1793. Stockholm is in de greep van paranoia en samenzweringen. En dan wordt er een gruwelijk verminkt lichaam opgevist. Een romp en een hoofd, zonder ogen. Onderzoek wijst uit dat er maandenlange martelingen aan vooraf hebben moeten gaan. Voormalig jurist Cecil Winge staat voor de ogenschijnlijk onmogelijke taak om de identiteit van de romp én van de moordenaar te achterhalen. Het zal zijn laatste zaak worden, want door tuberculose nadert het einde van zijn dagen. Zijn pad voert hem tot diep in de sadistische clandestiene organisaties van de Zweedse elite. Maar ook tot in de genadeloze standenmaatschappij, waar sloebers en zwendelaars alles op alles moeten zetten om te overleven.
Een voormalig slaveneigenaar probeert in het Stochkholm van de achttiende eeuw zijn vergane glorie terug te winnen, maar wordt gedwarsboomd door de jongere broer van een overleden jurist.
Een aan tbc lijdende Zweedse inspecteur werkt in 1793 in een moordonderzoek samen met een tuchtwacht, terwijl een jong weesmeisje uit een ‘spinhuis’ is gevlucht en achtervolgd wordt door mensenhandelaars..
Een voormalig slaveneigenaar probeert in het Stochkholm van de achttiende eeuw zijn vergane glorie terug te winnen, maar wordt gedwarsboomd door de jongere broer van een overleden jurist.
Nadat hun moeder sterft aan de pest, reizen Magdalena (15) en haar kleine zusje Ebba (5) door de nacht naar het kasteel van hun strenge, onbekende tante — de tweelingzus van hun moeder. In het kasteel lijken donkere geheimen te schuilen. Met zwart-witillustraties. Vanaf ca. 11 jaar.