2666 : roman
Roberto Bolaño
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Meulenhoff, 2012 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 1126 |
31/12/2012
De Nederlandse uitgavengeschiedenis van het werk van de in 2003 overleden en vervolgens tot wereldroem geraakte Chileense auteur Roberto Bolaño kent een nogal grillig verloop: na het postume verschijnen van de in meerdere opzichten imposante roman 2666 wordt zijn werk bij ons langzaam maar zeker in ongeveer omgekeerde volgorde uitgebracht. Inmiddels is het dus nu de beurt aan een van zijn vroegste prozawerken, een kleine roman, die al meteen uitzicht biedt op het latere werk, al was het maar omdat hier reeds enkele obsessief terugkerende autobiografische elementen opduiken en — zo is men op grond van de intrigerende stof en de knappe compositie geneigd te denken — op het latere meesterschap.
In De ijsbaan wordt het verhaal verteld van Nuria Martí, de jonge kunstschaatsster die bij het begin van het boek net uit de Spaanse nationale ploeg gevallen is en voor wie een op haar verliefd geworden machtige ambtenaar uit een toeristenplaatsje aan de Costa Brava in het geniep met publieke gelden een luxueuze ijsbaan laat aanleggen in een oude verlaten villa, zodat zij daar kan trainen om weer aansluiting te vinden bij de top. Er zijn echter meer mannen in het leven van de beeldschone Nuria en de felverlichte ijsbaan in het verder in duisternis gehulde Palacio Benvingut (Catalaans voor 'welkom') blijkt andere pottenkijkers aan te trekken. De verlaten gewaande villa heeft kennelijk toch bewoners en er voltrekken zich schimmige bewegingen achter de schermen van de flonkerende ijsbaan. Totdat er een moord wordt gepleegd, waarvan de opheldering zal leiden tot de val van de corrupte ambtenaar en de gracieuze kunstrijdster.
Het relaas wordt in korte, elkaar regelmatig afwisselende monologen gedaan door drie mannen: Enric Rosquelles, de verliefde corrupte ambtenaar, Remo Morán, een Chileense inwijkeling en voormalig bohemien die het in het toeristenstadje tot camping-, restaurant- en hotelmagnaat heeft geschopt en die een verhouding met Nuria begint, en Gaspar Heredia, een straatarme Mexicaanse dichter die zich met allerlei baantjes door het leven tracht te slaan en door Remo Morán als vriendendienst 'for old times’ sake' voor de zomermaanden zolang als nachtwaker op de camping wordt aangesteld.
Het lichtende middelpunt van de roman is natuurlijk de stralende Nuria. Maar zomin als zij ooit zelf aan het woord komt, vormt zij ook niet echt een verbindende factor tussen de drie verschillende vertellers en hun respectieve werelden: door de ingenieuze vertelstructuur, waarbij de lezer uit de verschillende, elkaar soms overlappende reconstructies van de feiten zijn puzzel kan leggen, wordt op ijzingwekkende manier duidelijk dat iedereen in zijn eigen (sociale) werkelijkheid gevangen blijft, zonder uitzicht op een andere werkelijkheid en zonder mogelijke toenadering tot een andere persoon. Ziehier bijvoorbeeld de scène aan het begin van het boek, waarin Remo en Gaspar elkaar na lange tijd weer ontmoeten: 'We omhelsden elkaar en dat was alles. Ik heb vaak gedacht dat als we toen met elkaar hadden gepraat of een strandwandeling hadden gemaakt en daarna huilend een fles cognac hadden leeggedronken, of als we tot het aanbreken van de dag slap hadden gelegen van het lachen, alles nu heel anders zou zijn. Maar na onze omhelzing gleed er een laag ijs over mijn gezicht en was ik niet in staat tot zelfs maar de geringste blijk van vriendschap.'
Zo zijn er meer momenten in de roman die de lezer het gevoel geven dat de dingen achteraf beschouwd anders hadden kunnen lopen en dat de hoofdpersonen er, door sociale dwang of om welke reden dan ook, niet in zijn geslaagd om te leven naar het verkapte ideaal dat ligt besloten in het motto van deze roman, afkomstig van Bolaño’s eigen en nóg jonger dan hijzelf gestorven Mexicaanse dichter-vriend Mario Santiago: 'als ik toch moet leven, laat het dan stuurloos zijn, als in een roes'. [Clemens Arts]
Drs. Michael A. Vissers M.Ed.
In de kustplaats Z waar kunstrijdster Nuria aan een Olympische comeback werkt, wordt op de ijsbaan een vermoorde operazangeres gevonden. Door de drie mannelijke vertellers, twee bevriende Mexicanen en een Catalaanse gemeenteambtenaar, die alleen vertellen wat ze uitkomt, laat de toedracht op zich wachten. De Chileense schrijver (1953-2003) is dé Spaans-Amerikaanse schrijver, zeker na zijn postuum verschenen magnum opus '2666' (1056 blz.). Eerder schreef hij o.a. het bekroonde 'De wilde detectives'. Deze handzame uitgave met korte hoofdstukken, waarvan de titel terugkomt als beginzin, is een feest om te lezen. De hoofdpersonen zijn verblind door verlangen of ambitie. De ambtenaar die de gemeentekas plundert om voor zijn idool een schaatsbaan aan te leggen zorgt voor hilarische taferelen, maar legt ook een politiek corrupt klimaat bloot. Bolaños pakkende schrijfstijl doet aan Borges of Cortázar denken. In de soepel lezende vertaling geschikt voor een brede lezerskring. Normale druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.