pannen te slaan, de zorgmedewerkers toe te juichen, met elkaar in discussie te gaan en verhalen te vertellen. Zoals in elke goede roman zijn er conflicten, verzoening en een heleboel verrassende wendingen.