Anna kan niet meer zo goed zien. De oogarts ontdekt dat ze een lui oogje heeft. Daarom krijgt ze een speciale bril met een pleister erop. Anna kiest een mooie blauwe bril. Prentenboek met eenvoudige illustraties in heldere kleuren. Vanaf ca. 2,5 jaar.
Karel ontdekt dat geluid fijn kan zijn, maar ook vervelend. En dat een luier vies ruikt maar pannenkoeken heel lekker. En wat kan je tong veel proeven! Prentenboek met eenvoudige, vrolijk gekleurde verfillustraties in verschillende formaten. Vanaf ca. 2,5 jaar.
Waardoor kan je zien? Hoe werken je ogen? Wat maakt dat je kleuren kan zien? Welke invloed hebben de hersenen? Informatief prentenboek met opvallende kleuren dat je veel vertelt over alles wat met kijken, zien, niet zien en hupmiddelen te maken heeft. Vanaf ca. 10 jaar.
Eduard heeft een bril nodig. Maar dat wil hij niet! De brillenverkoopster vertelt hem dat hij straks allemaal bijzondere dingen kan zien. Zou dat echt zo zijn? Prentenboek met sfeervolle kleurenillustraties. Vanaf ca. 4 jaar.
Zeno heeft een lui oog. Als hij een pleister op zijn goede oog krijgt en een bril moet dragen, is hij bang te worden uitgelachen. Prentenboek met collageachtige kleurenillustraties over een lui oog. Vanaf ca. 5 jaar.
Een jongetje is aan het kamperen. Hij besluit om in het donker het bos in te gaan. Zwaaiend met zijn zaklamp ziet hij allerlei mooie dingen. Tekstloos prentenboek met zwarte bladzijden waarop alles wat de zaklamp beschijnt in kleur wordt weergegeven. vanaf ca. 4 jaar.
Balotje gaat met haar oom naar de dierentuin. Op weg naar de apen raakt ze oom Ben kwijt. Prentenboek met paginagrote kleurenillustraties in wasco. Vanaf ca. 4 jaar.
Kan een kat in het donker zien? Hoe gebruiken insecten hun facetogen? Uitleg over het zicht van verschillende dieren via flapjes. Met uitleg over de werking van het oog van o.a. de mens en paginagrote getekende kleurenillustraties en flapjes. Vanaf ca. 12 jaar.
Hoe kijken wij en is het wel echt wat we zien? Hoe bei͏̈nvloeden beelden ons? Met behulp van onder meer schilderijen, reclamefolders en de computer wordt antwoord op deze vragen gegeven. Vanaf ca. 10 jaar.
Met je ogen zie je. We kunnen kleuren zien en vormen. En we zien of iets beweegt. Informatie over het zintuig zien, met veel kleurenfoto's en een website met o.a. de luistertekst. Om samen te lezen en de woordenschat te vergroten. Vanaf ca. 5 jaar, zelf lezen vanaf ca. 7 jaar.
Als je niet goed kunt zien, kan het zijn dat je een bril nodig hebt. Hoe werken je ogen en hoe is het om een bril te dragen? Met gestileerde kleurenillustraties. Vanaf ca. 9 jaar.
Kijk hoe afbeeldingen draaien en kronkelen en zoek een verborgen gezicht. Ontdek hoe je ogen en zenuwen je voor de gek kunnen houden en hoe dat werkt. Met informatie over het brein. Vanaf ca. 13 t/m 17 jaar.
Een peuter ziet en herkent voorwerpen, mensen en dieren uit zijn directe omgeving. Prentenboekje met uitklapbare pagina's waarachter de voorwerpen, mensen en dieren te zien zijn die bij de omschrijving horen. Vanaf ca. 2 jaar.
Konijntje Mie speelt met haar vriendjes dat ze een stoere piraat is, maar als het donker wordt, durft ze niet meer buiten te spelen. Prentenboek met grote illustraties in kleur en beknopte informatie over infraroodcamera's. Vanaf ca. 4 jaar.
Als allerlei dieren samen zitten te kaarten en er lawaai is achter de muur, blijkt dat ze allemaal iets anders zien. Hardkartonnen prentenboek met stripachtige illustraties in kleur. Vanaf ca. 6 jaar.
Pippa wil niet geloven dat kippen niks zien in het donker, zoals alle kippen zeggen. Ze gaat op onderzoek uit in de bibliotheek. Dan besluit ze een heerlijke worteltjespicknick te organiseren. Prentenboek met paginagrote, zachtgekleurde potloodillustraties. Vanaf ca. 4 jaar.
Door middel van korte teksten en veel illustraties wordt de werking van zenuwstelsel, hersenen en zintuigen bij de mens uitgelegd. Met kleurenfoto's en -tekeningen. Vanaf ca. 12 jaar.
