Een visser en zijn vrouw vinden in hun net een klein meisje en nemen het mee naar huis. Het vrolijke meisje is anders dan de andere visserskinderen: ze groeit heel snel en zingt in een taal die niemand begrijpt. Prentvertelling met kleurrijke illustraties. Vanaf ca. 7 jaar.
Als vijfjarige droomt de ik-persoon van een ridder op een groot paard die haar zal komen halen en haar al het geluk op de wereld zal geven. De realiteit draait echter anders uit en het gemis maakt in haar hart een groot gat dat niemand, behalve haar ridder, kan vullen. Even is er hoop als zij op latere leeftijd een lieve man ontmoet en ermee gaat samenleven, maar al snel zakt zij weer weg in het grote gat en voelt zij zich erg alleen en bang. Zij vlucht in breien, tot een vriendin haar onder een stapel truien vandaan haalt om iemand te ontmoeten...
Op een dag maakt Joel (11) een Mirakel mee: hij wordt overreden door een bus, maar heeft daarna geen schrammetje. Joel is ervan overtuigd dat het Mirakel een teken is dat hij goede daden moet verrichten. Vanaf ca. 12 jaar.
Zweden, 1956. Joel en zijn vader lijden onder het gemis van de moeder, die wegliep toen de jongen nog heel jong was. De enige vreugde in hun bestaan zijn de verhalen van vader. Maar uiteindelijk heeft de jongen daar niet genoeg aan en gaat hij op zoek naar een hond, die voor hem het geluk symboliseert. Al snel dringt zich een leeftijdsgenoot op die Joel dingen laat doen die hij niet wil. Er dreigt een ramp, maar deze wordt afgewenteld en wat overblijft is een hechtere band tussen vader en zoon.
Mijnheertje Kokhals moet naar het ziekenhuis. Hij is erg bang, maar dan ziet hij zuster Lieve. Prentenboek met schilderingen in kleur. Voorlezen vanaf ca. 6 jaar, zelf lezen vanaf ca. 8 jaar.
Poëtisch verhaal ofwel theatermonoloog waarin een man, die nooit volwassen wilde of kon worden, vertelt hoe hij op een bank in het park naar de wereld kijkt en ergens op wacht.
Omdat Simon door zijn ouders in de steek is gelaten, woont hij in een tehuis. In de zomer mag hij een week logeren bij zijn oom die leeft in een keet bij de vuilstort. Vanaf ca. 12 jaar.
Kaat (14, ik-figuur) mist haar overleden oma en haar hartsvriendin die verhuisd is. Ze kan haar verhaal alleen kwijt aan haar dagboek. Daardoor gaat het steeds slechter met haar. Vanaf ca. 12 jaar.
Een eenzame heuvelwachter plant op een dag een zaadje. De boom die er uit groeit, helpt hem uit zijn isolement te breken. Prentvertelling met symbolische tekeningen in zachte tinten. Vanaf ca. 11 jaar.
Meneertje Kokhals probeert op een dag iemand te helpen opdat hijzelf gelukkig wordt. Prentenboek met schilderingen in kleur. Voorlezen vanaf ca. 6 jaar, zelf lezen vanaf ca. 8 jaar.
Dol en haar halfzus Ster moeten voor hun aan de alcohol verslaafde moeder zorgen; ze doet de gekste dingen en zit onder de tatoeages. Vanaf ca. 10 jaar.
Joel (13) woont met zijn vader in het noorden van Zweden. Hij wil zo snel mogelijk volwassen worden. Een van zijn voornemens is dan ook om een naakte vrouw te zien. Vanaf ca. 12 jaar.
Sinds Sophie naar de stad verhuisd is, gedraagt haar pony Sundance zich anders. Hij moet wennen aan de nieuwe manege, dreigt en trapt als ze de stal in gaat. Hij luistert alleen naar het stalmeisje Senna, die duidelijk een hekel heeft aan Sophie.
Als het weeshuis waar Bo woont dicht gaat, staat ze alleen op straat. Ze ontmoet Sok, die zijn oude baasje moest verlaten. Samen gaan ze op pad. Voorlezen vanaf ca. 8 jaar, zelf lezen vanaf ca. 9 jaar.
Het leven van de 17-jarige ik-figuur Stephen draait om zijn geheim: het beest. Daarnaast draagt hij zijn moeilijke verleden met zich mee en ook de toekomst ziet er niet erg rooskleurig uit. Vanaf ca. 15 jaar.
Drie verhalen over iemand missen. Een vrouw mist haar dochtertje. Roos mist haar vader, of niet? De hoofdpersoon van het derde verhaal mist iemand die ze nog niet kent: een nieuwe vriend of vriendin. Vanaf ca. 7 jaar.