Verman je
Filip Rogiers
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Polis, 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : ROGI |
Dirk Leyman
il/pr/18 a
Empathisch peuteren achter de naakte feiten, het is een van de drijfveren achter de journalistieke aanpak van Filip Rogiers, ex-De Morgen en nu actief bij de krant De Standaard. Zijn metier spat telkens weer van de pagina's in doorwrochte, lange stukken en interviews over politiek, samenleving en thehuman factor.
Maar naast zijn krantenwerk - met de Dexia Persprijs 2017 bekroond - heeft Rogiers (°1966) de laatste decennia geduldig een literair reservaat uitgebouwd. Zijn letterenentree was niet min: voor de verhalenbundel Nauwelijks lichaam ontving hij in 2012 meteen de Vlaamse Debuutprijs. Ook hier dat gevoel voor mededogen: over de zes verhalen hing een sluier van vergeefse strevingen. Mensen die onderuitgaan door gebeurtenissen waar ze geen greep op hebben, het is een onderwerp waar Rogiers steeds naar teruggrijpt. Met de wrange roman Verman je (2015) goot hij kwesties als privacy, arbeidsmarkt, discriminatie en sociaal verzet in een verhaal met scherpe randjes.
Nu reikt hij nog hoger. In Angel krijgt de naoorlogse geschiedenis vanaf de Koude Oorlog een ruim aandeel en draait hij zijn hand niet om voor thema's als bijensterfte, softenonbaby's, pesticiden, straatprotest, extreemrechts en populisme. De aanzet voor dit boek kwam er toen Rogiers op een Canadees kerkhof te Marville (net over de Franse grens) de grafzerken ontdekte van 37 vroeggestorven baby's, overleden tussen 1957 en 1961. Wat was hier aan de hand?
Rogiers zocht de sleutel van het raadsel in de nabijgelegen militaire basis, in 1967 door president De Gaulle gesloten. Een tijdlang hielden daar 3.500 militairen de wacht, onder wie Daniel en Nathan, twee Canadese jongens vol levenslust. Tot de als heuglijk aangekondigde dag - hun echtgenotes landen vanuit Canada op de basis - in een nachtmerrie ontaardt. Uit het vliegtuig komen lijkbleke, soms hoogzwangere vrouwen die vervormde kinderen ter wereld zullen zetten of er zelf het leven bij inschieten.
Daniel verliest zijn vrouw, Nathans Margaret krijgt een miskraam. Het betekent de definitieve verwijdering tussen het koppel. Nathan zal hertrouwen met de Française Emilie, maar dekt zijn verleden het liefste toe, ook als hun zoon Alain, een 'Emile Zola met de camera', er het fijne van wil weten. 'Stil, aanhoudend verraad belastte een mens meer dan openlijk begane vergissingen', staat er ergens betekenisvol. Nathan zondert zich af met zijn bijenkolonies, die er geheimzinnig het loodje bij leggen, terwijl Margaret met Daniel zal hertrouwen.
Volgestouwd
Rogiers haalt veel overhoop in deze behoorlijk volgestouwde roman, waarin we van het ene scharniermoment van de Europese geschiedenis naar het andere hoppen. Vaart en souplesse heeft Angel alleszins. Rogiers schrijft helder en bevlogen, al is zijn metaforiek niet altijd clichévrij. Er wordt weleens getrild 'als een espenblad' of je stuit op ongelukkige zinnen als deze: 'Haar naam verliet Daniels keel als kokende lava een vulkaan'.
Herhaaldelijk zie je Rogiers worstelen met de overdaad aan verhaallijnen. Van het Hongarije van 1956, de val van de Muur in 1989, de presidentscampagne van Jean-Marie Le Pen in 2002, de achterstelling van Noord-Franse plattelandsgebieden... We krijgen het allemaal op een drafje op ons bord. Een gevoel van desoriëntatie valt niet uit te sluiten. Daardoor blijft de karaktertekening te summier en komt geen enkel personage uitgesproken uit de verf.
Toch is Angel een waardevolle, tot nadenken stemmende roman met een pessimistische grondtoon. Rogiers toont hoe de modale burger vermalen wordt door instituties, overheden, hogere machten of roekeloze, op winst beluste bedrijven. En door de knarsende wielen van de geschiedenis. Het is geen nieuwe of ophefmakende conclusie, maar de aanpak van de geëngageerde Rogiers werkt als een zoveelste alarmbelletje.
Polis, 243 p., 19,99 euro.
Marnix Verplancke
rt/aa/21 m
Tijdens de Koude Oorlog lag een van de grootste Canadese militaire bases in Frankrijk, in Marville om precies te zijn, vlak bij de Belgische grens. Alles bijeen woonden er 3500 mensen op de militaire terreinen, wat zeven keer zoveel was als in het dorp. Toen Filip Rogiers, journalist bij De Standaard en auteur van twee eerdere boeken, vernam dat er tussen 1957 en 1961 maar liefst 37 baby’s op de basis gestorven waren, ging zijn fantasie werken: hier zat een roman in.
Het resultaat is Angel , waarin op een dag in 1957 een vliegtuig op de basis van Marville landt. Aan boord zijn de veelal zwangere vrouwen van daar gestationeerde militairen. Doodzieke vrouwen, zo blijkt, die misvormde kinderen op de wereld zetten en soms ook zelf sterven. Waarom krijgen zij pas decennia later een kruisje op het kerkhof van Marville?
Angel speelt op twee niveaus. Het is het verhaal van Alain, de zoon van een van de militairen. Hij is geboren uit het tweede huwelijk van vader Nathan. Het eerste was spaak gelopen nadat zijn vrouw doodziek uit het vliegtuigruim was gekomen en een doodgeboren baby had gebaard. Nadien trouwde Nathan met een meisje uit Marville, de moeder van Alain. Waarom is mijn vader niet geïnteresseerd in de stervende kinderen van toen, vraagt hij zich af, en wel in de stervende bijen van vandaag?
Het is een vraag die ons bij het tweede niveau van Angel brengt, een boek dat inderdaad een steekwapen wil zijn en geen Engelse engel. Op dat niveau heeft Rogiers een expliciet politiek boek geschreven dat op zoek gaat naar de zaadjes van de hedendaagse populistische malaise en de lezer oproept verder te kijken dan zijn neus lang is. Niet voor niets maakt hij van Alain een persfotograaf die bewonderend opkijkt naar ene Patrick Claus, wat natuurlijk een samentrekking is van Patrick De Spiegelaere en Filip Claus.
Zowat de hele na-oorlogse westerse geschiedenis komt aan bod, van Boedapest 1956, over Praag 1986 en Berlijn 1989 tot Parijs 2002, toen Jean-Marie Le Pen bijna president leek te kunnen worden. Angel gaat over landbouwgif, Amerikaanse white trash, asbest, softenon, en nog veel meer. Te veel voor een evenwichtige roman in feite, zeker als de personages over dat alles ook nog eens omstandig hun zegje willen doen.
***
Polis, 248 blz., € 19,99.
Mr. J.J. Groen
Filip Rogiers (1966, journalist en literator) vertelt in drie tijdlagen (1957, 1989 en 2002) het verhaal van de Canadese militair Nathan Helmer en zijn zoon Alain. Nathan is tijdens de Koude Oorlog in 1957 in Noord-Frankrijk gestationeerd, waar zijn zwangere vrouw zich later bij hem voegt en een miskraam krijgt. Het huwelijk strandt, Nathan hertrouwt en blijft in Frankrijk, zich tot imker ontwikkelend. In de tweede verhaallijn wordt hij in die hoedanigheid met vreemde massale bijensterfte geconfronteerd en zoekt de oorzaak. De derde verhaallijn betreft Alain, fotograaf en journalist, die een landelijke scoop maakt met het blootleggen van een grote insecticidenfraude. Steeds speelt de ontkenning van (Nathan) en de zoektocht naar (Alain) militaire, politieke en sociale machinaties in en na de Koude Oorlog. Is er gif op mensen uitgeprobeerd, bedekken politici gifschandalen? Rogiers geeft geen antwoorden. Het verhaal is in verzorgde en toegankelijke taal geschreven, maar omdat de lezer zelf conclusies moet trekken en de moderne geschiedenis moet kennen, vereist het boek wel méér dan gewoon lekker weglezen. Krachtige vertelling over de Koude Oorlog, vanuit twee generaties.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.