In de zesde maand van haar zwangerschap krijgt een vrouw te horen dat haar kind het syndroom van Down en een ernstige hartafwijking heeft. Een groot dilemma voor haar en haar man: zullen ze het kind houden of laten ze abortus plegen?
De zeventienjarige Effi, dochter van een edelman, wordt uitgehuwelijkt aan de machtige baron von Instetten, die jaren geleden zijn liefde voor de moeder van Effi onbeantwoord zag. Effi vergezelt haar man naar het afgelegen Kessin, waar ze diep ongelukkig is. Al snel vlucht ze dan ook in de armen van de majoor Crampas hetgeen desastreuze gevolgen heeft
