Kate Howard : bloedlijn
Joyce Pool
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Lemniscaat, cop. 2013 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 13225 |
30/04/2013
De verwachting die de expliciete, harde titel van het nieuwe boek van Joyce Pool wekt, wordt meteen op de eerste pagina waargemaakt. De castraat begint met een huiveringwekkende beschrijving van de pijnlijke gevolgen van een ‘ontmanning’. Angelo, twaalf jaar oud, wordt wakker in het conservatorium van het achttiende-eeuwse Florence met een brandend kruis. Rondom hem klinken engelenstemmen, zijn voorland, want Angelo is uitgekozen om een carrière als sopraanzanger te beginnen. Echter, zonder te weten dat hij daarvoor eerst gecastreerd moest worden. Zijn aanvankelijke ontreddering maakt al gauw plaats voor woede en vertwijfeling. Zal hij ooit nog in staat zijn een vrouw te vinden die hem liefheeft?
Zo pakkend als het verhaal opent, zo kabbelend gaat het daarna voort. Op de proloog volgt een terugblik van wat er aan de castratie voorafging. Angelo was voorbestemd om leerlooier te worden, net als zijn vader. Hoewel hij wordt gemeden om de geur van dood vlees en huiden die om hem heen hangt en ziet hoe zijn vader zich moet schikken naar de grillen van zijn rijke opdrachtgevers, is Angelo niet ongelukkig met zijn bestaan. Zijn dagen draaien om zingen, elke avond in het jongenskoor van de kerk. Toch weigert zijn vader in te gaan op een aanbod om hem aan het conservatorium te laten studeren en van zingen zijn toekomst te maken.
Later denkt Angelo nog vaak terug aan zijn vaders verbod. Wist hij wat er met hem zou gebeuren als hij erop inging? Had hij hem willen beschermen? Kort na het aanbod is Angelo’s vader namelijk overleden en kon Angelo toch naar het conservatorium.
Vanaf dat moment wordt het spannender. Pool laat mooi zien hoe muziek en seksualiteit met elkaar verweven zijn onder de jonge castraten. Voor de buitenwereld zijn de jongens als kuise engelen, in de slaapzaal broeit en gloeit het onder de dekens. Pool schetst een aardig beeld van het achttiende-eeuwse Italië, waarin ook een aantal historische figuren de revue passeert, zoals de componist Scarlatti en de familie De’Medici. Angelo wordt opgemerkt door prins Ferdinando De’Medici, van wie bekend is dat hij meerdere affaires met castraten had, en komt voor een verstikkend dilemma te staan: de prins belooft hem een glanzende carrière in ruil voor zijn lichaam.
Zo verfijnd als het hofleven van De’Medicis is, zo van-dik-hout-zaagt-men-planken is de beschrijving van de psychologische ontwikkeling van Angelo. De dood van zijn vader wordt afgedaan met een nachtje woelen in zijn bed en in dezelfde nacht komt het conservatorium al weer in beeld. Angelo’s ontluikende heteroseksualiteit te midden van een groep castraten die hun seksuele driften lustig op elkaar botvieren wordt afgevlakt door hem wel erg kuis en braaf te maken en zijn afkeer van de mannenliefde steeds expliciet te laten benoemen.
Joyce Pool is beter in het opbouwen van spanning via de gebeurtenissen dan via de psychologische ontwikkeling van haar personages. Juist daarom is het jammer dat het einde van het verhaal zo gemakkelijk is. Angelo weet zich precies op tijd en zonder noemenswaardige obstakels uit het web van de prins te bevrijden. In een verhaal dat draait om de spanning van het vinden van een weg uit de klauwen van machtiger mensen is dat een gemiste kans. [Sanne Parlevliet]
S.E. van Zonneveld
De 12-jarige Angelo Montegne heeft met zijn zuivere jongensstem een plekje veroverd aan het conservatorium van Florence. Maar zijn blijdschap verandert in afschuw als hij in het jongensinternaat wakker wordt met een brandende pijn in zijn liezen. Hij is ontmand om zijn falsetstem te behouden. Historische roman die zich afspeelt in Italië rond 1700, waarin zowel buitensporige weelde als bittere armoede voorkomen en de macht van de rijken in schril contrast staat met die van eenvoudige lieden. Het boek bestaat uit twee delen: Fiesole in 1698 en Florence in 1702. Ervaringen, twijfels en keuzes van de opgroeiende Angelo (ik-figuur) tonen een gemengd beeld van begunstigde enerzijds en verstotene anderzijds. Seksueel getinte fragmenten tussen de castraten onderling en de broeierige houding van prins Ferdinand jegens Angelo staan in schril contrast met de ontluikende liefde van Angelo voor Rosa. Het is een verhaal waarin lust, berekening, macht en geld evenals onschuld, liefde en muziek een rol spelen. Een boeiend en intrigerend boek. Vanaf ca. 15 jaar.
Veerle Uyttersprot
ua/an/22 j
Angelo Montegne is een twaalfjarige Italiaanse jongen die leeft op het einde van de zeventiende eeuw. Samen met zijn vader, zus Mariana en tante Ignatia woont hij in een armoedig huisje in Fiesole. Zijn moeder is gestorven en tante heeft de zorg van het huishouden op zich genomen. Angelo helpt zijn vader in diens leerlooiersatelier, maar omdat hij een gouden stem heeft, mag hij ook zingen in het parochiekoor van Fiesole. Daar wordt zijn zangtalent opgemerkt door leraars van het conservatorium in Firenze, die hem willen opleiden tot professionele zanger. Voor Angelo lijkt dit een gedroomde kans en hij begrijpt dan ook niet waarom zijn vader dit aanbod afslaat, vooral omdat het conservatorium een vervangende knecht voor de leerlooierij wil voorzien. Wanneer Angelo’s vader onverwachts sterft, gaat Angelo toch in op het aanbod om een zangopleiding te volgen. Het lijkt hem een unieke mogelijkheid om zichzelf en zijn familieleden uit de armoede te houden. Al gauw wordt het de jongen duidelijk waarom zijn vader zo weigerachtig stond tegenover het aanbod van de padres in Firenze. Voor hij het besefte, heeft Angelo erin toegestemd om een castraatzanger te worden, een ‘sopranist’, zoals zijn leermeesters het graag verdoezelend noemen. We zijn getuige van Angelo’s puberteitsjaren in het Florentijnse conservatorium, van zijn schaamte en frustratie, woede ook om wat de paters hem hebben aangedaan. Maar tegelijkertijd verlangt hij ernaar om zijn bijzondere stem verder te ontwikkelen en ervaart hij de muziek als een manier om boven de alledaagse werkelijkheid uit te stijgen. Wanneer prins Ferdinando De Medici de jongen op een dag aan het werk hoort, lijken er zich nieuwe kansen aan te dienen. De prins roept hem bij zich aan het hof en Angelo komt er in een weelderige omgeving terecht. Hij ontmoet er de componist Scarlatti, diens vinnige dochter Rosa en ook een zekere Cristofori die zijn nieuwste uitvinding, de pianoforte, aan het uittesten is. Angelo krijgt de kans om deel uit te maken van deze wereld vol roem en rijkdom, maar de prijs is hoog. Prins Ferdinando voelt zich immers duidelijk seksueel aangetrokken door de jonge, mooie en talentrijke zanger en een machtig man als hij laat zich niet zomaar afwijzen … Deze roman van Joyce Pool is voor een deel gebaseerd op historische feiten en figuren: de donkere periode van de castraatzangers in de Westerse muziekgeschiedenis, Ferdinando De Medici, de componist Alessandro Scarlatti, de instrumentenbouwer Cristofori die de opvolger van het clavecimbel ontwikkelde ... Dit alles vormt een realistische setting voor het pakkende verhaal van Angelo Montegne. Alleen is het wat jammer dat de lezer hierbij voortdurend bij de hand wordt genomen door de auteur. Zij legt precies uit wat Angelo allemaal doormaakt, onder welke twijfels en angsten hij gebukt gaat. Veel ruimte om zelf te interpreteren blijft er niet. In zijn geheel is 'De castraat' echter een boeiende en goed geschreven roman.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.